Welke metselgereedschap heb je nodig?
Wie aan het metselen slaat, zorgt er maar beter voor dat hij op voorhand al het nodige materiaal voor deze klus bijeengezocht heeft. Dat gaat verder dan enkel een truweel, een waterpas en een steenbeitel, want om degelijk metselwerk te kunnen afleveren, komt er zeker en vast ook heel wat ander aannemersgereedschap bij kijken.
Om mortel te maken
Zand- of betonschop
Wie zijn mortel handmatig wil mengen, heeft een schop nodig. Je kan kiezen tussen een degelijke zandschop, met een afgeronde, aangeslepen snede, of een betonschop.
Die laatste is dankzij de rechte snede handig om mortelkuipen mee leeg te scheppen of om een ondergrond mee te egaliseren.
Kruiwagen
Van alle modellen van kruiwagens is de 'rondneus' nog steeds de populairste. Kies voor een degelijk, samengelast model. Voor een ideale verhouding komt 80 procent van de belasting op de neus te liggen en mag je zelf niet meer dan 20 procent tillen. Hou daarbij de armen steeds gestrekt tegen je lichaam.
Mortelkuip
Om een grote hoeveelheid mortel ineens te kunnen aanmaken, is een mortelkuip een stuk handiger dan een emmer. Je kan die trouwens ook veel gemakkelijker met een truweel tot op de bodem leegscheppen.
Een mortelkuip kan je ook zelf maken door het onderste gedeelte uit een grote, blauwe regenton te snijden.
Betonmolen
Als je een grote hoeveelheid mortel aan te maken hebt – en je die ook op tijd kan verwerken – kan je maar beter gebruikmaken van een betonmolen. Doe eerst het zand in de molen en daarna het cement en/of de kalk. Pas dan zet je de molen in beweging en voeg je in kleine hoeveelheden water toe.
Meetgereedschap
Waterpas
Een waterpas is handig om tussendoor te controleren of je wel perfect horizontaal aan het metselen bent. Vaak is een waterpas echter te kort en dan kan je die op de smalle kant van een reilat of een eventuele geleider leggen. Zowel voor een waterpas als een reilat geldt dat je moet voorkomen dat er mortelresten aan de onderkant blijven kleven.
Schietlood
Een schietlood helpt je om profielen loodrecht op te stellen. Dit gereedschap leert je ook of je metselwerk perfect recht staat. Raakt het gewicht onderaan het metselwerk, dan 'sleept' je muur; verwijdert het gewicht zich dan weer van het metselwerk, dan 'vliegt' die. In beide gevallen ben je dus niet loodrecht bezig.
Slangwaterpas
Met een slangwaterpas zet je verschillende punten die ver uit elkaar liggen, toch perfect waterpas over. Vul de slang door een emmer zuiver water op een verhoog te zetten en het uiteinde van de slang erin te hangen.
Aan het andere uiteinde zuig je tot het water in de slang komt. Dat water zal daarna vanzelf doorvloeien en zodra er geen luchtbellen meer in de slang zitten, is die gebruiksklaar. Sluit de buisjes wel nooit af tijdens het passen en zorg dat je zelf niet op de slang staat.
Bouwlaser
In plaats van een slangwaterpas wordt er steeds meer een (360°-)laser gebruikt. Let op: voor metselwerk buiten heb je een laser nodig die bij daglicht zichtbaar is. Die kan je huren.
Bouwhaak
Een bouwhaak is een grote versie van een winkelhaak, waarmee je haakse hoeken uitzet en controleert.
Metserstouw
Een eindmarkering opzoeken over een langere afstand doe je met metserstouw. Daarvoor omwikkel je het touw rond een steen. Span vervolgens goed aan terwijl je het touw in het verlengde van de afgetekende lijn legt. Je hebt flink wat touw nodig om alle lijnen uit te zetten. Een ander hulpmiddel is een smetkoord.
Om te metselen
Truweel
Een degelijk metselaarstruweel herken je aan de afgeslepen kant van het blad, waardoor het ook bruikbaar is om stenen op de juiste maat te hakken.
Aangezien het truweel verder ook moet dienen om mortel op te scheppen en te spreiden, om stenen in de mortel te tikken en om overtollige mortel weg te nemen, is een kwalitatief blad een must: het mag zeker niet te dun zijn en het moet over de volledige oppervlakte mooi gepolijst zijn.
Of je nu kiest voor een puntig of een afgerond blad, hangt volledig van je eigen voorkeur af. En dat geldt ook voor de maat, hoewel 180 mm de meest courante lengte is.
Na elke metselklus wrijf je het truweelblad helemaal schoon. Mortelresten kan je gemakkelijk verwijderen door met een glad stukje baksteen in cirkelvormige bewegingen het blad proper te wrijven.
Wat het handvat betreft, is beukenhout de beste keuze, op voorwaarde dat het glad afgewerkt en gelakt is. Tegenwoordig zijn ook heel wat truwelen uitgerust met een handvat van kunststof. Dat kan heel gemakkelijk in de hand liggen, maar denk eraan dat dit soort handvatten in tegenstelling tot hout geen vocht (transpiratie) opneemt.
Het handvat moet in elk geval onder de juiste hoek tegenover het blad staan. Een opvallend dun handvat kan wijzen op een truweel van lage kwaliteit. Gebruik het handvat van je truweel nooit om stenen op hun plaats te kloppen, dat doe je met de rand van het blad.
Om te voegen
Voegspijker
Een voegspijker is een lange, smalle troffel waarmee je de voegmortel in de voegen aanbrengt. De stoot- en lintvoegspijker dienen logischerwijs om respectievelijk de stoot- en lintvoegen te vullen. Een stootvoegspijker kan je trouwens gemakkelijk zelf maken door een lintvoegspijker in te korten.
Speciebord
Eens je de voegmortel hebt aangemaakt, schep je die op het speciebord. Hou het bord eerst tegen de lintvoegen aan en duw de mortel van het bord in de voeg met de lintvoegspijker.
Voor de stootvoegen neem je gewoon wat voegmortel in de hand en wrijf je die, met de stootvoegspijker in de andere hand, in de voeg.
Ter afwerking
Borstel
Om je metselwerk uiteindelijk mooi af te werken, komt een gewone (zachte) handborstel alleszins van pas. Je veegt er alle cementresten mee van je muur. Borstel de cementresten ook zo veel mogelijk van je (nog natte) muur, vooraleer je die gaat voegen. Hiervoor gebruik je dan weer het best een harde borstel.
Haakse slijper
Stenen op maat kappen kan je een stuk gemakkelijker en preciezer met een haakse slijper.