KIES VOOR MAKKELIJK ONDERHOUD EN HYGIENE IN DE AFWASZONE
DIT ZIJN DE AANDACHTSPUNTEN VOOR DE INRICHTING VAN DEZE RUIMTE
Richt u de afwaszone van uw traiteurszaak of slagerij in om er een hygiënische, makkelijk te onderhouden ruimte van te maken? Uiteraard zal de inrichter u daarbij ondersteunen, maar we geven u graag al enkele nuttige adviezen mee, aangebracht door specialisten ter zake. Bijvoorbeeld over welk type vloer u het best kiest, welke afvoer daarbij hoort (volgens de reinigingsmethode) en hoe de wanden aangekleed kunnen worden.
INRICHTING VAN DE AFWASZONE: ALGEMEEN
In hoeveel ruimte voorzien?
Een afwaszone bestaat typisch uit een inlooptafel en een vaatwasser met uitlooptafel. Beide tafels zijn doorgaans 1,2 meter breed. Maar ze kunnen ook 1,4 of 1,8 m breed zijn, met een of twee spoelbakken, een afvaltafel … Weinig plaats? Kies dan voor een automatische toegangsdeur: deze palmt minder plaats in dan een draaideur.
Met aandacht voor ergonomie
Het best moet u zo weinig mogelijk manipulaties in de afwaszone verrichten. Dit kan door een vaatwasser en een wasstraat in één rechte lijn te plaatsen of door de machine en de tafels in een hoek op te stellen.
WANDEN
Glasvezelversterkte polyesterplaat
Afwasbare en makkelijk te onderhouden wanden zullen uw werk vereenvoudigen. U kunt kiezen voor glasvezelversterkt polyester dat bedekt is met een schimmel- en bacteriewerende beschermlaag. Dit materiaal is ook bruikbaar voor het plafond. De platen zijn slechts enkele millimeters dik, maar de ondergrond moet effen zijn en is dus eerst te egaliseren.
Sandwichpanelen
Daarnaast bestaan er sandwichpanelen met een coating. Deze zijn dikker dan de glasvezelversterkte polyesterplaten, maar zelfdragend en dus aan te brengen tegen een oneffen ondergrond. De panelen vallen snel te plaatsen, isoleren goed en zijn afwasbaar. Wanneer u dagelijks reinigt, kiest u het best voor een foodsafe coating van 150 µm. De gebruikelijke staalplaatlaag op wanden is gevoelig voor vocht, zuren en basen. Een beter alternatief is kunststof, bij voorkeur polyester, dat heel inert is. Of - wel een grote investering - inox, bij voorkeur niet vlak, maar gebouchonneerd, om poetsvlekken te voorkomen.
VLOEREN: AFVOER
Keuze hangt af van reinigingsmethode
Wilt u de vloer (en ook de wanden) reinigen met een lagedrukspuit, dan heeft u een afvoerput nodig. Verder moet uw vloer voldoende afhellen. Bij langwerpige lokalen is een afvoergoot centraal in de ruimte een goed idee, omdat de vloer dan minder moet afhellen. Wilt u de vloer schoonmaken door het water weg te trekken naar een centraal punt? In dat geval is een grote afvoerput of een kleine goot daar handig. Afhellen moet de vloer dan (nagenoeg) niet doen.
Het best ronde putten/goten
Gaat u voor een afvoerput, kies dan voor een ronde. Niet alleen is die hygiënischer, ook loopt u daarmee minder risico op krimpscheuren in het beton of de kunststofvloer eromheen. Als u voor een afvoergoot kiest, gaat u het best voor ovale modellen. Die vorm geleidt het water en vuil immers veel sneller naar de afvoer. Daardoor heeft u minder water nodig om d
e goot zelf te reinigen. Opteer zeker ook voor goten en putten in inox die gebeitst en gepassiveerd is. Die zijn niet alleen beschermd tegen corrosie, het vuil blijft ook minder hechten op het inox oppervlak.
Makkelijke reiniging
U moet de goten en putten ook vlot kunnen reinigen, dagelijks. Ze dienen dus voldoende groot te zijn, zodat het vuile water snel genoeg wegloopt. Ook moeten ze voorzien zijn van een vuilkorf.
Roosters
Zullen de roosters op de vloergoten weinig belast worden, enkel door personen en lichte karren? Dan volstaat meestal een goed maasrooster. Door de vorm van deze rooster blijven wel veel bacteriën in de hoeken ervan zitten. De roostermazen mogen niet te groot zijn, zodat erover lopen de rug niet te veel belast. Gegoten roosters of volle platen op afvoergoten en -
putten kunt u beter reinigen, maar ze zijn wel een stuk duurder, aldus een specialist. Volle platen op grote putten en goten zijn ook vrij glad.
VLOER: WELK TYPE?
Voor welk type vloer u ook kiest: altijd is het belangrijk dat deze geen naden vertoont en uitgerust is met antislip. Zo voldoet u aan de HACCP-voedselveiligheidsnormen. De vloer moet ook waterdicht aansluiten op de afvoerput of -goot.
Epoxygietvloeren
In de mode zijn epoxygietvloeren. Epoxy is een zeer harde kunsthars: het materiaal kan zelfs meer druk aan dan beton. Dit materiaal is ook naadloos en vochtbestendig. Het vereist wel een perfecte ondergrond, anders komt het mogelijk los. Niet alle epoxygietvloeren zijn bovendien hittebestendig.
Acrylaatgietvloer
Dit alternatief voor epoxygietvloeren kan sneller aangebracht worden: niet in enkele dagen, maar meestal in één dag. Een acrylaatgietvloer is ook wat elastischer, waardoor er minder snel scheuren en barsten optreden. De vloer is sterk en volledig vloeistofbestendig. Bovendien valt er makkelijk antislip op aan te brengen.
Epoxymortelvloeren
Dit type gietvloer, ook wel troffelvloer genaamd, bestaat uit fijngemalen grind- of kwartskorrels, samengebonden met epoxy. Ook deze vloer is dus zeer hard, makkelijk te onderhouden en naadloos/vloeistofdicht.
VOEGEN EN PLINTEN
Hoe minder voegen en aansluitingen tussen de plinten, wanden en het plafond, hoe beter, want vocht en vuil vinden er snel hun weg in.
Profielen
Sandwichwanden worden het best in U-profielen uit pvc geplaatst. Deze vormen geen koudebrug en roesten niet bij veelvuldige blootstelling aan water en sterke reinigingsmiddelen. Glasvezelversterkte polyesterplaten worden bevestigd met H- en L-profielen.
Aansluitingen
Voor de aansluitingen tussen de sandwichwanden onderling en het plafond bestaan er ronde hoeken in pvc of aluminium. Pvc is goedkoper, maar de hoeken sluiten niet altijd 100% aan op de wanden en het plafond, waardoor water en vuil erachter kunnen kruipen als de pvc-hoek hol is. Een afgeronde aansluiting in aluminium met extra siliconendichting vermijdt dit probleem. Voor glasvezelversterkte polyesterplaten bestaan er aparte vloer- en plafondprofielen.
Plinten
Ook de aansluiting tussen wand en vloer is belangrijk. Wanneer enkel personen over de vloer bewegen, kan die opgetrokken worden met een hielplintje, tot tegen een profiel in de wand. Het best bevat dit profiel een kamer met silicone, om de verbinding tussen de wand en het profiel compleet te maken. Tegen de wand en vloer kan er ook een volle plint in pvc of beton verlijmd worden. Of u kiest voor afgeronde plinten in hetzelfde materiaal als de vloer. Zo ontstaat er als het ware een kuip. Let op: epoxyhars kan maximaal 5 cm hoog opgetrokken worden. Voor palletverkeer is een hogere plint aangeraden, bijvoorbeeld een prefabcomposietplint waarin er bij impact geen naadscheuren ontstaan.
NUTSVOORZIENINGEN
De aan- en afvoer van water bevinden zich het best zo laag mogelijk tegen de vloer en tegen de dienst- en shellkraantjes, voor een vlotte aansluiting met uw vaatwasser en uw eventuele voorspoeldouche. De meeste toestellen werken op een stroomaanvoer van 400 V 3 N.
AFZUIGING
Als u bijvoorbeeld een gewone dampkap inzet, moet er een gelijke hoeveelheid lucht in de ruimte worden aangevoerd. Het best gebruikt u dan ook een dampcondensator op de vaatwasser in combinatie met warmterecuperatie. Die laatste optie valt makkelijk te installeren, neemt weinig plaats in en is energie- en milieuvriendelijk.
AFWASZONE INRICHTEN IN HET KORT
Reinigt u de vloer met een lagedrukspuit, dan heeft u normaal gezien een afvoerput nodig en moet uw vloer voldoende afhellen.
- Maakt u de vloer schoon door water weg te trekken naar een centraal punt, voorzie dan daar in een grote afvoerput of een kleine goot.
- Voor de vloer kunt u kiezen tussen een epoxygietvloer, een acrylaatgietvloer en een epoxymortelvloer. Altijd moet de vloer naadloos zijn, met antislip.
- Voor de wand: glasvezelversterkte polyesterplaten zijn dun, maar vereisen een effen oppervlak. Sandwichpanelen zijn dikker, maar zelfdragend.
- Hoe minder voegen en aansluitingen tussen de plinten, wanden en het plafond, hoe beter.