Afvoergoten voor het terras uitgelicht
Na een bui moet het regenwater vlot van je terras weggeraken. En ook als je schoonmaakt, mogen er geen plassen blijven staan. Een slechte afwatering kan namelijk voor heel wat problemen zorgen. Maar waar moet dat water naartoe en hoe geraakt het daar? In dit artikel bepreken we het nut van afvoergoten, de mogelijke uitvoeringen en hoe ze geplaatst worden.
Waterafvoer
Algemeen
De afvoer van het regenwater dat over het oppervlak van je terrasafwerking stroomt, kan gebeuren met behulp van afvoergoten of afvoerputten. Logischerwijze is het de bedoeling dat het water weggeleid wordt van de gevels van je woning. Doe je dit niet, dan blijven er plassen staan, met uiteindelijk een beschadigd terras tot gevolg.
Voorzie je wel de juiste helling, dan moet er ook een goot zijn om het water op te vangen en weg te leiden. Laat je alles ongecontroleerd naar de tuin stromen, dan krijgt die langs de rand van het terras plots heel veel water te slikken. Een zompige bodem en modder zijn dan het gevolg. Met een goede afwatering en infiltratie voorkom je deze problemen.
Uitvoeringen
Om een visueel evenwicht in je tuin te behouden, kies je beter een afvoergoot die harmonieus overeenstemt met je terras. Gebruikte materialen zijn gietijzer, inox, polyesterbeton of galva. De goot wordt afgedekt met een rooster. Waterafvoer is er in allerlei uitvoeringen, motieven en afwerkingen (glanzend, in een kleur, zwart ...) zodat je een oplossing kan kiezen die in jouw tuin past.
Discreet of statement
Onopvallend wegwerken met een discrete sleufgoot is erg populair. Het enige wat zichtbaar is, is een fijne sleuf waarlangs het water wegloopt. Dergelijke goten zijn ingewerkt, waardoor ze niet opvallen als je op het terras loopt. Wie opteerde voor twee of meer soorten bestrating in één ontwerp, kan een sleufgoot trouwens gebruiken als overgangselement tussen twee bestratingen.
Wil je met je afwatering een statement maken? Dan kan dat perfect met designroosters waar bijvoorbeeld speciale motieven of een opvallende kleur de hoofdrol spelen.
Onderhoud
Zoals altijd is voorkomen beter dan genezen. In het geval van afvoergoten wil je vooral verstopping vermijden. Vuildeeltjes, bladeren, mos en aarde worden door water weggespoeld naar en in je afvoergoot. Grotere vuildeeltjes worden tegengehouden door het rooster.
Laat je dit te lang liggen, dan geraakt het rooster verstopt en kan het water niet meer weg. Haal dus geregeld bladafval en ander groter vuil weg. Schrob af en toe het rooster schoon met een borstel om dichtslibben te voorkomen.
TIP
Vooral oudere roosters kunnen na een tijdje behoorlijk spannen waardoor je ze moeilijker optilt. Er bestaan speciale roosterhaakjes waarmee je het rooster makkelijker kan losklikken en weghalen. Heb je deze niet en bestaat je rooster uit een robuuster materiaal zoals gietijzer? Dan kan je het met een koevoet als hefboom voorzichtig losmaken.
De kleinere vuildeeltjes die het rooster passeren, kunnen in de goot blijven liggen. Na verloop van tijd stapelt zich het vuil op en ontstaan er verstoppingen. Bij roostergoten haal je dan gewoon het rooster weg, schep het meeste vuil uit de goot en spoel na met de tuinslang. Bij een sleufgoot heb je normaliter een toegangs- en/ of inspectieluik. Dit haal je eraf en daarna spoel je de goot schoon met de tuinslang. Onder het toegangsluik kan je werken met een bladvanger. Ook dit kan je eenvoudig leegmaken en schoonspoelen.
Schoonmaakproducten
Uiteraard krijgt je terras niet enkel regenwater over zich heen. Bij het schrobben wordt vaak een schoonmaakmiddel gebruikt. Bepaalde detergenten kunnen na verloop van tijd en bij veelvuldig gebruik schade veroorzaken aan het rooster van de afvoergoot. Zeker bleekwater is vaak te agressief voor de materialen van en rond je afvoergoot. Spoel daarom na het poetsen altijd even na met zuiver water. Ook voor je terrasbekleding is het in principe beter om je terras te reinigen met puur regenwater. Is er toch een sopje nodig? Kies dan eerder voor biologisch afbreekbare producten.
Installeren
Je kan een afvoergoot zelf installeren. Sommige fabrikanten bieden zelfs speciale doe-het-zelfkits aan. Er zijn echter wel enkele belangrijke voorwaarden en technische specificaties die je in acht moet nemen.
Technisch
Dimensionering
Voor woningen moeten de onderdelen van een hemelwaterafvoerinstallatie gedimensioneerd worden volgens deze methode:
Het debiet (Q in l/s) dat afgevoerd moet kunnen worden, wordt berekend aan de hand van de volgende formule:
Q = r x A x C, waarbij:
• r = de regenintensiteit (l/s.m²)
• A = de af te wateren oppervlakte (m²)
• C = de afvoercoëfficiënt, die gelijk is aan 1
- Regenintensiteit: voor ondoorlaatbare grondoppervlakken moeten de regenwaterafvoeren in principe worden gedimensioneerd uitgaande van een regenintensiteit van 0,02 l/s.m² (1,2 l/min.m²). Als het niet mogelijk is om het regenwater onder invloed van de zwaartekracht naar het omliggende terrein te laten overlopen, dan kan je beslissen om de afvoeren te dimensioneren, rekening houdend met een hogere regenintensiteit (0,03 l/s.m² of 1,8 l/min.m²).
- Af te wateren oppervlakte: dit is de oppervlakte van het terras dat aangesloten is op de afvoergoot.
- Afmetingen van de onderdelen: voor de keuze van de te voorziene afvoergoten moet je de afvoercapaciteiten gebruiken die door de fabrikant werden doorgegeven. De capaciteit van het gekozen model moet dan groter zijn dan de afvoercapaciteit, berekend volgens de formule. Voor de dimensionering van de afvoerbuizen die stroomafwaarts van de goten aangesloten worden, is de te voorziene diameter afhankelijk van het debiet van het af te voeren water (Q), de helling van de buis en je gekozen materiaal.
Leidingen
RWA of DWA?
De gescheiden afvoer van hemelwater (RWA) en afvalwater (DWA) alsook de recuperatie en infiltratie van regenwater is iets waar je vooraf zeker moet bij stilstaan. Sluit de afvoer van je terras aan op de regenwaterafvoer, tenzij dat terras hoofdzakelijk kuiswater te verwerken krijgt.
Reinig je je terras zelden met detergenten? Dan kies je dus RWA en kan je uitgaan van het zelfreinigende vermogen van het milieu waarin je kuiswater terecht komt. In elk geval sluit je je afvoer beter niet aan op de regenwaterput, maar op de overloop van de put of op een infiltratievoorziening. En sowieso laat je regenwater beter op natuurlijke wijze infiltreren in de ondergrond (bv. met waterdoorlatende bestrating zoals een grindstrook, een haag naast het terras etc.).
Plaatsing leidingen
De leidingen die het regenwater - dat afkomstig is van de goten - verzamelen en afvoeren naar een afvoersysteem of aangesloten zijn op een riolering, moeten in een helling geplaatst worden.
De geulen hebben een minimale diepte die gelijk is aan hun buitendiameter, plus 10 cm. Ze worden op een 5 cm dik zandbed geplaatst en worden vervolgens bedekt met zand. Zorg ervoor dat er geen stenen, grind of scherpe materialen rond je leiding liggen zodat ze niet beschadigd geraakt. Het gebruik van gestabiliseerd zand als aanaardingsmateriaal voor leidingen uit kunststof is afgeraden.
Afvoergoot installeren
Heb je rekening gehouden met alle technische kantjes van de zaak en zijn alle leidingen in orde? Dan kan je je afvoergoot installeren langs je terras of aan je oprit.
Graaf een sleuf van 20 cm diep, met een minimale hoogte van 10 cm en 30 cm breed. Voeg in de sleuf gestabiliseerd zand toe (1 : 3 – cement : zand). Daarna kan je de stabilisé op de gewenste hoogte afrijen (circa. 9 cm van de bovenkant van de bestrating). Zorg voor voldoende helling richting het riool en druk het zandbed stevig aan.
Let er wel op dat de bestrating altijd 3-5 mm hoger ligt dan de goot m beschadiging te vermijden en om het regenwater goed weg te laten vloeien!
Sluit als eerste de goot met uitloop aan. Koppel met overige gootelementen je afwateringssysteem aan je lijnafwatering. Zorg bij een oprit of overige verkeersbelasting altijd voor extra ondersteuning of omkisting van de goot!
Plaats de goot in de sleuf door deze in elkaar te schuiven of klikken. Zorg dat het rooster is bevestigd zodat je de goot zo nodig met een hamer op de gewenste hoogte kunt tikken. Je kan de afvoergoot op iedere gewenste lengte inkorten door ze te slijpen. Het rooster kan je dan weer op maat zagen (slijpen is hier geen optie omdat die bewerking roestvorming kan veroorzaken).
Als laatste bevestig je de eindplaat aan de uiteinden van de gootlijn. Deze wordt door de bestrating ingesloten.
Eventueel kan je de gootelementen nog afkitten of afdichten met mortel, een hybridekit of polymeerlijm. Vul de rest van de sleuf met (gestabiliseerd) zand tot aan de hoogte waar de tegels/bestrating komt.
Met dank aan ACO, Martens en Scala