HOE ZELF EEN DUURZAME TUINPOORT MAKEN
Wie al eens een tuinpoort heeft gekocht, weet dat deze flink wat kan kosten, zeker als je zo’n mooi exemplaar in hardhout wilt. Het is een ideale klus om zelf te doen, zeker als je een basiskennis hebt in houtbewerking. Zo kan je een flinke duit besparen op je poort.
HOUT KIEZEN
Niet duur, maar zeker duurzaam. Zo hebben we ons hout het liefst. Daarom kozen we zorgvuldig uit welke houtsoort we willen voor de tuinpoort. Voor de binnenstructuur kochten we geïmpregneerde balken. Dit hout is in de kern chemisch verduurzaamd naaldhout. Dit is stevig en kan, mits wat extra bescherming, jaren mee.
Voor de bekleding kiezen we voor thermisch verduurzaamd hout. Dit is naaldhout dat een hittebehandeling heeft gekregen, waardoor het niet gevoelig wordt voor vocht of schimmels. Het hout kan je, net als hardhout, onbehandeld laten vergrijzen. Je kan het Thermowood krijgen in verschillende houtsoorten. Door de lange levensduur is het een duurzamer alternatief voor ecologisch belastend tropisch hardhout
PALEN
We willen dat de palen dezelfde uitstraling krijgen als de bekleding van de tuinpoort. Daarom nemen we ook hiervoor palen uit thermisch naaldhout. Omdat deze palen in de grond komen te staan, geven we ze nog een extra bescherming. We brengen eerst een extra laag impregneermiddel aan. Die beschermt tegen houtrot en schimmels. Vooral het deel dat in de grond komt te zitten, is hier gevoelig voor.
Daarnaast brengen we onder het maaiveld nog een extra coating aan. We brengen er nog een laag vloeibaar rubber op aan. Zo zijn ze zeker beschermd tegen het houtrot.
OOK BOVENAAN
Ook bovenaan moet je vochtschade vermijden. Er kan gemakkelijk water op de palen blijven staan. Daarom zagen we boven aan de palen een kleine piramide. Deze zorgt ervoor dat de regen die erop drupt, ervan afglijdt.
Om zo’n afschuining te maken, stel je je verstekzaag in onder een lichte hoek, bijvoorbeeld 15°. Dan zaag je de paal bovenaan af, zeker tot over het midden. Draai de paal dan een kwartslag. Zet je zaag gelijk met de afgeschuinde rand. Zaag dan in. Doe dat zo tot je rond bent. Heb je je werk precies gedaan? Dan krijg je een mooie piramide in het midden.
GRAVEN
De bedoeling is dat je de palen voldoende diep in de grond verankert. Wij zetten de palen bijna een derde van de totale lengte in de grond.
Graaf daarvoor een put uit die diep genoeg, maar ook groot genoeg is om de palen, samen met een betonvoet, in te zetten. We graven een opening van vijftig centimeter op vijftig centimeter.
PALEN ZETTEN
De palen van de poort moeten mooi gelijk komen te staan. Daarvoor gebruik je een pasdarm. Daarmee kan je dan een meterpas van de ene kant van de poort naar de andere kant overzetten. Zo kunnen we ze even hoog zetten.
Om de palen dan rechtop te zetten, schoren we ze even. Je kan de schoren nog wat verplaatsen, zo kan je de paal perfect waterpas zetten. Maar dat is hier niet de bedoeling. We laten de palen een beetje naar buiten hellen. De zware poort zal de palen sowieso nog een beetje naar binnen laten kantelen. Dus door ze nu een beetje naar buiten te laten hellen, komen ze straks recht te staan.
BETONVOET
Om de palen goed te verankeren, storten we er nog beton rond. Zo krijgen ze een grote betonvoet die de paal stevig in de grond zet. Hier werken we met snelbeton. Zo kan je de schoren snel verwijderen en zit de paal meteen muurvast. Het snelbeton kan je bovendien ook mengen in de put. Doe daarvoor steeds de helft van de zak met de helft van het nodige water in de put. Meng desnoods een beetje door.
We zorgen hier voor een stevige betonvoet. De poort zal veel wegen en we willen ervoor zorgen dat de poort niet schuin gaat hangen. Met de tuinpoort op haar plaats, meet je nu de afstand tussen de twee palen op. Deze maat zal de breedte van je poort zijn.
DUBBEL KADER
Het kader maken we uit geïmpregneerde balken. We maken het kader dubbel, zodat we aan de hoeken een stevige halfhoutse verbinding kunnen maken. Als je zelf ook het kader dubbel wilt maken, dan zorg je ervoor dat de balken telkens met de groeirichting in de andere richting liggen. Als de balk dan de neiging heeft krom te trekken, dan zal de balk die ertegenaan ligt, de vervorming opvangen en niet mee kromtrekken.
De twee balkenrijen lijm je samen met houtconstructielijm. Deze kan perfect buiten gebruikt worden, want hij is op basis van PU. Bovendien schroeven we de twee kaders nog eens aan elkaar vast, zodat beide een stevig geheel vormen.
SLAG EN SCHOREN
Het dubbele kader maken we niet enkel omdat het wat steviger is. We maken één kader een beetje groter dan een ander. Zo krijg je aan beide zijdes van de poort een slag. Als de poort dan dichtwaait, dan komen de krachten niet alleen op de bekleding terecht, maar op het kader zelf. Zo vermijd je dat de bekleding beschadigd wordt.
Het kader wordt ook geschoord. Dat wil zeggen dat we in het kader een aantal schuine stukken steken. Zo krijgen we driehoeken, die steviger zijn dan vierkanten. Laat deze schoren lopen van de verste bovenhoek naar het scharnier eronder.
GEVELDOEK
Het hele kader bedekken we nog eens met een geveldoek. Deze zal het hout verder beschermen tegen vochtinsijpeling. Daarom brengen we het ook aan boven op het kader. Vervang dit geveldoek niet door een gewone plastic folie.
De uv-stralen zullen het plastic na verloop van tijd doen versterven. Dan is het hout natuurlijk niet meer beschermd. Je kan het geveldoek gewoon op het kader nieten.
BEKLEDING
Voor de bekleding kiezen we voor thermisch verduurzaamde gevelplanken. Deze hebben een tand-en-groefsysteem. Zo wordt de poort mooi dichtgemaakt.
We zagen de bovenkant van de lamellen in verstek. We doen dit weer onder een licht verstek van 15°. Hierdoor blijft er bovenaan geen water op de kopse kant van het hout. Leg alle planken bovenaan gelijk.
NAGELEN
De bekleding bevestig je met nagels en een nagelpistool. Zo zie je de kopjes van de nagels niet meer. Het werkt bovendien nog heel vlot. De laatste plank kan je bevestigen en op maat zagen met je cirkelzaag of met een tafelzaag.
De onderkant zaag je dan in één stuk af met de cirkelzaag. Zo is die meteen precies op maat. Ook dit kan je onder een kleine hoek doen. Zo krijg je een druipneus onderaan waar het water mooi af valt.
SCHARNIEREN
Je kan dan de scharnieren hangen. We plaatsen die waar de liggers van ons kader zich bevinden. Zo bevestig je ze niet enkel in de bekleding, maar ook in het frame zelf.
We gebruiken hiervoor zwarte hengsels omdat deze mooier bij onze poort passen. Die bevestigen we met zwarte draadbouten om het geheel mooi af te werken
HANGEN
Dan kan je de poort hangen. Laat de poort eerst steunen op een aantal blokjes, zodat je ze kan positioneren ten opzichte van de paal. Zorg dat ze zeker recht hangen en dat beide vleugels ook ten opzichte van elkaar op dezelfde hoogte hangen.
Als ze goed staan, kan je de duimen bevestigen aan de palen. Zorg dat ze goed tot tegen de hengsels zitten. Schroef ze vast in de palen.
VERGRIJZEN
In principe moet je Thermowood niet behandelen. Het is bestand tegen schimmels en houtrot vanwege de hittebehandeling. Het hout zal dan na verloop van tijd vergrijzen. Maar tijdens het vergrijzen kan het wel eens gebeuren dat opspattend water vlekken geeft en dat de algen in dat water groene vlekken geven op de poort.
Daarom brengen we een vergrijzende beits aan op de poort. Deze geeft de poort een grijze kleur. Deze pigmentlaag zal na verloop van tijd vervagen, maar grijze pigmenten zullen stilaan vervangen worden door het natuurlijke vergrijzingsproces van het hout. Door de bescherming tijdens de eerste levensjaren heb je minder kans op vlekken en algen, waardoor het eindresultaat een pak mooier en egaler grijs zal worden.
BEITS AANBRENGEN
Voor je deze beits aanbrengt, moet je hem goed doorroeren. Zo worden de pigmenten egaal verdeeld in de pot. Doe je dat niet? Dan krijg je misschien een kleurverschil tussen het begin van de poort en het einde van de poort. De beits breng je gewoon aan met een kwast. Doe dat in de richting van de houtnerf. Blijf de pot doorroeren, terwijl je bezig bent. Zo blijven de pigmenten in je pot en op de poort goed verdeeld.
De beits breng je aan in twee lagen. Wacht tot de eerste laag voldoende droog is om de beits aan te brengen. De tweede laag zorgt voor een egaler eindresultaat.