Ventilatie in vraag en antwoord
Ventilatie is al sinds de EPB-regelgeving in 2006 het licht zag een verplichting bij vergunningsplichtige nieuwbouw en ingrijpende renovaties, maar welke systemen zijn er? Hoe rijm je ventilatie met energiebesparing en luchtdicht bouwen? Welke kanalen kies je? Wat houdt een onderhoud in? We overlopen enkele veelgestelde vragen in dit artikel.
Waarom is ventilatie belangrijk?
We spenderen gemiddeld 90% van onze tijd binnenshuis door. Je kan je dus voorstellen dat het belangrijk is om binnen te kunnen ademen zoals je dat buiten zou kunnen. Een gemiddeld gezin produceert 10 l water per dag door wassen, plassen, … en zelfs zweten. Koken, stoken, poetsen en klussen beïnvloedt mee de kwaliteit van de binnenlucht. Gewoon al door uit te ademen komt er CO2 vrij … als die vervuilende stoffen (vocht, geurtjes, CO2) binnenshuis blijven hangen brengt dat niet alleen je eigen gezondheid maar ook die van je woning ernstige schade toe. Het is dus belangrijk om die (gecontroleerd) te vervangen door verse buitenlucht.
Mensen verwarren ventileren vaak met verluchten. Degelijke ventilatie in je woning is echter veel meer dan even het raam open zetten voor wat frisse lucht, want die frisse lucht maakt snel plaats voor vocht, wat op termijn schimmels in de woning kan veroorzaken en op je gezondheid kan beginnen werken, denk aan slijmvorming, verkoudheden en hoofdpijn. Verluchten veroorzaakt immers gewoon meer tocht en is oncontroleerbaar.
Om een gezond binnenklimaat te creëren, heb je eigenlijk een constante (gestage) aanvoer van verse lucht nodig (in de droge ruimtes in huis zoals woonkamer, slaapkamer, …) , en een degelijke afvoer van vervuilde binnenlucht (via de zogenaamde natte ruimtes in huis zoals badkamer, toilet, berging, keuken), allemaal vervat in een ventilatiesysteem die daar op een gecontroleerde manier voor zorgt. Let wel: het beste binnenklimaat verkrijg je met een correct geïnstalleerd en goed onderhouden ventilatiesysteem.
Hoe werkt een ventilatiesysteem?
In een ventilatiesysteem wordt verse lucht van buiten aangevoerd, en onfrisse binnenlucht afgevoerd. De verse buitenlucht spoelt als het ware continu de vervuilde binnenlucht weg. Beide processen kunnen zowel natuurlijk als mechanisch gebeuren.
Aanvoer van verse lucht
De rechtstreekse aanvoer van verse lucht gebeurt via droge ruimtes zoals een slaapkamer, de woonkamer, de bureau, maar nooit via een kelder, zolder of kruipruimte. Natuurlijke aanvoer betekent dat lucht op een natuurlijke manier dankzij een onderdruk in huis (veroorzaakt door het schoorsteeneffect of de mechanische afvoer) naar binnen komt, bijvoorbeeld via ventilatieroosters boven het raam. Bij mechanische aanvoer komt verse lucht binnen middels een ventilator, meestal via een dak- of geveldoorvoer.
Afvoer van vervuilde lucht
De afvoer van vervuilde lucht gebeurt altijd via een dak- of geveldoorvoer. De lucht wordt ontrokken uit vochtige ruimtes zoals de keuken, de badkamer of de wasplaats. Bij natuurlijke luchtafvoer wordt er verondersteld dat de lucht via een afvoerkanaal in het dak naar buiten wordt gebracht, ook wel het schouweffect genoemd. Dit schouweffect komt tot stand door het verschil in temperatuur binnen en buiten de woning. Wanneer de binnentemperatuur hoger is dat de buitentemperatuur, stijgt de warme lucht naar de bovenste verdieping en ontstaat een luchtstroom van benden naar boven.
Met mechanische luchtafvoer wordt bedoeld dat een ventilator de af te voeren lucht naar buiten stuurt via een dak- of geveldoorvoer.
A, B, C of D(ecentraal)?
Er bestaan grosse modo 5 ventilatiesystemen, volgens de manier van aan- en afvoer:
- Ventilatiesysteem A: natuurlijke aanvoer van verse lucht, natuurlijke afvoer van vervuilde lucht.
- Ventilatiesysteem B: mechanische aanvoer van verse lucht, natuurlijke afvoer van vervuilde lucht.
- Ventilatiesysteem C(+): natuurlijke aanvoer van verse lucht, mechanische afvoer van vervuilde lucht.
- Ventilatiesysteem D(+): mechanische aanvoer van verse lucht, mechanische afvoer van vervuilde lucht.
- Decentrale ventilatie: aan- en afvoer worden afzonderlijk per ruimte geregeld.
Anno 2024 beperken de relevante centrale ventilatiesystemen zich tot C(+) en D(+) om aan de huidige normen en voorschriften te voldoen. Daarnaast blijft ook decentrale ventilatie relevant voor wie aanbouwt of slechts 1 ruimte in huis verbouwt of herinricht.
Hoe maak je de keuze?
De keuze hangt af van de ligging van je woning (stad, platteland, langs een drukke weg, ..), of je al dan niet buitenshuis werkt, de bereidheid om onderhoud en nazicht op te volgen, ... Ook praktische overwegingen spelen uiteraard een rol: kan je roosters boven je ramen integreren, is er plaats voor een dubbel kanalennet voor aan- en afvoer, of slechts één kanalennet voor afvoer, ...
Wanneer is ventilatie verplicht?
Bij nieuwbouw of ingrijpende renovaties is de installatie van een ventilatiesysteem verplicht. In principe moet elke woning volgens de Belgische ventilatienorm NBN D 50-001 voorzien zijn van een ventilatiesysteem waarmee je 3,6 m³/h per m² vloeroppervlakte kan toevoeren of afvoeren. Dat wordt aangeduid als het nominale debiet of het minimaal geëiste ontwerpdebiet, onafhankelijk van het aantal mensen in een ruimte.
De norm schrijft ook per ruimte een minimale toevoer- en afvoerdebiet voor dat moet worden behaald. Daarnaast zijn er ook aanbevolen beperkingen voor deze ruimtes om het energieverbruik te beperken:
- toevoer in de woonkamer: minimaal 75 m³/h, beperken tot 150 m³/h
- toevoer in de slaap- of speelkamer: minimaal 25 m³/h, beperken tot 72 m³/h
- afvoer in de keuken, badkamer of wasplaats: minimaal 50 m³/h, beperken tot 75 m³/h
- afvoer in een open keuken: minimaal 75 m³/h, beperken tot 75 m³/h
- afvoer in een wc: minimaal 25 m³/h, beperken tot 25 m³/h
In een woonkamer van 70 m² moet je dus 70 x 3,6 m³/h lucht aanvoeren, dat komt op een debiet van 252 m³/h, maar dit mag je beperken tot 150 m³/h.
Verder moet je in de toevoerruimtes minimaal een opening voorzien in het venster, in een rooster aan een buitenmuur of middels een mechanisch aanvoersysteem. In de afvoerruimtes moet de afvoer verticaal gebeuren met een dakdoorvoer. In de tussenruimtes, waar geen af- of aanvoer is, moeten er roosters aanwezig zijn in de binnenmuren, of een spleet van minimaal 1 cm onder de binnendeuren.
Vergeet ook niet dat er een verplichting is tot een rapportering van de werking van het ventilatiesysteem. Wanneer je zelf je ventilatiesysteem installeert, kan een andere partij die mag optreden als gecertifieerd verslaggever mechanische debieten deze taak uitvoeren. Wie de installatie volledig aan de pro overlaat, laat best ook de meting van de mechanische debieten over aan de installateur om latere discussies te vermijden.
Tip
Bovenstaande regels gelden voor nieuwbouw én aanbouw. Bij renovatie van een bestaande ruimte moeten enkel de toevoerruimtes aan bovenstaande normen voldoen wanneer de ramen worden vervangen.
Hoe bespaar je energie met ventilatie?
Een ventilatiesysteem zorgt actief voor energiebesparing. In een centrale D-unit zit een warmtewisselaar ingewerkt, die de toegevoerde (koudere) binnenlucht voorverwarmt.
C+/D+-units (vraaggestuurde systemen) zijn uitgerust met vocht-, CO2- en geursensoren. Die meten constant de binnenluchtkwaliteit per ruimte in huis en gaan enkel in die ruimte meer gaan ventileren wanneer dat nodig is. Zodra de binnenluchtkwaliteit weer op peil is, keren ze terug naar het basis ventilatieniveau. Ze verbruiken dus nooit meer dan nodig. Daar lees je hier meer over.
We moeten ventileren, maar ook luchtdicht bouwen. Hoe werkt dat?
Inderdaad, een stabiel, gezond binnenklimaat krijg je pas wanneer alle puzzelstukjes passen. Warmteverliezen moet je zoveel mogelijk beperken, dat doe je door voldoende te isoleren (dak, vloer en buitenmuren) en ramen met minstens dubbele beglazing te voorzien. Zo maak je je woning luchtdicht, maar verse lucht moet ergens binnen geraken en vervuilde lucht moet ergens naar buiten kunnen, en dat moet op een gecontroleerde manier gebeuren, dus heb je een ventilatiesysteem nodig.
Luchtdicht bouwen zonder ventilatie te voorzien, zorgt enkel voor vochtproblemen met alle gevolgen van dien voor je woning én jezelf. Gewoon minder luchtdicht bouwen stelt je bovendien ook niet vrij van een ventilatiesysteem te moeten voorzien. Bij een ventilatiesysteem gebeurt de aan- en afvoer van lucht immers gecontroleerd, bij een woning waar (bewust) luchtlekken aanwezig zijn niet.
Vergelijk het met ‘wonen in een gesloten doos of een thermos’: wanneer je niet over verse lucht beschikt, gaat dat ten koste van jouw gezondheid en die van je woning.
Ventilatieplan: wat doe je zelf en wat laat je doen?
Een technische installatie werkt pas correct wanneer die juist is geïnstalleerd, en dat is bij ventilatie niet anders. Aangezien een ventilatiesysteem zorgt voor gezonde binnenlucht staat er dan ook heel wat op het spel. Wil je zelf aan de slag? Dan moet je goed inschatten wat je voor eigen rekening kan nemen en wat niet.
De installatie van een centraal ventilatiesysteem is doorgaans voer voor een vakman, al kan je met de nodige kennis van zaken en onder begeleiding en met de ondersteuning van bepaalde gespecialiseerde installatiebedrijven eventueel ook zelf (deels) aan de slag. De installatie van decentrale ventilatie kan je wel voor eigen rekening nemen. Een kapotte buisventilator vervangen in je badkamer of toilet kan je ook gerust zelf.
Wat staat er in een ventilatieplan?
Roostertje hier, ventilatortje daar en alles klaar? Neen, een goed uitgekiend ventilatiesysteem vereist een goed uitgewerkt plan. Dat is immers verplicht voor de EPB-aangifte. In zo’n plan staan alle benodigde debieten en componenten uitgestippeld: roosters, doorstroomopeningen, luchtkanalen, de unit(s) … Zo’n plan laat je altijd opstellen door een professional.
Hoe kies ik een dampkap in functie van mijn ventilatie?
Bij een ventilatiesysteem type C of D wordt de aan- en afvoer automatisch en mechanisch geregeld. Een traditionele dampkap die de lucht rechtstreeks naar de buizen geleidt, zorgt voor een onevenwicht, waardoor je bij een C+- of een D-systeem of balansventilatiesysteem best met een recirculatiedampkap werkt, die de kooklucht inwendig filtert en opnieuw in de ruimte blaast. Het bijhorende kookvocht wordt dan opgenomen door het ventilatiesysteem en zo verwijderd.
Tip
Sluit een dampkap nooit rechtstreeks aan op een ventilatiesysteem! De vetten van je kookkunsten kunnen een slechte invloed hebben op de werking van het systeem.
Waarop moet ik letten bij de keuze van ventilatiekanalen?
Ventilatiekanalen bestaan in verschillende uitvoeringen. Akoestisch geïsoleerde ventilatiekanalen worden vooral gebruikt om de verbinding te maken tussen de ventilatiedoorvoeren en de unit – deze zorgen ervoor dat je de aan- en afvoer van lucht amper hoort.
Daarnaast kan je ook opteren voor gegalvaniseerde kanalen die je met flexibele (tevens thermisch en akoestisch geïsoleerde) slangen makkelijk kan aansluiten op de unit. Als je weinig ruimte hebt om kanalen weg te werken, dan zijn plaatsbesparende instortkanalen ook een optie. Deze zijn rechthoekig, rond of platovaal.
Ventilatiekanalen moeten verder te allen tijde luchtdicht ingebouwd worden en over lage drukverliezen beschikken. Daarnaast moet de binnenzijde glad zijn en moeten ze vlot bereikbaar zijn om gereinigd te worden.
Hoe onderhoud je een ventilatiesysteem?
Onderhoud van een C-ventilatiesysteem
Bij een C-systeem moet je de raamroosters minstens 1 keer per jaar schoonmaken: doe losse onderdelen in een sopje en maak het binnenwerk schoon met de stofzuiger. Maak op dezelfde manier ook regelmatig de afvoerroosters schoon waarmee in de natte ruimtes de afvoerleiding naar de unit afgewerkt is.
De ventielen in de natte ruimtes moeten ook regelmatig worden schoongemaakt met een schoon sopje. Let goed op dat je de ventielen niet verwisselt en dat je de instelling niet per ongeluk verandert. Maak ze één voor één schoon. Zet - voordat je ze loshaalt - een klein streepje op het ventiel en de houder zodat je weet hoe je ze terug moet plaatsen.
Onderhoud van een D-ventilatiesysteem
Bij een D-systeem moeten je vooral de filters in het oog houden. Reinig die om de 3 maanden met een stofzuiger en vervang ze tweemaal per jaar. Doe je dat niet, dan kunne bacteriën en schimmels zich erin ophopen, wat de werking van je systeem niet ten goede komt. Woon je langs een drukke weg? Dan zal je ze vaker moeten vervangen. De ventielen moeten ook schoongemaakt worden op eenzelfde manier als bij een C-systeem.
Laat de toevoerkanalen om de 5 jaar zeker ook eens nakijken en eventueel reinigen door een vakman. De warmtewisselaar heeft om de 2 jaar een nazicht/reiniging nodig. Het is handig om voor dit onderhoud een onderhoudscontract af te sluiten bij een erkende ventilatie-installateur.
Lees hier meer over het onderhoud van je ventilatiesysteem.
Welke premies bestaan er voor de plaatsing van een ventilatiesysteem?
Voor de plaatsing van een mechanisch ventilatiesysteem zijn er in Vlaanderen, Brussel en Wallonië verschillende premies en steunmaatregelen beschikbaar. Voor zowat alle premies geldt dat de installatie door een erkende aannemer moet geplaatst worden.
Vlaanderen
- EPC-labelpremie: voor energiebesparende renovatiewerken met een eindfactuur na 2020, kan je aanspraak maken op een EPC-labelpremie - hier valt ook de plaatsing van een ventilatiesysteem onder, gezien de plaatsing daarvan de energieprestatie van je woning verbetert.
- Deze premie is voor de renovatie van woningen met een E- of F-label die moeten gerenoveerd worden. Het premiebedrag is afhankelijk van het behaalde EPC-label na renovatie binnen de 5 jaar.
- De energiebesparende maatregelen moeten binnen de 5 jaar na aankoop van de woning (met aangetoond E-of F-label) worden uitgevoerd, aan te tonen met een nieuw EPC-verslag dat niet ouder is dan 12 maanden na het moment van de premie-aanvraag.
- De premie is (vanaf 2025) inkomensgerelateerd, maar voor wie zijn woning laat voldoen aan de minimale ventilatie-eisen is er een verhoogd bedrag.
- Totaalrenovatiebonus: de investering voor een ventilatiesysteem C+ of D(+) kan meetellen voor de totaalrenovatiebonus indien de plaatsing van de ventilatie wordt gecombineerd met 2 andere energiebesparende maatregelen. Indien je binnen een termijn van 5 jaar minstens 3 premie-aanvragen indient via Mijn VerbouwPremie, ontvang je een extra bonus bovenop deze premies.
- De installatie van het ventilatiesysteem moet wel aangemeld zijn bij Fluvius.
- Om deze bonus te krijgen, moet je voor de uitgevoerde energiebesparende maatregelen eerst de Mijn VerbouwPremie aanvragen.
- Dit is een uitdovende premie voor werken waarvan de eindfactuur van de eerste investering tussen 2017 en 2020 moeten gedateerd zijn.
- De premie geldt enkel voor woningen die voor 2006 werden aangesloten op het elektriciteitsnet.
Brussel
In Brussel is er de Renolution-premie voor particulieren en bedrijven die energie-efficiëntiemaatregelen willen doorvoeren in bestaande gebouwen. Hier vallen ook mechanische ventilatiesystemen, en specifiek ventilatiesystemen met warmteterugwinning (balansventilatie) onder.
Wallonië
In Wallonië zijn de premies voornamelijk gericht op energiebesparende maatregelen via het "Habitation"-programma, dat eigenaars stimuleert om hun woning energiezuiniger te maken. Ventilatiesystemen met warmterecuperatie (balansventilatie) kunnen hiervoor in aanmerking komen.