7 Vragen over opnieuw aangepast AREI
Op 1 juni krijgt het AREI een nieuwe update, wat in de sector tot veel vragen leidt. In 7 pertinente vragen maken we u wegwijs in de nieuwe aanpassingen.

1. Waarom is er opnieuw een verandering?
Het zogenaamde nieuwe AREI is sinds juni 2020 in voege. Op dat moment werd al aangegeven dat de structuur zo aangepast werd, dat het makkelijker zou worden om wijzigingen aan te brengen als evoluties dat vereisten. In het oude AREI was dat moeilijker, en zag niemand op de duur nog de bomen door het bos. De wijziging is niet de eerste aanpassing sinds 2020, want eind vorig jaar werd al een hoofdstuk rond laadpalen toegevoegd.

2. Om welke artikels gaat het exact?
Het nieuw AREI werd opgedeeld in 3 logische boeken: Boek 1 rond installaties op laagspanning en zeer lage spanning, boek 2 rond installaties op hoogspanning en boek 3 over de transmissie en distributie van elektrische energie. De wijzigingen hebben in meer of mindere mate betrekking op alle boeken, met het zwaartepunt in boek 1.
Voortaan moet elke kring met stopcontacten, verlichting en niet-vaste toestellen nu achter een differentieel van 30 mA geplaatst worden
Betreffende boek 1, hebben de wijzigingen betrekking op:
- de definitie van een huishoudelijke installatie (onderafdeling 2.2.1.1.);
- de grafische symbolen voor het eendraadschema en het situatieplan van een huishoudelijke installatie (hoofdstuk 2.12.) ;
- de schema’s, plannen en documenten van een huishoudelijke installatie (onderafdelingen 3.1.2.1.a, 3.1.2.2.a en 3.1.2.3.a);
- de bescherming tegen elektrische schokken door onrechtstreekse aanraking in huishoudelijke installaties, mits beschikkende bepalingen voor de projecten of werken die in uitvoering bij de inwerkingtreding van het besluit zijn (onderafdeling 4.2.4.3.);
- de toelaatbare stroom in elektrische leidingen van huishoudelijke installaties met een doorsnede kleiner dan 1,5 mm² (onderafdeling 4.4.1.5.);
- de toegankelijkheid van verdeel- en schakelborden van huishoudelijke installaties (onderafdeling 5.3.5.1.);
- de contactdozen en de verlichting en de gemengde stroombanen van huishoudelijke installaties (onderafdeling 5.3.5.2.);
- de differentieelstroom-beschermingsinrichtingen en het gevaar van gelijkstroomcomponenten (onderafdeling 5.3.5.3.a en f) ;
- de beschermingsinrichting tegen overstroom van de distributienetbeheerder (onderafdeling 5.3.5.5.j) ;
- de minimale lengte van de aardverbinding die uit verticaal of horizontaal in de grond gedreven geleiders bestaat (onderafdeling 5.4.2.1.b3 et b7);
- het toepassingsgebied van de gemeenschappelijke aardverbinding van huishoudelijke installaties (onderafdeling 5.4.2.1.c1);
- de beschikkende bepalingen van toepassing op de elektrische installaties uitgevoerd vanaf 1 juni 2020 bij het controlebezoek (afdeling 6.5.8.);
- de beschikkende bepalingen van toepassing op de huishoudelijke installaties uitgevoerd vóór 1 juni 2020 bij het controlebezoek (hoofdstuk 8.2.);
- de aanpassing van sommige termen en de stilistische herschrijving van sommige teksten;
- de aanpassing of de bijwerking van sommige vermelde referenties (verwijzing naar de normen of andere wettelijke bepalingen).
- De elektrische installaties van gemeenschappelijke delen van een residentieel geheel zoals bepaald in boek 1 worden voortaan beschouwd als niet-huishoudelijke installaties - zie verder.
- Echter blijven sommige veiligheidsmaatregelen van huishoudelijke installaties van toepassing: schema’s, plannen en documenten (onderafdeling 3.1.2.1.e), markering van verdeel- en schakelborden (onderafdeling 3.1.3.3.c), bescherming tegen elektrische schokken door onrechtstreekse aanraking (onderafdeling 4.2.4.3.e), aardverbinding (onderafdelingen 4.2.3.2. en 4.2.3.4.), verbod van het TN-C-netsysteem (onderafdeling 4.3.3.5.), dossier van de elektrische installatie (onderafdeling 6.5.8.2. en hoofdstuk 8.3.). Voor de bestaande elektrische installaties van gemeenschappelijke delen van een residentiel geheel voorziet artikel 54 van een bepaling van toepassing op het volgende controlebezoek dat vóór de inwerkingtreding van het besluit werd vastgelegd.
Betreffende boek 2, hebben de wijzigingen betrekking op:
- de aanpassing van sommige termen;
- de bijwerking van de referentie die in afdeling 7.1.1. wordt vermeld.
Betreffende boek 3, hebben de wijzigingen betrekking op:
- de aanpassing van sommige termen;
- de differentieelstroom-beschermingsinrichtingen en het gevaar van gelijkstroomcomponenten (onderafdeling 5.3.5.3.f);
- de beschermingsinrichting tegen overstroom van de distributienetbeheerder (onderafdeling 5.3.5.5.i).

3. Waar ligt het zwaartepunt van de veranderingen?
De voorgaande lijst mag op het eerste zicht uitgebreid lijken, in de praktijk verandert er niet zo veel voor de elektrische installaties. Er komen vooreerst een aantal symbolen bij die mogen gebruikt worden in schema’s, maar men zal ook eigen symbolen mogen ontwerpen. Daar komt wel de verplichting bij om de legende bij de schema’s te plaatsen, zodat het voor gebruikers duidelijk is wat bedoeld wordt.

De definitie van wat een huishoudelijke installatie is, wordt fijner afgesteld. Voortaan zullen ruimtes zoals technische lokalen, gangen en dergelijke niet meer onder de noemer huishoudelijke installatie vallen, enkel de woonruimte zelf wordt voortaan als huishoudelijk beschouwd. Dat is met name belangrijk omdat in gebouwen met dubbel gebruik, te veel ruimtes als huishoudelijk werden aangeduid. Zij vielen dus binnen de verplichte keuringstermijn van 25 jaar, niet bij de 5 jaar die voor de gemeenschappelijke delen gelden. Daar komt nu verandering in. De meest ingrijpende wijziging vinden we bij de differentieelstroom-beschermingsinrichtingen of kortweg differentieel.
4. Welke veranderingen moet ik bij de differentiëlen verwachten?
De plaatsing van een differentieel - officieel de differentieelstroom-beschermingsinrichtingen genoemd - wordt aangepast. Vroeger was dit beperkt tot de bekende 300 mA aan het hoofd en de bijkomende van 30 mA voor sommige ruimtes. Daar wordt nu van afgestapt, want voortaan moet elke kring met stopcontacten, verlichting en niet-vaste toestellen nu achter een differentieel van 30 mA geplaatst worden, ook hier in combinatie met de hoofddifferentieel van 300 mA. Bovendien mogen er per differentieel van 30 mA slechts 8 kringen aangesloten worden.

Er zijn niet meteen financiële redenen achter de verandering te zoeken, zoals hier en daar wel eens geopperd wordt. De technische gedachtegang van de keuze voor 30 mA vinden we vooral in de EMC-problematiek. Door het toenemend gebruik van hoogfrequente schakelingen in toestellen wordt er meer gebruikgemaakt van filters die hun lekstroom afvoeren via de aarding. Een differentieel ziet evenwel het verschil niet tussen een lekstroom en een foutstroom. Er was dus een toenemend risico dat de differentieel niet uitschakelt op basis van de foutstroom. Er is met andere woorden meer bedrijfszekerheid van de installatie dankzij deze aangepaste beveiliging. Daar komt bovenop dat de vroegere keuze voor 300 mA in feite niet veilig genoeg was om het menselijk lichaam effectief te beschermen, want alles vanaf 30 mA kan in principe al dodelijk zijn.

Het betreft bovendien ook een gelijkschakeling met de Europese wetgeving. Het nieuwe AREI is er overigens ook gekomen met de gelijkschakeling van de nationale wetgevingen tot één Europese regelgeving in het achterhoofd. In de afbeelding vindt u de aanpassing visueel voorgesteld.
5. Hoe zit het met werven die al gestart zijn?
Voor projecten of werken die vóór 1 juni 2023 zijn gestart, bevatten de subparagrafen 4.2.4.3. en 4.2.4.4. van Boek 1 een specifieke bepaling, zonder tijdslimiet.
Erkende instanties zijn hier in april aan herinnerd. Het is aan de aanvrager van de keuring om de erkende instelling op de hoogte te brengen van de startdatum van het project of werk om deze bepaling te kunnen toepassen. De erkende instantie zal dit vermelden in het keuringsverslag.
Het blijft de verantwoordelijkheid van de eigenaar, beheerder of exploitant van de elektrische installatie om deze begindatum te kunnen aantonen (bijvoorbeeld aan de hand van een offerte, een studie, ...) in geval van een inspectie door de bevoegde instantie.
6. Zitten er nog veranderingen in de pijplijn?
Ja. Technologie evolueert en de wetgeving moet daarin mee. Als lidstaat van de EU heeft België de opdracht om de Europese regels na te leven. Men kan daarbij twee paden bewandelen: of men neemt de EU-regels over, of men stelt zelf een regelgeving op die vervolgens moet goedgekeurd worden door de EU. In het geval van elektrische installaties is er eveneens een Europese wetgeving van kracht, maar België opteerde om het AREI te blijven hanteren. Ook dat is een van de redenen waarom men het nieuwe AREI lanceerde, zo kon makkelijker de harmonisering met de Europese wetgeving verzorgd worden.
Er zijn momenteel meerdere werkgroepen actief die nieuwe hoofdstukken of aanvullingen voorbereiden. Badkamers, medische ruimtes, netsystemen … al deze hoofdstukken moeten niet alleen opgesteld worden, maar ook afgetoetst met de Europese regels en dat vergt tijd. In de loop van de komende maanden en jaren mag u dus nog andere wijzigingen en aanvullingen verwachten. Het AREI wordt veel meer dan vroeger een ‘levend’ document.
7. Waar kan ik heen met vragen?
Op 1 juni wordt een FAQ gepubliceerd door de overheid, waarin de nieuwe regels uit het KB zullen toegelicht en geïnterpreteerd worden. Op dit moment is nog niet bekend wat de exacte inhoud zal zijn, noch of deze FAQ later nog uitgebreid zal worden. Zodra deze teksten beschikbaar zijn, zal u deze ook via de kanalen van Elektricien kunnen raadplegen.