Hoe precies meten: tools en tips
Als je klust, is het belangrijk dat je heel nauwkeurig meet. Maar wat heb je nu allemaal nodig van basismeetinstrumenten bij het klussen? En hoe gebruik je die? Hier vind je een overzicht van de meest courante tools die er voorhanden zijn. Verder geven we ook enkele tips om gemakkelijker te kunnen werken. Vergeet ook niet: meten doe je altijd twee keer. Twee keer meten, één keer zagen.
PLOOIMETER OF VOUWMETER
De plooimeter is gemaakt uit hout, kunststof of metaal. Vooral bij laswerken – of andere hete omstandigheden – is een metalen plooimeter te prefereren boven de twee andere keuzes. De gebruikelijke lengte is 2 meter, maar je vindt ze ook terug in een versie van 1 meter. Deze kan aan twee zijden gebruikt worden en laat toe om tot op 1 millimeter nauwkeurig te werken.
Bij de meeste plooimeters heb je afwisselend witte en gele vlakken. Die maken het gemakkelijk om in één oogopslag de afstand per lopende 100 mm te onderscheiden.
Aan het uiteinde zit ook een metalen clip die beschermt tegen slijtage. Zo blijft de meter nauwkeurig.
Het is tevens belangrijk dat je deze zo weinig mogelijk blootstelt aan vuiligheid en vocht. Om deze in topconditie te houden, is het best om de scharnieren van tijd tot tijd eens te oliën. Op die manier plooit hij steeds in één beweging gemakkelijk open.
Correct meten doe je door de meter in te schuiven op je werkstuk. Hou de meter vast om de juiste maat te behouden en teken af met potlood.
TIP: HOEKEN CONTROLEREN OP HAAKSHEID
Met een vouwmeter kan je hoeken controleren op hun haaksheid dankzij de 3-4-5-regel, afgeleid van de stelling van Pythagoras (a² + b² = c²). Je neemt een driehoek in gedachten waarbij de kleine en de grote rechthoekszijde, respectievelijk a² en b², gelijk moeten zijn aan de schuine zijde c². Neem je dus 3 en 4 cm voor a en b, dan moet c uitkomen op 5 cm.
TIP: EEN HOEK OVERZETTEN
Je kan een plooimeter gebruiken om hoeken over te zetten. Door eerst de hoek uit te zetten met de eerste twee lamellen en deze vervolgens terug te plooien op de meter, kan je ook de maat gaan controleren.
ROLMETER
Een rolmeter is geschikt om langere afstanden te meten. Deze zijn beschikbaar in de maten 2, 3, 5 en zelfs 10 meter. Met een blokkeerknop kan je het oprollen van de meetband stoppen, wat handig is als je vaak dezelfde maat moet aftekenen. Een rolmeter beschikt over een soepele, zelfoprollende meetband, vervaardigd uit dun en veerkrachtig staal. De meetband heeft een holle doorsnede om weerstand te bieden tegen het opknikken. Om te meten haak je de rolmeter met een metalen clip vast en rol je uit tot de afstand die je wil opmeten.
BINNEN- EN BUITENWERKSE MATEN
- Een binnenwerkse maat is de afstand binnen in een voorwerp van de ene tot de andere zijde, zonder de dikte van de rand of wand.
- Een buitenwerkse maat duidt de afstand van de ene tot de andere buitenzijde van een voorwerp aan, dus inclusief de dikte van de rand of wand.
De metalen clip aan het uiteinde van een rolmeter is uitschuifbaar. Het schuift net zoveel uit als de dikte van de metalen clip zelf.
- Wanneer je de metalen clip vasthaakt bij het afmeten van een buitenwerkse maat, meet je dus vanaf het nulpunt van de meter zelf.
- Bij het meten van een binnenwerkse maat duw je de metalen clip in. Tel de uitgerolde afstand vervolgens op met de afstand van de behuizing. Zo bekom je de binnenwerkse maat.
TIP: NAUWKEURIGHEIDSKLASSE
Een plooimeter wordt geijkt volgens klasse 3, een rolmeter volgens klasse 2. Zo’n klasse houdt in dat het meetinstrument niet meer dan een vastgestelde waarde mag afwijken van de norm.
Het kan zijn dat meters binnen in dezelfde klasse ietwat afwijken van elkaar. Je kan dat testen door enkele meters naast elkaar te plaatsen tegen een regel. Merk je afwijkingen op? Zorg er dan zeker voor dat je steeds dezelfde meter gebruikt, voor een zo nauwkeurig mogelijk resultaat.
LASERAFSTANDSMETER
Een digitale afstandsmeter is een elektronisch alternatief op de rolmeter, hier gebeurt het meten met een laserlijn. Afhankelijk van de uitvoering zijn er ook uitgebreidere functies. Zo kan je niet enkel meten, maar ook door berekening oppervlakten en volumes bepalen. Het is met heel wat modellen ook mogelijk om via bluetooth de data naar je telefoon of tablet te sturen.
Meer weten over lasermeetgereedschap? Lees dan hier verder.
MEETLINT
Dit bestaat ook in kortere uitvoeringen, maar hier gaat het om de versie die geschikt is voor afstanden groter dan 10 m.
Deze wordt gebruikt bij het uitmeten van een bouwplan. Het meetlint bestaat uit een opgerolde platte band op een haspel die met behulp van een handslinger wordt opgerold.
MEETLAT
Met een kleinere meetlat uit inox kan je heel nauwkeurig afmetingen overzetten. Ze is beschikbaar in diverse afmetingen, maar een latje van 20 à 30 cm past doorgaans handig in je werkbroek. Meetlatten drukken afstanden vooral uit in centimeter, maar zijn ook voorzien van een millimeterschaal.
De roestvrijstalen lat heeft als voordeel dat ze niet gaat uitzetten in warme omstandigheden, en dus ook dan heel nauwkeurig blijft. Het staal van een meetlat is minder aan verandering onderhevig dan het hout van een plooimeter.
Je kan met een winkelhaak nagaan of je een rechte hoek hebt. Dat kan je echter ook door diagonalen te meten met één of twee meetlatten.
KRUISHOUT
Om een lijn af te tekenen die evenwijdig loopt met je werkstuk, gebruik je een kruishout. Dit heeft een markeringspin met een verstelbaar geleidingsblok.
Door het blok langs het werkstuk te trekken, trekt de markeringspin op de ingestelde afstand een lijn. Dat is handig als je deze maat een aantal keer moet overzetten, want dan ben je zeker dat je altijd dezelfde afstand aan het overzetten bent.
SCHUIFMAAT
De schuifmaat is het ideale meetinstrument om de dikte, afstand of die diepte te meten met een nauwkeurigheid van één tiende of één twintigste millimeter. Deze gebruik je dus als je écht precies wil zijn.
Je kan ermee de buitenmaat van een object verifiëren, zoals de diameter van een pvc-buis, maar ook de binnenmaat van een holle buis.
De schuifmaat heb je in zowel een analoge als een digitale uitvoering:
- Bij de digitale versie lees je de afstand af op een scherm.
- Bij de analoge versie lees je die af met behulp van een nonius – dit is een secundaire schaal, met afwijkende lengtemaatindeling, die wordt verschoven ten opzichte van de vaste primaire schaal.
SLAGLIJNMOLEN, KRIJTKOORD OF SMETKOORD
Dit is eigenlijk meet- en tekengereedschap ineen. Een krijtkoord wordt vaak gebruikt om loodrechte lijnen uit te zetten op langere afstanden, bijvoorbeeld tijdens het vloeren of het beslaan van panlatten bij dakwerken. In de slaglijnmolen zit een touw dat met krijtpoeder is bedekt. Het poeder kan je zelf gaan aanvullen in het reservoir.
Om ermee te werken, trek je het touw zo strak mogelijk van het ene afgetekende punt naar het andere. Vervolgens licht je het touw eventjes op om het dan te laten vallen. Het krijtkoord laat zo een loodrechte lijn krijtpoeder achter. Hou er wel rekening mee dat die markering die je hiermee maakt, niet 100% gefixeerd is en dus geen dagen zichtbaar blijft.
WINKELHAAK
Om rechte hoeken over te zetten, kies je voor een winkelhaak. Hiermee controleer je een hoek op z’n haaksheid – met andere woorden: of de hoek 90° is of niet. De winkelhaak is gemaakt uit een aanslagblok met daaraan een lat, die precies in een hoek van 90° staat, daarmee teken je dan uiteraard ook zelf een hoek van 90° af.
De bevestiging tussen het aanslagblok en het meetgedeelte is ook nog eens afgeschuind, wat het mogelijk maakt om ook hoeken van 45° af te tekenen.
TIP: HULPSTUK
Hiervoor kan je ook een haaks gemaakt houten hulpstuk gebruiken. Daar plaats je dan je werkstuk in ter controle. Je zal al snel zien of dat haaks is of niet.
ZWEIHAAK
Een variant op de winkelhaak is de zweihaak. Hiermee kan je gelijk welke hoek – dus niet enkel 90° of 45° – overzetten. De zweihaak ontleent zijn naam aan de hoek die twee vlakken van een balk of spant ten opzichte van elkaar maken, de zwei genaamd.
De zweihaak wordt losgemaakt met behulp van een vleugelmoer, waarna de hoek wordt ingesteld en de moer opnieuw wordt vastgeschroefd. Daarna teken je de ingestelde hoek gewoon over.
SCHIETLOOD OF PASLOOD
Een schietlood (of paslood) is een ouwe getrouwe onder de meetinstrumenten. Dit is het meest geschikt voor het loodrecht uittekenen van verticale lijnen. Zo is het bijvoorbeeld handig om bij het tegelen een loodlijn uit te uitzetten om zeker te zijn dat de eerste rij verticaal tegen de muur komt.
Een schietlood wordt ook gebruikt voor kozijnen en deuren, daar je kan zien of een punt zich loodrecht onder een ander punt bevindt.
WATERPAS
GEWONE WATERPAS
Wil je er zeker van zijn dat een vlak of lijn zo precies mogelijk horizontaal ligt, dan mag een waterpas ook niet ontbreken in je toolbox. Deze bestaat uit een licht gebogen buisje, gevuld met een gekleurde vloeistof waarin een luchtbel zit – samen vormt dit de zogenaamde libel. Hoe groter de libel is, hoe preciezer je waterpas. Vaak is er ook een extra libel voorzien, zodat je ook verticaal te werk kan gaan.
Waterpassen bestaan in verschillende formaten. Heb je enkel korte, dan kan je deze ook op een lange lat leggen om zo te kijken of een langer stuk pas staat.
De waterpas werkt volgens een simpele wet: watermassa volgt altijd de zwaartekracht. Wanneer je een waterpas dus perfect horizontaal houdt, zal de luchtbel zich midden in de libel bevinden. Het midden wordt gepreciseerd door twee lijnen.
TIP
Een waterpas kan ook afwijken. Je kan deze ijken door ze op een vlakke oppervlakte te leggen. Als je de waterpas dan omdraait, dan moet de bel een exact spiegelbeeld zijn van daarnet
SLANGWATERPAS
De slangwaterpas is een DIY-variant van de standaardwaterpas. Deze laat je toe om horizontale metingen over grote afstanden uit te voeren volgens het principe van communicerende vaten. Deze kan je gemakkelijk zelf maken: je vult een flexibele, doorzichtige slang met water, maar let op dat er geen luchtbellen bij zitten.
Met zo’n slangwaterpas zet je telkens een punt over op dezelfde hoogte. Op één plaats houd je het water op het punt dat je wil overzetten, en aan de andere kant zal het water dan op exact dezelfde hoogte gaan staan. Dat punt kan je dan overtekenen. Er bestaan ook digitale slangwaterpassen die vooral in de bouw worden gebruikt.
KRUISLIJNLASER
Als elektronisch alternatief op de waterpas bestaan er ook zelfnivellerende kruislijnlasers. Hiermee projecteer je lijnen die je helpen bij uitlijnwerkzaamheden. Er bestaan ook kruislijnlasers met een hellingsfunctie waarmee je schuine lijnen kan projecteren.
Meer weten over bouwlasers? Lees dan hier verder.