Meer dan 50% wagens niet correct uitgelijnd: benut dat potentieel!
Vergelijking CCD-, 3D- en contactloze uitlijnapparaten

Uitlijnen wordt onterecht weleens in het verdomhoekje geduwd. Nochtans bieden de hedendaagse uitlijnsystemen de mogelijkheid om zeer snel een wagen te controleren. Zo wordt het zelfs mogelijk om proactief klanten te wijzen op een verkeerde uitlijning van hun wagen. Op die manier betaalt een investering zichzelf snel terug.
Meerdere redenen om uit te lijnen
Vraag aan enkele garageprofessionals wat de voornaamste redenen zijn waarom een wagen opnieuw uitgelijnd moet worden en de kans is groot dat u tot de volgende lijst zal komen:
- Klachten van de klant dat de wagen naar één kant trekt;
- De banden vertonen onregelmatige of snelle slijtage;
- De wagen van de klant raakte betrokken in een aanrijding;
- Bij de plaatsing van nieuwe banden;
- Na werken aan de ophanging.
Allemaal gegronde redenen, maar ze hebben wel één zaak gemeen: het zijn allemaal curatieve maatregelen, er moet dus eerst een oorzaak zijn voor u een uitlijningsactie kan uitvoeren. Wat als we dat kunnen omdraaien en proactief een uitlijning kunnen aanbieden? Op die manier kunnen problemen veel sneller en bij de bron aangepakt worden. Klanten zijn vandaag gevoeliger geworden voor zaken als veiligheid en uitstoot, en staan minder weigerachtig tegenover acties die hun banden langer laten meegaan, brandstof doen besparen en een optimale rijervaring kunnen bieden. Bovendien laten de moderne uitlijnsystemen toe om een controle met een minimum aan werkuren uit te voeren.

CCD of 3D of contactloos?

Maar voor we de loftrompet blazen over systeem X of Y, even terug met de voeten op de grond. Tussen wens en werkelijkheid ligt meestal de financiële kant van de zaak. Loont het de moeite om te investeren in een duurder systeem? Hoeveel uitlijningen moet u méér uitvoeren om de investering te verantwoorden? En welke randvoorwaarden worden wel eens over het hoofd gezien?
Interessante vragen, maar voor we daar een antwoord proberen op te bieden geven we u eerst een overzicht van de gangbare systemen.
CCD
De CCD-systemen zijn traditioneel de instapsystemen. CCD (Charged Couple Device) is een techniek uit de beeldvorming waarbij een fotografisch beeld omgezet wordt in een elektrisch signaal. Dat signaal wordt op een chip omgezet om zo een digitaal beeld te creëren.
Met meerdere sensoren (meestal 4, 6 of 8) wordt een 360°-beeld van de wielen genomen. CCD is al jaren op de markt in allerlei toepassingen, de technologie is dus zeer rijp en toegankelijk geworden. De nauwkeurigheid van een CCD-systeem is ook in orde. Ook de compacte uitvoering is een plus, wat het uitermate geschikt maakt voor kleinere werkplaatsen. De meeteenheden kunnen afgenomen worden van de hefbrug als ze niet gebruikt worden, ze hoeven enkel in de gemonteerde steunen geplaatst worden als een uitlijning zich aandient. Bij de nadelen kunnen we vermelden dat een meting iets langer duurt dan bij de andere systemen, voornamelijk door deze voorbereidende werken. Ook is achteraf een velgslingerprocedure nodig, als compensatie voor de velgslag als gevolg van de montage van de meetkoppen. Tot slot vermelden we dat er zowel bedrade als draadloze data-overdrachtsystemen op de markt zijn. Draadloos betekent uiteraard minder rompslomp met kabels; maar bedraad biedt nog altijd meer robuustheid.
3D
De 3D-systemen gaan een stap verder. Die laten toe om net iets sneller te werken, wat bespaart op het aantal werkuren. Ze zijn wel een stuk prijziger dan de CCD-uitvoeringen, daarom zijn ze meer geschikt voor de werkplaats die iets meer uitlijnbewegingen uitvoert.
Hier vinden we twee uitvoeringen: een eerste mobiele uitvoering met twee of drie 3D-camera’s die telkens het wiel opmeten en een vaste uitvoering met 4x2 camera’s. De meeste uitvoeringen laten toe om de gangbare grootheden (spoor, wielvlucht, rijashoek, offset en fuseelangs- en dwarshelling …) zeer snel en correct op te meten. Bij onderbreking van de meetstraal of bij eventuele verstoring van de stabiliteit door bv. een stoot tegen de meeteenheid, corrigeert en stabiliseert het meetsysteem zich vrijwel onmiddellijk. Ook hier wordt gewerkt met meetkoppen die het uitgestuurde signaal reflecteren naar de meeteenheid. Omdat er op de wielen enkel reflectoren staan en geen elektronica in meetsensoren, zijn deze minder gevoelig voor beschadiging door val of stoten.
Contactloos

Beide voorgaande methodes hebben één ding gemeen: ze vergen enige voorbereiding voor er met de meting van start kan worden gegaan, bv. voor het aanbrengen van de wielklemmen, meetkoppen of reflectorborden. Bij contacloze systemen is dit niet meer nodig, deze metingen gebeuren meestal via meting van de band waardoor toch een zekere tijdwinst kan worden geboekt. Bovendien wordt zo tegelijkertijd het risico op meetafwijkingen door de wielklemmen overboord gegooid. Daarnaast zorgt het ontbreken van mechanische handelingen ook voor minder risico op beschadiging. In de praktijk bestaat een contactloze meting uit een combinatie van meerdere meetprincipes waarbij een 3D-systeem met meerdere camera’s gecombineerd wordt met lasermetingen en infraroodtechnieken. Karakteristiek bestaat een meetsysteem uit een meeteenheid voor elke band, waarbij via laser enkele duizenden laserpunten op het wiel geprojecteerd worden. De twee 3D-camera’s die bij dat wiel opgesteld zijn, zullen deze meetpunten voortdurend opnemen. Via de triangulatiemeettechniek en de vergelijking met een referentie-unit wordt het beeld gecreëerd. De geïntegreerde infraroodverlichting zorgt ervoor dat de lichtinval geen beperkende factor is om een kwalitatieve meting te realiseren. Deze werkwijze laat toe om een hoge herhaalbaarheid van de meting te realiseren: elke meting geeft exact hetzelfde resultaat en is niet afhankelijk van trillingen.
Wat hebt u nodig?
De kwaliteit van uitlijnsystemen is wars van het toegepaste systeem zeer goed te noemen. De evolutie in meetsystemen nam de laatste jaren een hoge vlucht, waarbij zowel resoluties als herhaalbaarheid, kwaliteit, opslagmogelijkheden en gebruiksvriendelijkheid een sterke boost kregen. De prijzen volgden dan weer gestaag de andere richting. Over het algemeen kunnen we stellen dat wie een toestel koopt bij een betrouwbare leverancier, daar waar voor zijn geld zal vinden.
Maar de vraag rijst uiteraard welk systeem er het best bij uw bedrijf past. Als we de prijzen bekijken die fabrikanten hanteren, dan zien we dat de CCD-systemen het goedkoopst zijn, gevolgd door de 3D-systemen en ten slotte de contactloze uitvoeringen. Er moet dus een zekere omzetstijging zijn om de meerinvestering in 3D of contactloos te verantwoorden. Hou daarbij niet enkel rekening met de kostprijs an sich, maar ook met de kosten voor jaarlijks onderhoud, eventuele aanschaf van extra apparatuur zoals een wagenhoogtemeter en eventuele installatiekosten. Aan de positieve kant van de medaille wordt weleens over het hoofd gezien dat met het aantal uitijningen ook het aantal reparatiewerken en afstellingen stijgt. Als u voldoende meetactiviteiten kan uitvoeren, is een snel toestel met korte voorbereidingstijd dus zeker een aanrader. Wie slechts occasioneel een uitlijning op zich neemt, is dan beter of met een CCD of kan ze zelfs beter compleet uitbesteden.
Tot slot, maar daarom zeker niet minder belangrijk, breken we ook nog een lans voor de kwaliteit van de databank. De praktijkmetingen worden vergeleken met de referentiegegevens uit de databank. Niet enkel de omvang van de databank is hierbij van tel, ook de mate waarin deze geüpdatet wordt, draagt bij aan een exact meetresultaat.
Update wielgeometrie
Wielvlucht (camber)
De wielvlucht is de hoek die het wiel maakt als men recht voor de wagen staat. Een te grote hoek veroorzaakt een onregelmatige slijtage.
Positieve wielvlucht betekent dat de bovenkant van het wiel verder naar buiten staat dan de onderkant. Te veel positieve camber laat de buitenzijde van de banden verslijten. Bij een negatieve wielvlucht zijn de bovenkanten van de wielen naar elkaar gericht. Te veel negatieve wielvlucht doet de binnenzijde van de banden verslijten.
Caster (askanteling)
De casterhoek wordt voor elke wagen bepaald en vastgelegd om de band in een bocht een zo groot mogelijk contactvlak te geven met het wegdek. Bij een te groot verschil van de casterhoeken van de voorwielen, zal de auto naar één kant trekken.
Sporing
De sporing is het verschil in afstand tussen de voor- en achterkant van de twee wielen van eenzelfde as. Het voertuig wordt daarbij bekeken van bovenaf.
Toespoor of uitspoor beïnvloedt de wegligging van de wagen in de bochten. Toespoor betekent dat de voorkanten van de banden dichter bij elkaar liggen. Dit veroorzaakt onderstuur in de bochten. Te veel toespoor zorgt ook voor snellere slijtage, te beginnen aan de buitenzijde.
Uitspoor houdt in dat de achterkanten van de banden dichter bij elkaar liggen. Uitspoor veroorzaakt overstuur in de bochten en geeft het gevoel dat de wagen de bocht ‘inglijdt’. Als het uitspoor te groot is, begint de band te verslijten aan de binnenzijde. Er ontstaat een rubberopstroping op het loopvlak van de band die u kunt voelen als u hier met uw hand overheen strijkt.
Fuseedwarshelling (King Pin Inclination)
Dit is de hoek die gemaakt wordt door de lijn door de fuseedraaipunten en de loodrechte lijn op het wegdek. Als deze lijn verandert, zal ook de caster veranderen.