STIJGENDE VRAAG NAAR SWW VOORAL PROBLEEM BIJ NIEUWBOUW
De tijd dat installateurs enkel in 'ketels' dachten, is voorbijgestreefd. Mensen willen overal meer comfort, dus ook wat betreft het sanitair warm water (SWW). Er zijn grotere baden, regendouches, zwembaden ... Als we naar SWW kijken, dan is er een verschil merkbaar tussen nieuwbouw en renovatie. Bij renovatie zal SWW niet vaak een probleem vormen. Door de grotere warmteverliezen van het huis en de vaak ook grotere huizen heeft de ketel een groter vermogen. Als bijgevolg ook de vraag aan SWW stijgt, dan blijft er voldoende vermogen om aan die nood te voorzien. Bij nieuwbouw ligt dat anders.
FOUT: KETEL NIEUWBOUW DIMENSIONEREN O.B.V. SWW
Nieuwbouwwoningen zijn beter geïsoleerd en zijn over het algemeen kleiner dan oude huizen. Dat betekent dat installateurs terecht voor een ketel met een kleiner vermogen kiezen. Algemeen hanteert men voor de vergelijking tussen nieuwbouw en renovatie een factor 4. Een ketel van 20 kW bij renovatie zal bij nieuwbouw slechts een ketel van 5 kW zijn: 20 / 2 (isolatie) / 2 (oppervlakte).
Het gevolg is dat er minder vermogen beschikbaar is voor de productie van SWW. Een veelgemaakte fout is dat men de ketel gaat dimensioneren op basis van de SWW-productie. Maar hoeveel keer hebben gebruikers uiteindelijk warm water nodig op een dag? Fabrikanten raden daarom de overdimensionering op basis van de productie van warm water ten stelligste af. Als voorbeeld nemen we een bad van 130 l. Het vermogen van de ketel werd gedimensioneerd op 5 kW, wat voldoende is om het huis te verwarmen. Dat vermogen kan onmogelijk 10 l/min SWW produceren. Er zijn twee mogelijkheden.
OPLOSSING 1: OVERDIMENSIONEREN
Het SWW wordt op het gevraagde moment geproduceerd met een groter vermogen door overdimensionering.
OPLOSSING 2: RESERVEBUFFER
Ofwel wordt er een reservebuffer aangelegd die opgewarmd wordt in klein vermogen, denk bijvoorbeeld aan een spiraalboiler. Een ander probleem dat zich stelt bij de opvoering van het vermogen, is dat de ketel in veiligheid kan gaan enkel en alleen vanwege het kleine maximumdebiet van de leidingen; met andere woorden door montagefouten.
