Hoe richt je je garage in als wasplaats?

In de garage is er meestal nog wat plaats over als bergruimte, of om er enkele elektrische toestellen te installeren en er zo een wasruimte van te maken. Dan moet je rekening houden met vochtige omstandigheden. Denk dan aan een betegelde wand: het zal geen vocht opzuigen en het is makkelijk schoon te maken. Voor je kan tegelen, is het beter om de wand nog te gaan isoleren. Een klus die je als dhz'er perfect zelf kan uitvoeren.

 

VOORZETWAND

LATTENWERK ALS DRAAGSTRUCTUUR

Maak een lattenwerk die je aan de muur bevestigt met pluggen. Bevestig de eerste en laatste lat. Controleer met de waterpas of ze netjes uitgelijnd zijn. Indien nodig, regel je bij met kaleerblokjes. En in het geval dat een lat te veel naar buiten komt omdat een steen hem naar buiten duwt, maak je een uitsparing in het hout.

Zorg ervoor dat je de schroefkop niet in het hout laat verzinken, zodat de schroefkop bij het aanschroeven het hout nog tegen de wand kan trekken, dat is alvast steviger.

 

ISOLEREN

Snij het isolatiemateriaal op maat met behulp van een breekmes. Dankzij het tand- en groefsysteem bij de panelen, minimaliseer je koudebruggen. Bij het versnijden van stroken minerale wol, zorg je dat je geen openstaande naden creëert bij het induwen van de isolatie.

De voorzetwand werk je af met cementgebonden platen. Hoewel deze goed bestand zijn tegen vocht, is het toch verstandig om er een voetje onder te zetten, om nog beter te vermijden dat de platen vochten kunnen opzuigen.
Schroef de platen vast tegen het lattenwerk. Ook deze platen kan je makkelijk op maat versnijden met een breekmes langs een lange regel.

Draai de plaat om, en snij eveneens aan de andere kant. Breek de plaat langs de naad doormidden. Indien nodig kan je de naden tussen de cementgebonden platen ook nog eens afkitten.

 

TEGELEN

Voor je de tegels plaatst, breng je eerst nog een hechtingsverbeteraar aan op de panelen. Is de vloer niet effen en waterpas? Begin dan meteen met de tweede rij. Fixeer daarvoor eerst een rechte houten lat. Later verwijder je de lat, en werk je de allereerste rij tegels nog af.

Verdeel de tegellijm met een lijmkam. Breng niet te veel lijm aan in één keer, zodat je telkens een welbepaalde oppervlakte kan afwerken vooraleer de lijm al te veel is uitgehard. Die tijdspanne is op de verpakking aangegeven als 'open tijd'.

Om telkens dezelfde voegbreedte te hebben, plaats je voegkruisjes. Je kan ze volledig in de voeg plaatsen, en onzichtbaar afwerken door er over te voegen.

De voegnaad zal dan wel minder opgevuld zijn op de plaats waar het voegkruisje zit verankerd, en dan loop je het risico dat de voeg daar kan barsten. Je kan de voegkruisjes ook tussen de voeg plaatsen, waarna je die later nog kan verwijderen.

Met een haakse slijper kan je de tegels op maat maken. Dat geeft wel veel stof en lawaai, en het eindresultaat is niet altijd even recht. Een handige tool is een tegelsnijder: je maakt er een kras mee op de tegel, waarna je de tegel netjes in twee stukken kan breken.

 

VOEGEN OPVULLEN

Na het tegelen, verwijder je de tegelkruisjes. Was dan ook al meteen alle lijmresten weg. Als voegmiddel kan je gebruik maken van een kant-en-klare pasta, of een specie die je zelf aanmaakt met poeder en water. Hou dan zeker rekening met de verwerkingstijd, die vind je terug op de verpakking.

Een voegmiddel kan een minimale en maximale voegbreedte opvullen, controleer bij aanschaf dus wat je nodig hebt conform de breedte van de voeg die je zal uitzetten. Breng het voegmiddel diagonaal aan met een voegrubber; zo breng je het voegmiddel veel dieper in de voeg. Verwijder het overtollige voegmiddel. 

Van zodra de voeg droog is, kan je de tegels schoon maken met een spons. Met een licht vochtige spons maak je nadien ook nog de voegen glad. Stel dat je nadien nog wat cementsluier opmerkt, dan kan je die nog met een aangepaste cementsluierverwijderaar verwijderen.

 

KASTEN

VOORBEREIDING

Het voordeel van op maat gemaakte kasten in de garage is dat je bij het ontwerpen rekening kunt houden met eventuele in de weg liggende buizen en die erin kunt verbergen.

Om te beginnen, haal je eerst de oude toestellen weg en meet je alles nauwkeurig op. Verwijder siliconenresten met een breekmes of indien nodig met aceton.

 

KASTEN MAKEN

De meubelen maak je uit MDF, dat je ofwel op maat laat zagen in de doe-het-zelfzaak, ofwel zelf verzaagt met een cirkelzaag. Stel die in op de juiste diepte en plaats platen die dezelfde breedte moeten krijgen op elkaar om sneller te werken. Zo zaag je ze alvast in de lengte op maat.

Voor het zagen op breedte heb je in het midden in feite een extra schraag nodig, maar heb je die niet, dan leg je een tweede plaat onder degene die je op maat zult zagen.

Vervolgens boor je de gaten voor de connectie tussen de kasten, voor de kastbankdragers en voor de scharnieren al voor. Doe dat telkens op ongeveer 5 centimeter van de rand, zodat het hout daar niet gaat splijten.

Op de verpakking van je scharnieren staat een boorplan, waar ook op vermeld staat welke boor je nodig hebt. Je legt het sjabloon op je hout en tekent zo af om te weten waar je moet boren. Gebruik een boorstatief om er zeker van te zijn dat het gat perfect recht is.

Na het voorboren breng je primer aan; zeker bij MDF is dat onontbeerlijk. Schuur dan de kanten van het hout bij. Dan kan je het hout schilderen in een kleur naar wens. Als alles gedroogd is, kun je beginnen met de montage in de wasplaats.

 

KASTEN MONTEREN

Voor je de onderdelen aan elkaar vastschroeft, controleer je nog of ze wel haaks staan. Meet ook na of de afstanden telkens identiek zijn. Als alles klopt, kun je de elementen vastschroeven. Waar het MDF de grond zou raken, plaats je nog kunststoffen voetjes die voorkomen dat het hout water zou opzuigen.

De bevestiging tegen de muur gebeurt pas nadat alle kastelementen zeker waterpas staan. Om de legplanken op dezelfde hoogte van de grond te krijgen als de zijkanten van de kasten, plaats je bovenaan en onderaan houten blokjes. Daarna kun je de legplanken aan de zijkanten vastschroeven.

Daarna monteer je het geheel waterpas aan elkaar. Het tablet voor op de kasten maakt je vast door middel van verbindingsbeslag; één deel komt dan aan de zijkant van de kasten te zetten, en het andere deel op het tablet zelf. De tabletten die aan de bovenkant van de kasten komen, schroef je ook bovenaan vast zodat de schroeven niet zichtbaar zijn.

Monteer alle legplanken en ook de deuren. Plaats de scharnieren op de punten die je al aangeduid had. Indien nodig kun je nog wat bijregelen.

 

WASMACHINE PLAATSEN

Nu je kasten er staan, kun je ze inrichten en ook de wasmachine plaatsen. De afvoerbuizen moeten minstens 60 centimeter hoog liggen om te vermijden dat het water uit de machine loopt tijdens het wassen. Geurhinder vermijd je door een sifon te plaatsen of er één te creëren door middel van bochten.

Leg een rubbermat onder de wasmachine om het geluid te dempen. De buis van de wasmachine hang je los in de afvoer, zodat de lucht eruit weg kan op het moment dat er water bijkomt.

Bevindt je garage zich in een lager gelegen deel van de woonst, dan moet er ook een pompsysteem geïnstalleerd worden om het water naar het niveau van de gelijkvloers te krijgen.