Wat zijn kwaliteitsvolle pellets?
Biomassa is een verzamelterm voor hernieuwbare plantaardige brandstoffen. Wanneer men het over biomassa heeft, zal men vooral doelen op houtpellets, houtsnippers en brandhout, maar je kan hiervoor ook graangewassen of riet gebruiken. Pellets zijn in dit segment de meest duurzame oplossing. Maar wat is een kwaliteitsvolle pellet?
Wat zijn pellets?
Biomassaverwarming met pellets kan instaan voor de centrale verwarming van heel je woning en voor sanitair warm water. Pellets zijn stukjes resthout die, doordat het hout onder hoge druk wordt samengeperst, meer bruikbare energie bevatten dan gewone houtblokken. Pellets bevatten doorgaans geen lijm of andere chemische bindmiddelen. De ene pellet is echter de andere niet. Er zijn hardhout- en zachthoutpellets.
Hardhout of zachthout?
Hardhoutpellets zijn volledig gemaakt uit harde houtsoorten, zoals eik of beuk. Hardhoutpellets zijn vaak goedkoper, maar vergen mogelijk meer energie om te verbranden. Mogelijk breken deze ook makkelijker, waardoor er meer stof gecreëerd wordt.
Andere pellets bestaan uit een mengeling van hardhout en zachthout. De verhouding tussen de twee kan sterk uiteenlopend, bij de ene is het fifttyfifty, bij de andere is het bijvoorbeeld 80% hard en 20% zacht. Hoe meer zachthout pellets bevatten, hoe duurder ze vaak zijn, maar de verbranding verloopt vaak ook beter. Dat wil echter niet zeggen dat hardhoutpellets geen goede verbranding kunnen hebben.
ALTERNATIEVEN OP HOUT
Er zijn naast hout ook andere grondstoffen die als pellet kunnen worden aangewend, zoals miscanthus, soja, maïs of olijfpitten. Deze staan echter niet op punt, daar ze vaak een hoog chloorgehalte bevatten die schade kunnen toebrengen aan schouwelementen uit inox. Daarnaast geven ze ook (nog) niet evenveel warmte af als pellets op basis van hout.
Kwaliteitsvolle pellets
Wil je je pellets zo duurzaam mogelijk, kijk dan de verpakking na. Idealiter kies je voor pellets volledig gemaakt uit reststromen van houtverwerking (schaverijen, zagerijen ...) of pellets die voortkomen uit bosbouw dat op een milieuvriendelijke manier gebeurt – waarbij de pellets aan de FSC- en PEFC-normen voor verantwoord bosbeheer voldoen.
Kies voor pellets die over het EN plusA1-label en DIN+-label beschikken, deze verzekeren een kwaliteitsvolle verbranding. Heel wat kachels zijn immers afgesteld op de EN plusA1- en/of de DIN+-norm. Het gebruik van overeenstemmende pellets is bij dergelijke kachels immers vereist voor de garantie. Er is ook de klasse EN plusA2, deze pellets bevatten meer schors en zijn daardoor van iets mindere kwaliteit. Dat komt bijvoorbeeld tot uiting in een hoger asgehalte.
Het is voor je installatie belangrijk om dergelijke genormeerde pellets te gebruiken. In België is de standaard voor de diameter 6 mm, de maximumlengte is vastgelegd op 45 mm. Met niet-genormeerde pellets die langer zijn, loop je het risico dat het toevoersysteem van je kachel of ketel verstopt. Omgekeerd verbrandt een te korte pellet te snel.
Met niet-genormeerde pellets loop je eveneens het risico op een slechte verbranding, en dus meer asontwikkeling tijdens de verbranding, waardoor de installatie allicht frequenter onderhoud nodig zal hebben. Nog een ander mogelijk probleem vormen slakken, een soort klonter die de installatie kan beschadigen. Hoe hoger de temperatuur waarop het as smelt, hoe minder slakvorming. Is het hout te vochtig of zitten er andere stoffen in vermengd, dan zal het rendement van de ketel of kachel daar ook onder lijden.
Een kwaliteitsvolle pellet heeft een hoge dichtheid (ENplus A1-pellets hebben bijvoorbeeld een dichtheid van 600 kg/m³ of meer) - dit wijst op een hogere verbrandingswaarde. Bij een kleinere dichtheid zijn er meer pellets nodig om dezelfde warmte te verkrijgen. Het stofgehalte in een zak met pellets is evenwel een indicatie van hoe de persing verlopen is. Komt er veel fijnstof vrij tijdens het hanteren van de pellets, dan betekent dat een minder kwaliteitsvolle persing.
Daarnaast is de warmtewaarde, of calorische waarde, ook een belangrijke indicator. Deze wijst op de hoeveelheid warmte die vrijkomt bij de verbranding. Uiteraard wil je die niet te laag, om voor de hand liggende redenen, maar te hoog is ook niet goed. De verbranding wordt dan slechter en zou uiteindelijk zelfs de ketel kunnen beschadigen. Het best kies je voor pellets met een waarde van 16,5 tot 18 MJ/1000 kg
TIP
Je kan de kwaliteit van een pellet ook testen met een water- of een kleurenonderzoek.
Wateronderzoek: een houtkorrel moet stromen. Is de dichtheid minder dan die van water, dan weet je dat de verbrandingsefficiëntie laag zal zijn. Hoe sneller de pellets doorweekt zijn, hoe minder lang ze zullen branden in de ketel of kachel.
Kleurenonderzoek: Wees alert op de aanwezigheid van schillen of plantaardig afval. Dat kan je afleiden uit de donkere kleur. Daarnaast mogen de assen in het systeem niet zwart zijn.
Lees hier hoe je pellets opslaat.
Duurzame pellets
Pellets worden van zagerij- en schaverijresten gemaakt. Het resthout van (genormeerde) pellets is ook afkomstig uit duurzaam beheerde bossen. Ter vervanging van de oude bomen plant men steevast nieuwe, en dat is belangrijk omdat jonge exemplaren voor hun groei CO2 uit de atmosfeer opnemen en opslaan. Die hoeveelheid komt overeen met de uitstoot afkomstig van de verbranding van pellets. Zo ontstaat er een gesloten kringloop. Met andere woorden: pellets zijn CO2-neutraal.
Fijnstof wordt vaak opgeworpen als argument tegen biomassaverbranding. Hoewel dit wel steek houdt, is het fijnstofprobleem vooral iets dat zich stelt met nat hout, terwijl pellets droog en homogeen zijn. Het samenspel van diverse sondes zal de verbranding verder optimaliseren zodat de uitstoot van fijnstof nog meer wordt gereduceerd.
Moderne pelletketels voor centrale verwarming beschikken tegenwoordig overigens over de nodige filters om het fijnstof dat toch nog vrijkomt, uit het systeem te halen. Vandaag is de uitstoot van fijnstof daardoor beperkt tot maximaal 20 mg/m³ lucht. En hoewel dat al 400 keer minder is dan een open haard, evolueert men in de richting van elektrofilters. waarmee de uitstoot amper 2 mg/m³ bedraagt.
Brandhout als alternatief
Naast pellets, kunnen particulieren ook een beroep doen op houtblokken als het op biomassaverbranding afkomt, dan vooral in functie van bijverwarming. Denk aan de houthaard of houtkachel. Het gaat dan om standaard brandhout. Lees hier meer over welke houtsoorten zoal geschikt zijn voor verbranding, en welke houtsoorten je best vermijdt. Daarnaast kan je ook gebruikmaken van andere houtafgeleiden, zoals versnipperd hout dat overgebleven is na het snoeien.
Er bestaan ook biomassaketels die kunnen werken op stro, riet of koolzaadolie, maar deze worden nagenoeg niet in particuliere woningen toegepast, of je moet al over de nodige ruimte beschikken om stro of riet te laten groeien.
Met dank aan: Sanilec