DE CORRECTE VLOEROPBOUW BIJ VLOERVERWARMING
Aandachtspunten bij isoleren, chapen, vloerafwerkingen verlijmen
Een typische opbouw van een vloer met vloerverwarming bestaat uit een draagvloer, een vloer waarin de leidingen gelegd worden en eventueel een membraan dat het opstijgend vocht tegenhoudt. Daarna volgen de isolatielaag, de vloerverwarming, de dekvloer (chape), de eventuele egalisatiemortel, de lijm en de vloerafwerking (bijvoorbeeld tegels of parket). Hieronder gaan we dieper in op de isolatie, de chape en het verlijmen van de vloerafwerking.
ISOLATIE
Algemeen genomen, kan men stellen dat hoe harder de isolatie is, hoe minder de kans bestaat op inzakken van de isolatie en dus hoe minder de spanningen in de daarbovenop liggende lagen zullen voorkomen. Wat het vloerverwarmingssysteem betreft, moet er genoeg geïsoleerd worden om warmteverlies te voorkomen. Er zijn diverse oplossingen (met diverse kwaliteiten) om een vloer te isoleren.
CHAPE
Om een dekvloer of chape aan te brengen bovenop vloerverwarming moet met enkele aandachtspunten rekening worden gehouden. De buizen moeten voor het chapen gevuld en getest worden. Zo wordt gecontroleerd of de buizen zeker zwaar genoeg zijn. Ook het drogen van de dekvloer dient op een zorgvuldige manier te verlopen.
VLOERAFWERKING VERLIJMEN
De meeste vloerverwarmingssystemen maken gebruik van de warmte van een cv-installatie of van elektriciteit. Beide onderwerpen de ondergrond en de vloerbekleding aan zware beproevingen. U dient dus bij elke vloerbekleding grondig te overwegen welke lijm of mortel de beste oplossing biedt.
• Tegels
• Parket