Hoe plaats je de dakgoot van je tuinhuis?

Een kapotte of afhangende dakgoot zal het regenwater niet langer opvangen en afvoeren, waardoor het tegen de gevel kan spetteren en deze zo vervuilt. Gelukkig kun je een dakgoot vrij gemakkelijk zelf vervangen. We overlopen alles uitgebreid in dit artikel.

 

Dak opmeten

Dakgoten kan je in een pakket op maat bestellen, of je kan ze zelf verzagen. In elk geval meet je eerst het dak op. Die afmetingen geef je dan door aan de fabrikant die ze op maat zaagt, of je koopt dakgoten van een bepaalde lengte en je zaagt ze zelf op maat van je dak.

Bij voorkeur kies je metalen dakgoten. Die hebben een grotere draagkracht dan pvc en zullen ook niet zo snel beschadigd geraken door hagel. Je kunt de dakgoten ook nog in een passende kleur lakken, maar dan moet je wel eerst een primer aanbrengen.

 

Bevestiging

Voor de bevestiging van metalen dakgoten gebruik je beugels - ook in metaal en verzinkt -, de eerste laatste plaats je op een dertigtal centimeter vanaf het uiteinde van je dak. De tussenafstand tussen elke beugel is ongeveer 50 cm. De goot geef je een helling van 1 à 2 mm per meter. Heb je een dakgoot van 7 m, dan geef je een helling op de totale afstand van 1,5 cm. 

De eerste beugel monteer je op het hoogste punt. Ligt de gootlat waterpas, dan kun je vanaf daar meten hoe hoog de beugels mogen komen. Is er geen gootlat of staat hij niet waterpas, neem dan een pasdarm en plaats een referentiepunt over van de ene kant van het dak naar de andere kant. De uitloopkant moet dan wel lager liggen.

De afstand tussen de eerste en de laatste goot verdeel je, zodat je telkens eenzelfde tussenafstand hebt van ongeveer 50 cm. Het is beter dat de goothaken iets te dicht bij elkaar staan, dan te ver van elkaar, zodat ze genoeg stevigheid bieden. Om de hoogte van de andere haken te bepalen, hang je tussen de eerste en de laatste haak een metserskoord. 

Duid om de 50 centimeter de plaats van de beugels aan. Schroef ze dan rechtstreeks tegen de gootlat vast, de hoogte van het referentiekoord volgend. Duw vervolgens de bevestigingslippen in de beugel omhoog zodat je plaats hebt voor de stukken dakgoot.

Voor je de stukken in de beugels plaatst, bevestig je nog een dichting op het uiteinde van je dakgoot, waarop het eindstuk vervolgens terechtkomt. Tussen meerdere stukken goot over de breedte van het dak plaats je koppelstukken. Daarvoor dien je de binnenste lip van de uiteinden waar het koppelstuk komt eerst plat te plooien, zodat de koppelstukken kunnen worden bevestigd. 

Vervolgens plaats je de dakgoot in de beugels. Het stuk goot die aan het laagste punt komt, bereid je op dezelfde manier voor, maar die moet ook nog een gat voor de afwatering krijgen. Zorg er wel voor dat het niet op een plaats zit waar er een beugel komt.

Teken de opening af en slijp uit met de haakse slijper. De bramen doe je eraf met een vijl. Je kunt natuurlijk ook gewoon gaatjes zagen met de boormachine.

Voor je de dakgoot efffectief vastmaakt aan de beugels, kijk je eerst of die mooi in het midden zit. Dan zet je de goot vast op de lipjes bovenaan de beugels. Die plooi je gewoon naar beneden. 

Om twee dakgoten met elkaar te verbinden, plaats je er de verbindingsbeugel tussen. Hiervoor moet je rekening houden met een uitzetvoeg tussen de twee goten, volgens de breedte van de verbindingsbeugel. Verder schuif je nog het eindstuk op zijn plaats. Als er rubberen dichtingen voorzien zijn, hoef je geen lijm te gebruiken.

 

Afvoer

Vervolgens plaats je het koppelstuk voor de afvoer. Het regenwater wordt onder dat koppelstuk afgeleid met buizen, die naargelang de vorm op de muur kunnen worden gemonteerd met beugels. Om een goede stevigheid te waarborgen is het beter om te kiezen voor buizen die je tegen de muur kan monteren. Dan is er een buigend stuk nodig tussen het koppestuk aan de goot en de regenpijp. 

Bevestig je de buizen aan de muur, dan schroef je vooreerst het eerste deel van de beugel voor de regenpijp vast tegen het tuinhuis. Het tweede deel is een metalen band die de buis omsluit. De kant met de verdikking moet naar buiten gericht zijn. Plaats de buis en plooi de band eromheen. Zet deze dan vast in de beugel.

Om ervoor te zorgen dat je dakgoot proper blijft, kan je ook dakgootnetten plaatsen - meestal zijn deze vervaardigd uit kunststof, en is er dus geen kans op roest. De netten zorgen ervoor dat je goot proper blijft, en dat er geen verstoppingen zijn in je afvoerbuis. 

Het regenwater kun je laten weglopen, maar ook opvangen in een regenton zodat je het kunt gebruiken voor bewatering in de tuin. In ieder geval zal het nu niet meer opspetteren en je tuinhuis besmeuren.