‘KAZEN VAN BIJ ONS’ SCOREN STERK BIJ DE CONSUMENT
HET VERBRUIK VAN ZUIVEL KENT NET ALS DE REST VAN VOEDINGSMARKT EEN LICHTE DALING
De consumptie van zuivel van de gemiddelde Belg kende afgelopen jaar een lichte daling, een tendens die zich ook voordoet in de rest van de voedingsmarkt. In grote lijnen daalt de aankoopfrequentie voor melk, yoghurt en kaas met als gevolg een lichte afname van de volumes per capita. Een stijging van de gemiddelde prijzen binnen de zuivelsector zorgden dan wel weer voor een positieve evolutie op vlak van omzet en besteding. Persvoorlichter B2B van VLAM Leen Guffens licht de tendensen die zich in de zuivelmarkt voordoen verder toe.
Belangrijkste marktevoluties
Uit de GfK-cijfers is gebleken dat zuivel een basisproduct is en blijft in de Belgische voedingsaankopen. Elk Belgisch gezin koopt gemiddeld 70 keer per jaar zuivelproducten en ze gaven hier in 2018 gemiddeld 253,50 euro per capita aan uit. De gemiddelde Waal besteedt meer dan de Vlaming en ook qua productkeuze zijn er grote regionale verschillen merkbaar. De Vlaming besteedt meer aan yoghurt, terwijl de Waal meer besteedt aan kaas, boter en room. In de totale Belgische besteding neemt kaas wel de belangrijkste plaats in, gevolgd door yoghurt en witte melk. Groeiers zijn boter, yoghurt en roomijs. Hieruit kan afgeleid worden dat genieten voor de Belg duidelijk nog steeds centraal staat.
Hoe shopt de Belg?
Het aantal shoppingtrips van de consument blijft voor alle fast moving consumer goods (FMCG) dalen. In 2018 shopte het gemiddelde gezin 147 keer (-2,8%). Die trend zet zich verder in de zuivelsector. Een daling in aankoopfrequentie is duidelijk merkbaar en dat zorgde voor een lichte afname van de volumes per capita. Door een stijging van de gemiddelde prijs, groeiden de zuivelbestedingen dan wel weer met 2,6%.
De winkelkar van de Belg
Melk
In België werd er afgelopen jaar 44,5 l witte melk en zuiveldranken per capita geconsumeerd. Dit verbruik daalde in totaal met 3,2% maar bij witte melk ligt die daling iets minder sterk (-2,5%). De Vlaamse melkconsumptie daalde slechts met 0,3%. Opvallend is wel dat de jonge alleenstaanden (<30 jaar) vorig jaar meer melk kochten. Volle melk (aandeel van 16%) en AA melk (aandeel van 7%) winnen aan belang ten koste van halfvolle melk. Toch blijft die laatste het belangrijkste segment met een volumeaandeel van 64%. Voor melksubstituten wordt een daling in volume van 2,3% genoteerd. Sojadrinks en rijstdrinks moeten inboeten met respectievelijk een daling van 6,3% en 7%. Andere alternatieven kennen een stijging van 1%, maar consumptiemelk blijft een volumeaandeel van 92% ten opzichte van de melksubstituten behouden.
Yoghurt
De aankoopfrequentie van yoghurt blijft op lange termijn dalen, maar dat geldt net zo goed voor de hele voedingsmarkt. Samen met een stabiele penetratie beïnvloedt dit de volumes negatief, maar door de hoge prijsstijging afgelopen jaar evolueerde de omzet wel positief. In Vlaanderen ligt het verbruik ook hoger dan in Wallonie.
Kaas
Het thuisverbruik van kaas schommelt al jaren rond 12 kg per capita. In 2018 kwamen we uit op 11,7 kg per capita, een daling van 1,2% tegenover 2017. In Vlaanderen blijft de consumptie stabiel op 10,6 kg kaas per persoon. In Wallonië eet men traditioneel meer kaas dan in Vlaanderen, maar de consumptie kende daar een lichte daling van 13,5 kg naar 13,2 kg kaas per persoon.
Nog meer kazen van bij ons
Het marktaandeel voor Belgische kazen in de kaasrayons neemt dan wel weer fors toe. In 2018 kocht 87% van de Belgische gezinnen kazen van bij ons en dat deden ze gemiddeld 11 keer. Hierdoor steeg het aandeel van de Belgische kazen van 15,7% naar 17,1% in volume en van 19,8% naar 20,7% in besteding.
“Deze evolutie voor Belgische kazen is heel opvallend”, vertelt persvoorlichter bij VLAM Leen Guffens, “zowel in waarde als in volume. Dat is te danken aan de lichte stijging in de penetratie en aankoopfrequentie, ondanks een dalende kaasmarkt.”
Succes verzekerd
“We kunnen wel stellen dat producten van bij ons sterk geapprecieerd worden door de consumenten”, gaat Leen Guffens verder. “Hier bij VLAM helpen we hen bij het kiezen voor 'Kazen van bij ons' door ze herkenbaar te maken met het logo, wat trouwens een logobekendheid van 88% en een naamsbekendheid van maar liefst 97% genereert. In 2018 liepen opnieuw heel wat acties en dat heeft duidelijk zijn vruchten afgeworpen. De GfK-cijfers tonen aan dat de campagnes inspelen op de vraag van de consument. Ook in 2019 zetten we met VLAM verder in op het promoten van Belgische kazen.”
De uitdaging van morgen
Meer voedsel nodig
Tegen 2050 zullen we met zo’n 9 miljard mensen op aarde zijn en dat brengt een grotere vraag naar middelen met zich mee. “Bijgevolg zal meer voedsel geproduceerd moeten worden en de klimaatverandering eist dat de sector daarbij zo weinig mogelijk druk op de planeet uitoefent”, gaat Leen Guffens verder. “Efficiëntiewinsten zijn daarom nodig en dat doen onze Belgische land- en tuinbouwbedrijven al heel goed. Met hun innovaties, know-how en hoogtechnologische processen halen ze maximaal rendement uit grondstoffen, water en energie. Zuivel is bovendien een lokaal product en levert een belangrijke bijdrage aan de inname van essentiële voedingsstoffen. Alle voedselproductie komt tegen een kost, maar de milieu-impact moet in evenwicht zijn met de bijdrage in het voedingspatroon.”
"Efficientiewinsten zijn nodig om de groeiende wereldbevolking te
blijven voeden en dat doen onze Belgische land- en tuinbouw-
bedrijven al heel goed"
Zuivelsector draagt steentje bij
De sector blijft dagelijks inzetten op verdere verduurzaming en zoekt voortdurend naar manieren om oplossingen aan te reiken. De inspanningen van de voorbije jaren worden beloond zoals de cijfers laten zien:
• In 1984 telde België nog 994.000 koeien, goed voor 3 miljard liter. 35 jaar later kon de sector dat aantal bijna halveren en tellen we nog 519.159 koeien die samen 4 miljard liter melk produceren;
• De CO2-equivalent per kg rauwe melk daalde van 1,28 kg in 2000 naar 0,95 kg in 2015, goed voor een daling van maar liefst 26%. De carbon footprint van vandaag komt al dicht in de buurt van de footprint van plantaardige drinks;
• Voor de verwerking van melk daalde het energieverbruik per 1000 liter verwerkte melk met 25%, het waterverbruik met 27%, de CO2-uitstoot met 37% en het restafval met 61% (cijfers 2005 – 2017);
• Melkveebedrijven namen in 2018 gemiddeld 15 initiatieven met focus op milieu en dierenwelzijn, denk maar aan groene energie, warmterecuperatie uit de melk en de valorisatie van reststromen uit de voedingsindustrie.