Hoe wordt een alarmsysteem professioneel geplaatst?
Buitenverlichting als afschrikmiddel, extra raambeveiliging of een waakgans … Er zijn heel wat mogelijkheden die je kan inzetten om inbrekers af te schrikken, maar de beste oplossing blijft een volledig alarmsysteem. In dit artikel geven we mee hoe een dergelijk systeem op een professionele manier wordt geïnstalleerd. We plaatsen hier een systeem met bewegingsdetectoren, magneetcontacten, rookmelders, en klavieren om het systeem in- en uit te schakelen. Daarnaast wordt ook een binnen- en buitensirene voorzien.
VOORBEREIDING
PLANNING
De planning van een alarmsysteem in je woning kan je in een nieuwbouwsituatie of bij een totaalrenovatie niet vroeg genoeg doen. Bij een alarmsysteem komt doorgaans immers wel wat bedrading kijken, en je wil uiteraard niet dat die zichtbaar blijft, dus wordt die beter, samen met alle andere nodige bekabeling en leidingen, in de muren weggewerkt.
Het best denk je al na over je alarmsysteem wanneer je plannen definitief zijn en contacteer je de alarminstallateur voor de eerste steen is gelegd. De installateur kan dan in een vroeg stadium aan de hand van de plannen zien wat er allemaal nodig is, en kan er een systeem worden gebouwd in de functie van jouw wensen.
Wil je een alarmsysteem laten installeren in een bestaande woning zonder breekwerken? Dan kan je de bekabeling natuurlijk ook in opbouw laten voorzien. Er zijn immers tegenwoordig ook draadloze systemen op de markt, waarvan sommige geschikt zijn om zelf te plaatsen.
BEKABELD OF DRAADLOOS
Hoewel draadloze systemen een relatief makkelijke oplossing kunnen bieden in een renovatiesituatie, kunnen ze nooit INCERT-gekeurd worden. Een INCERT-gekeurd systeem houdt in dat enerzijds alle elementen gekeurd zijn door de verzekeringsmaatschappijen, en anderzijds de installateur aan de kwaliteitseisen voor alarmsystemen voldoet. De installateur kan jou dus een attest afleveren voor de verzekering.
Om INCERT-gekeurd te zijn, moet de centrale altijd gekoppeld worden aan de elektriciteitskast, evenals de binnensirene en de buitensirene en eventueel één klavier. Extra detectoren, klavieren, magneetcontacten ... kunnen wel draadloos zijn. Een volledig draadloos systeem is nooit INCERT-gekeurd.
HUISDIEREN
In de aanvangsfase is het belangrijk om te weten of er huisdieren zullen zijn. Een bewegingssensor kan doorgaans huisdieren uitschakelen tot 25 à 30 kg, maar bijvoorbeeld een kat die op een aanrecht springt, die gaat te dicht bij die sensor komen en dan ga je toch een alarm gaan creëren. Dit kan opgevangen worden met magneetsensoren en glasbreukdetectoren.
VOOR DE PLAATSING
De planning van een alarmsysteem gebeurt vroeg, maar de installatie gebeurt het best wanneer muren van je woning zijn afgewerkt (en dan is uiteraard de nodige bekabeling voorbereid). Bij de plaatsing is het heel belangrijk dat er uiteraard reeds elektriciteit aanwezig is, maar vooral ook dat internet reeds actief is. Een modern alarmsysteem wordt immers gekoppeld aan een modem, omdat je bij de meeste systemen ook een app hebt waarbij je het systeem kan gebruiken vanop afstand – in- en uitschakeling – maar ook omdat alle alarmmeldingen dan via een pushbericht op jouw smartphone binnenkomen.
In de voorbereidende fase worden alle alarmpunten uiteindelijk nog met tape gemarkeerd. Zorg ook voor een genummerde lijst met alle aansluitpunten, zodat de installateur makkelijk kan terugvinden welke kabel waarvoor dient.
PLAATSING
TECHNISCHE KAST
De installatie van een alarmsysteem omvat twee onderdelen. Enerzijds heb je de aansluiting van alle kabels op een technische kast. Anderzijds moeten op de andere uiteindes van de kabels de verschillende detectoren gekoppeld worden.
Voor de kast van het alarmsysteem, de centrale, voorzie je vooraf plaats in je technische ruimte. De verschillende alarmkabels worden – bij het plaatsen van de bekabeling – naar daar getrokken en op het uiteinde gemarkeerd met een nummer. Wanneer de installateur van het alarmsysteem dan langskomt, sluit die persoon alles aan op een moederbord, waar ook internet en telefoon mee geconnecteerd zijn, zo staat alles met elkaar in verbinding.
Ondertussen kunnen ook alle afzonderlijke delen van het alarmsysteem ter plaatse aangesloten en gemonteerd worden.
BEWEGINGSSENSOREN PLAATSEN
De bewegingssensoren of volumetrische sensoren plaatst de installateur tegen de muur, net onder het spanplafond, maar ze kunnen ook tegen de muur worden geplaatst. Ze worden steeds gericht op de ruimte of deur die moet gecoverd worden en hebben een meetbereik van ongeveer 120°.
Om zoveel mogelijk valse alarmen uit te schakelen, opteer je best voor een dual sensor, een bewegingsmelder die enerzijds een sensor, en anderzijds een radar is. Eens de sensor op de alarmkabel aangesloten is, kun je meteen zien of hij werkt, want als hij beweging registreert, dan gaat er een blauw lampje branden.
MAGNEETDETECTOREN PLAATSEN
Bij de plaatsing van je buitenschrijnwerk is het ook nuttig om op een aantal plaatsen magneetcontacten te voorzien. Wordt het contact tussen de twee magnetische delen verbroken doordat er een inbreker tussen loopt? Dan wordt er een signaal naar de centrale gestuurd.
Deze kunnen in opbouw worden geplaatst, maar er bestaan ook inbouwcontacten waarvan het ene deel in het raam- of deurkader zit en het andere in de deur of het raam zelf is ingebouwd. Dergelijke magneetcontacten moeten vooraf gesoldeerd worden aan de alarmkabels voor de muren bepleisterd werden. Bij de installatie van het volledige systeem moet dan enkel nog de aansluiting in de technische kast gebeuren.
BINNENSIRENE PLAATSEN
Bij deze technische kast wordt ook een binnensirene geplaatst. Wanneer een van de detectoren iets registreert, zal deze sirene een alarmsignaal geven. Dit signaal is behoorlijk luid – omdat je het zou horen – maar is wettelijk wel gelimiteerd op 105 decibel.
BUITENSIRENE PLAATSEN
In deze situatie wordt ook een buitensirene voorzien. Die wordt door de installateur aangesloten op de voorziene kabel en staat dus ook in verbinding met het systeem. Met een boor en aangepaste pluggen en schroeven wordt het apparaat netjes op de gevel bevestigd. Een dergelijk toestel wordt eveneens voorzien van een noodbatterij, zodat de buitensirene blijft werken, zelfs als de stroom uitvalt of de kabel zou doorgeknipt worden. Een beschermkap zorgt er uiteindelijk voor dat het geheel netjes afgewerkt is.
Het signaal van een buitensirene is trouwens vastgelegd op een volume van maximum 120 decibel en mag niet te lang aanhouden, zoniet zou je geluidsoverlast kunnen veroorzaken. Om dat te counteren, zit er vaak ook een flitslicht in de buitensirene ingebouwd. Dit blijft wel branden tot het alarm geneutraliseerd wordt en biedt een extra herkenningsteken voor bijvoorbeeld de politiediensten.
KLAVIEREN PLAATSEN
Hoewel moderne alarmsystemen perfect met een app kunnen worden bediend, beschikken de meeste systemen ook nog over gewone klavieren. Deze worden voorzien aan de toegangspunten van de woning – de voor- en achterdeur – en in de slaapkamer. De klavieren worden netjes waterpas opgehangen, op een hoogte van ongeveer 165 cm. Dit is een aangename bedieningshoogte.
ROOKDETECTOrEN PLAATSEN
Rookmelders zijn tegenwoordig verplicht in elke (Vlaamse) woning. Zowel draadloze rookmelders (die op batterij werken) als bekabelde modellen kunnen gekoppeld worden aan een alarmsysteem. Voor bekabelde detectoren moeten er in een voorbereidende fase reeds brandwerende kabels voorzien zijn.
Het voordeel van rooksensoren te koppelen aan je alarmsysteem: wanneer er ‘s nachts beneden een sensor in alarm gaat, geven alle andere sensoren mee alarm en word je sneller gewekt. En dat is nog altijd het cruciale bij brand, dat je tijdig de woning kan evacueren.
Rookdetectoren plaats je in de woonkamer of in een traphal. In een keuken is het dan weer beter een hitte- in plaats van een rooksensor te plaatsen, omdat je daar sowieso rookontwikkeling hebt van tijdens het koken.
CAMERA’S PLAATSEN
Als aanvulling kan je ook nog een aantal beveiligingscamera’s aan je systeem toevoegen. Die hebben enkel een UTP- en voedingskabel nodig op de plaats waar ze moeten aangesloten worden. Eens de installateur de camera’s in elkaar gestoken heeft, kan hij die aan de gevel monteren. Met de UTP-kabel worden ze aan de recorder gekoppeld en zijn ze meteen geconnecteerd op het wifi-netwerk van je woning. Via de app kan je dan live de beelden bekijken.
Op die manier wordt ook de richting van de camera’s bijgeregeld, zodat ze enkel op je eigen terrein gericht staan, zodat je in regel bent met de privacyvoorschriften. Uiteindelijk wordt de naad met de muur nog opgekit voor een nette afwerking.
Je moet ook een sticker voorzien met de aanduiding dat er camerabewaking is. Die moet zichtbaar zijn vanaf de openbare weg, zodat mensen die op de oprit passeren weten dat ze gefilmd worden.
GEBRUIKSKLAAR alarmsysteem
INSTELLEN
Eens alle onderdelen ter plekke geïnstalleerd zijn én alle kabels zijn aangesloten op de technische kast, dan kan het programmeren beginnen. Daarbij wordt alles op maat van de woning ingesteld.
Een dergelijk systeem heeft verschillende zonemogelijkheden. Zo kan je alle detectoren en magneetcontacten inschakelen wanneer je de woning verlaat, maar je kan ook enkel bepaalde zones in- en uitschakelen. Wanneer je bijvoorbeeld gaat slapen, zet je best alleen de benedenverdieping aan, de bovenverdieping niet. Of wanneer de garage afzonderlijk staat van de woning, dan kan je bijvoorbeeld 's avonds jouw garage en eventueel het tuinhuis ook al onder alarm plaatsen, terwijl je zelf vrij beweegt in de woning.
Naast de zone-instellingen, worden de wapenings- en ontgrendelingscodes ingesteld, net als wat wanneer moet reageren en de gsm-nummers die aan het alarmsysteem mogen gekoppeld worden.
TESTEN
Om de finale proef op de som te nemen, wordt het alarm in zijn geheel nog eens getest. Zowel via de app als het klavier kan het hierbij bediend worden.
Vergeet niet om je alarmsysteem te registreren bij Police On Web