Welke freesbits heb je nodig?
Net zoals je niets bent met een boormachine zonder een deftig stel boren, heb je om te werken met een freesmachine de nodige opzetstukken nodig. We overlopen welke frezen (of freesbits) niet mogen ontbreken voor mooi afgewerkte randen en groeven. We concentreren ons op freeskoppen die gebruikt kunnen worden op hand(boven)freesmachines, frezen voor verticale freesmachines (in de professionele houtbewerking) laten we hier buiten beschouwing.
Wat is een freesbit?
Freesbits (of frezen, freeskoppen of freesstiften) zijn opzetstukken om op een (boven)freesmachine te gebruiken.
Hoe ziet een freesbit eruit?
Een freesbit bestaat uit een schacht en een snijgedeelte. Sommige frezen hebben een kogellager boven of onder het snijvlak. Deze lager rolt langs de rand van het hout of een mal en zorgt dat je de frees gecontroleerd en gelijkmatig kan geleiden.
De schacht
Een freesbit bestaat enerzijds uit een schacht: het gladde, cilindervormige deel dat je met een klemhuls of spantang en een spanmoer in de freesas van de machine klemt. Dit is het deel dat nooit in contact komt met het hout.
De schachtdiameter varieert, afhankelijk van hoe zwaar de freesbewerking is: 6 of 8 mm komt vaak voor bij lichtere machines en hobbygebruik. 12 mm vind je bij zwaardere, professionele machines. Een dikkere schacht betekent minder kans op trillen en dus een stabielere bewerking bij grotere of zwaardere frezen.
Het snijgedeelte
Anderzijds heb je het snijgedeelte: het werkende deel dat uitsteekt en het hout bewerkt. Dit kan allerlei vormen hebben, afhankelijk van de toepassing. Over het algemeen kunnen deze worden onderverdeeld in groeffrezen voor het maken van sleuven en uitsparingen enerzijds, en kantfrezen om profielranden af te werken, anderzijds.
De klemhuls
De spantang (klemhuls) is dus het onderdeel van de freesmachine dat de freesbit stevig op zijn plaats houdt. Zonder dit stuk zou de freesbit veel te los in de freesas zitten. Het is een taps toelopend, gespleten busje dat in de freesas wordt geplaatst en door het aandraaien van de spanmoer samenknijpt rond de schacht van de frees.
Spantangen bestaan in verschillende uitvoeringen naargelang de schachtdiameter van de freesbits die je wil gebruiken, meestal 6 mm, 8 mm of 12 mm. De meeste freesmachines worden standaard geleverd met één of meerdere spantangen, en soms ook met verloopstukjes om kleinere diameters te kunnen klemmen.
Belangrijk is dat je altijd een spantang gebruikt die exact bij de freesbit past: te veel speling kan trillingen of zelfs loskomen veroorzaken, terwijl een te nauwe passing de freesbit kan beschadigen.
Tip: grootte bepaalt toerental
Hoe groter de freesdiameter of de lengte van de frees, hoe meer kracht die vergt van de machine om stabiel te draaien. Tegelijk moet je het toerental aanpassen:
- Kleine frezen (bijvoorbeeld rechte groeffrezen of kleine radiusfrezen) kun je veilig op hoge toerentallen gebruiken (25.000 tot 30.000 rpm).
- Grote profiel- of kopieerfrezen moeten op een lager toerental draaien (soms maar 10.000 – 15.000 rpm), omdat de snijkracht toeneemt en het risico op verbranden of uitscheuren groter wordt.
Soorten freeskoppen
Zoals reeds aangehaald, kan je freeskoppen grosso modo onderverdelen in groeffrezen en kantenfrezen. We bespreken welke soorten goed van pas kunnen komen voor de meeste van je klussen.
Groeffrezen (voor sleuven en uitsparingen)
Vingerfrees
Een vingerfrees of stiftfrees is een rechte frees en is voorzien van twee messen. Een vingerfrees gebruik je om groeven en sponningen in je werkstuk te trekken, of om rechte of gebogen vormen te maken. Bij een vingerfrees is vooral de diameter belangrijk (vaak 6 of 8 mm): die bepaalt de minimale breedte van de groef. Ook de lengte is van tel, die legt de maximale diepte vast. Omdat vingerfrezen in verschillende diameters verkrijgbaar zijn, worden ze vaak gebruikt als “basisfrees”.
Groeffrees
Een groeffrees hoeft niet per se recht te zijn: de vorm van de frees bepaalt ook de vorm van de groef. Zo bestaan er V-groeffrezen (voor strakke, V-vormige lijnen) en U-groeffrezen (voor ronde, U-vormige groeven). Deze worden vaak gebruikt voor decoratief freeswerk, zoals het inwerken van patronen, het graveren van letters, of het toevoegen van sierlijnen in panelen en snijplanken. Door het juiste model te kiezen, kan je een breed scala aan decoratieve effecten bereiken.
Zwaluwstaartfrees
Een zwaluwstaartfrees is een bijzonder type groeffrees waarmee je zwaluwstaartverbindingen kan maken. Deze verbinding staat bekend om haar sterkte en wordt vaak toegepast in de meubelmakerij, bijvoorbeeld bij laden of kasten.
Kantenfrezen (om randen af te werken)
Kantenfrees
De kantenfrees is ook een rechte frees, en als zodanig dus een variant van de vingerfrees. Onderaan zit er een wieltje op een kogellager. Dit wieltje komt perfect gelijk met de snijkant van de freesstift. Tijdens het frezen laat je het wieltje over de zijkant van je plank rollen, op die manier wordt die zijkant helemaal gelijkgezet. Dit is bijvoorbeeld handig om twee verlijmde planken naadloos op elkaar af te stemmen. Daarnaast gebruik je een kantenfrees ook om scherpe randen af te breken of lichtjes af te ronden voor een strakkere afwerking.
Profielfrees
Een profielfrees heeft net als de kantenfrees een lager, maar is bedoeld om een specifiek profiel in de rand van je werkstuk te frezen. Afhankelijk van de frees kan dat een eenvoudige afronding zijn, een decoratieve kraal of holling. Profielfrezen bestaan in een breed scala aan vormen en zijn ideaal om je werkstukken een accent te geven.
Onder de profielfrezen heb je ook 'functionele' frezen zoals de sponningfrees, voor het maken van sponningen en inkepingen langs een rand. Een sponning is een ondiepe, rechthoekige inkeping langs de rand van een werkstuk waarin een ander onderdeel, zoals glas, een paneel of een achterwand, kan worden geplaatst.
Onder de functionele profielfrezen bestaan er ook verstekfrezen waarmee je een extra groef kan maken aan het verstek, zodat je een stevigere verbinding creëert bij een tand- en groefverbinding (bijvoorbeeld bij vloerdelen). Je panelen of houten werkstukken klikken zo nog vaster in elkaar.
Kopieerfrees met lager
Een kopieerfrees beschikt eveneens over een kogellager dat dezelfde diameter heeft als de snijkanten. Afhankelijk van het type zit dit lager boven of onder het snijgedeelte. Hierdoor kan je een sjabloon volgen dat op of onder het werkstuk ligt. De lager rolt langs de mal of de rand, terwijl de messen de exacte contour snijden. Kopieerfrezen zijn dus niet alleen geschikt voor het gelijkzetten van randen, maar ook voor het uitfrezen van patronen en uitsparingen in vlakken.