Alles over bouten en moeren
Om materialen met elkaar te bevestigen, zijn bouten een van de meest voor de hand liggende keuzes. En zonder moer is een boutverbinding uiteraard geen boutverbinding. Voor dit duo is het echter altijd nodig om voor te boren, steeds zo passend mogelijk. Voor een bout van 5 mm ga je namelijk geen gat boren van 6 mm, maar een van 5.
Waarop letten bij de aankoop van bouten en moeren?
Het verschil tussen een bout en een schroef
Bout en schroef worden te pas en te onpas door elkaar gebruikt. Ze beschikken alle twee over schroefdraad en hebben alletwee een kop, maar toch is er een duidelijk verschil tussen de twee:
- een schroef wordt met een uitsparing in de kop aangedraaid door een schroevendraaier of schroefmachine;
- een bout wordt aangedraaid door aan de buitenkant een moer te bevestigen en aangespannen met een schroefsleutel.
Lengte en diameter van de bout
Heb je bouten nodig, informeer je dan telkens goed over de diameter en de lengte – beide uitgedrukt in millimeter. De afmeting van de diameter van een bout wordt op de verpakking meestal voorafgegaan door hoofdletter M, dit omdat het om een metrische draad gaat – in tegenstelling tot schroeven, waarbij er sprake is van houtdraad.
Onder de lengte van de bout wordt op de verpakking steeds de ‘werkende’ lengte verstaan, ofwel: het deel dat in het te verbinden materiaal zal steken.
Metrische draad vs. houtdraad
Bij metrische draad (afgeleid van de millimeter – ‘M8’ is dus 8 mm) wordt verondersteld dat zowel de bout als de moer van een (overeenkomstig gesneden) draad voorzien is. De aanduidingen hiervan staan vastgelegd in de International Organization for Standardization (ISO). Bij hout wordt verondersteld dat de draad aangemaakt of ‘getapt’ wordt door de bout (of schroef) in het materiaal te draaien.
Gereedschap voor bouten en moeren
Manueel gereedschap
Er bestaan heel wat soorten sleutels om bouten en moeren aan te draaien. Dewelke je gebruikt is afhankelijk van de kop. Is die zeshoekig? Dan wordt een zeshoekige steek-, dop- of ringsleutel gebruikt. Bij een bout met een platte of ronde gleufkop gebruik je dan weer een gleufschroevendraaier. Een inbuskop vergt uiteraard een inbussleutel of inbusschroevendraaier.
Elektrisch gereedschap
Het elektrische alternatief voor de schroefsleutel is de slagmoermachine. Deze bestaan op netstroom of op accu. Er zijn ook toestellen op de markt die met luchtdruk werken. Technisch gezien kan je om moeren vast te zetten ook gewoon een zeskantkop zetten op een schroefboormachine of slagschroevendraaier.
Sluitringen
Bij bouten is het doorgaans ook best om gebruik te maken van volg- en veerringen. Op de verpakking van sluitringen staat telkens de binnendiameter in mm vermeld.
- Volgringen worden langs de kopzijde aangebracht en zorgen ervoor dat de kop van de bout niet vast komt te zitten in het te verbinden materiaal. Deze zorgen ook voor een betere drukverdeling.
- Waar je de moer aanbrengt, kan je eerst een veerring plaatsen om de verbinding extra te verstevigen. Indien mogelijk kan je ook een borgmoer gebruiken, dan is er geen veerring nodig.
- Een kartelring heeft tanden aan beide kanten. Bij het aandraaien zet deze sluitring zich met die tanden vast in het materiaal van de constructie. Zo zorgt die voor een verbinding waarbij de moeren onmogelijk nog kunnen lostrillen.
- Kuipringen gebruik je waar de kop van je bout of schroef zichtbaar blijft, maar niet helemaal in het materiaal verzonken kan worden. De schroef- of boutkop ligt dan in de ring verzonken, wat toch een proper resultaat oplevert.
Soorten bouten
Zeskantbout
Wie aan bouten denkt, heeft vast het beeld van zeskantbouten voor zich. Deze worden – vooral bij hout- en metaalverbindingen – dan ook het vaakst gebruikt. Om dit soort bout vast te draaien volstaat een gewone zeskantmoer. Wil je de zeskantbout sneller kunnen lossen, gebruik dan een vleugelmoer – die kan je simpelweg met de hand lossen.
Slotbout
Bij houtverbindingen worden ook vaak slotbouten gebruikt. Waar de kop bij de zeskantbout zeshoekig was, is die bij de slotbout volledig afgerond.
Wat de slotbout verder nog handig maakt, is het vierkante gedeelte dat zich net onder de kop bevindt. Dat zorgt er namelijk voor dat de bout niet meedraait bij het aanbrengen van de moer. Je moet er dan wel goed voor zorgen dat dat vierkante gedeelte goed in het hout vastzit – om zeker te zijn tik je daarvoor het best met een hamer op de bout.
Metaalschroef
Hoe verwarrend de naam ook is, het gaat hier wel degelijk om een bout die met een moer aangespannen dient te worden. De naam is wél duidelijk over waarvoor je het gebruikt: metaalverbindingen.
In de meeste gevallen hebben deze een platte of cilinderkop met gleuf. De kop loopt schuin af naar onderen, wat het geschikt maakt om te verzinken in metaal.
Houtdraadbout
Voor zware belastingen in hout, bijvoorbeeld zware constructies in de tuin, kan je gebruikmaken van de houtdraadbout. Deze beschikt over een zes- of vierkantige kop die je aandraait met een steek- of ringsleutel. Hier wordt er geen metrische draad o aangebracht, maar een houtdraad, zoals bij de meeste schroeven.
Golfplaatbout
De golfplaatbout is een meer specifieke vorm van de houtdraadbout, deze worden (zoals de naam zegt) gebruikt voor het vastzetten van golfplaten. Deze worden meestal met een dop geleverd die voor een waterdichte afwerking zorgt.
Patentbout of verbindingsschroef
Patentbouten worden vooral gebruikt voor het vastzetten van deurkrukken of om twee kasten aan elkaar te bevestigen. Deze bouten worden uit wit of geel verzinkt staal of inox vervaardigd. Meestal worden patentbouten samen met een patenthuls gebruikt.
Inbusbout
Inbusbouten zijn bouten waar je (logisch) met een inbussleutel op werkt, dit omdat deze vaak op plaatsen worden gebruikt waar je met een steek- of ringsleutel niet bij kan. Dit type bout heeft een cilinder-, plat- of een laagbolkop, waaronder een zeshoek (net zoals bij de zeskantbout) ‘verborgen’ zit.
Draadeind
Draadeind is een smalle, lange bout zonder kop. Deze wordt bij verschillende soorten verbindingen ingezet en je kan ze bovendien zelf op maat zagen. Hiermee kan je dan bijvoorbeeld meerdere latten hout met elkaar verbinden.
Draadeind wordt verder ook gebruikt bij betonwerken. Bij deze bouten breng je aan beide uiteinden een moer aan om alles vast te maken.
Soorten moeren
Moeren worden benoemd met de maten M4, M5, M6, M8, M10 enzovoort. Dat slaat op eveneens op de diameter van de metrische binnendraad van die moer. Kies zeker moeren met dezelfde maataanduiding als de draadstangen of bouten waar je die wil opdraaien.
Zeskantmoer
De zeskantmoer zal je het vaakst aantreffen in combinatie met een zeskant- of slotbout. Deze bezit aan de binnenkant ook een metrische draad, compatibel met de bout.
Vleugelmoer
Deze hebben hetzelfde principe als de gewone zeskantbout, maar bieden door hun gevleugelde kop een gemakkelijke optie om de bout vast en los te draaien.
Borgmoer
De borgmoer is een zeskantmoer waarin een kunststofring zit. Die ring vermindert aanzienlijk de kans dat de moer en de bout kunnen loskomen. Deze worden dan ook vooral gebruikt bij dingen die in beweging zijn of schokken (zoals auto's, motoren ...), om te voorkomen dat ze tijdens de trillingen loskomen.
Waar bij het vastdraaien van moeren vaak een veerring moet worden geplaatst, is dat bij borgmoeren – net door deze kunststofring – niet nodig.
Dopmoer
Dopmoeren zijn zeskantmoeren met een afgeronde ‘dop’ erop. Dit heeft niet meteen een functionele meerwaarde, maar zorgt wel voor een cleaner ogende afwerking.
Oogmoer
De oogmoer is een moer met een ring (het ‘oog’) eraan. Door dat oog zorgt de moer naast een vaste verbinding ook dat er iets aan bevestigd kan worden. Deze wordt vaak gebruikt om zware zaken te hijsen of om kabels aan te bevestigen.
Koppelmoer
Om twee bouten met elkaar te verbinden – als de verbinding wat langer moet zijn dan de gemiddelde bout – gebruik je een koppelmoer, deze heeft doorgaans drie keer de lengte van een standaardzeskantmoer.