Autoproductie, halfgeleiders en corona
COLUMN - FERRE BEYENS, AUTOMOTIVE ANALIST/JOURNALIST
Het kwaad dat corona de autonijverheid heeft toegebracht, begint nu pas echt te dagen. In augustus ll. nog slonk de autoverkoop met 25,7% ten opzichte van dezelfde maand vorig jaar. Tussen de eerste vijftien in de voorlopige tussenstand van ‘s lands bestverkopende automerken, prijkt er slechts één die enkele stuks meer had verkocht dan tijdens het zowaar nog desastreuzere augustus 2020. De veertien overige “bestverkopende” lieten een onbehaaglijke tot weinig hoopgevende “minderverkoop” noteren. En alsof dit niet erg genoeg was, viel er op wereldvlak nog slechter autonieuws te melden. Toch bleef een aantal constructeurs zijn hoeraberichten uitsturen. Waarbij ze gênant etaleerden dat bij hen alle logica en rationaliteit was zoekgeraakt.
“In 2021 kan de wereldwijde autoproductie dalen met 6,3 miljoen tot 7,1 miljoen stuks”
Onze mailbox bleef verstoord met marketeer gemystificeerde persinfo. Persberichten doorspekt met irrelevante attenties die de aandacht van de dalende verkoop moesten afleiden. Met uitzonderlijke belangstelling voor de plaats die wordt ingenomen in de ranglijsten der “best”verkopende merken … in de zwakste markt sinds jaren. Vergeten maar dat het coronaspook een schokgolf veroorzaakte en de automarkt compleet ontregelde.
Corona en het wereldwijde tekort aan halfgeleiders doen de autobusiness naar adem snakken. Corona is niet de enige oorzaak, hoor je dan. Er heerst inderdaad een groot gebrek aan – voor de autoconstructie – ‘levensnoodzakelijke’ semiconductormaterialen. Waaraan het plotselinge tekort aan geïntegreerde stroomketens – chips of IC’s – dan te wijten is? Opnieuw belanden we bij corona. Toen dat onheil de wereldeconomie ‘infecteerde’ werd de autoproductie meteen teruggeschroefd, wat de sterk verminderde vraag voor de producenten en toeleveranciers van halfgeleiders tot gevolg had.
Om hun productie van halfgeleiders op peil te houden, werd al vlug een profitabel alternatief gevonden in de entertainmentelektronica en telecommunicatie. Van zodra de autoproductie hervatte was de capaciteitsproblematiek bij de halfgeleiderproducenten niet te ontkennen realiteit geworden. Verschillende autobouwers moesten daarop – bij gebrek aan onontbeerlijke halfgeleidertechnologie – de band noodgedwongen opnieuw stilleggen.
In de micro-elektronica is een wafer een dun vel halfgeleidermateriaal (silicium) waarop via diffusie geïntegreerde stroomcircuits worden aangebracht. Wafers vormen een significante stap in de aanmaak van geïntegreerde schakelingen, transistoren, diodes en RLC-kringen (weerstand ‘R’, inductiespoel ‘L’ en condensator ‘C’). Ook MEMS en de kleinere varianten NEMS worden op wafers aangebracht. Het betreft allemaal moderne elektronica en dito Micro & Nano Electro Mechanische Systemen (MEMS & NEMS), ontstaan uit de drang naar miniaturisering. Wafers zijn minder duur in fabricage, hebben een lager energieverbruik en zijn makkelijker om meerdere miniatuurelementen (bv. in auto-elektronica steeds meer opduikende sensoren en actuatoren) samen in één krappe behuizing te stoppen.
Zolang de waferproductie en -toelevering hapert zal de autofabricage daaronder lijden. Na een brand in de Renesas' Naka-faciliteit en ijsstormen in Texas begin dit jaar werd de waferproductie van NXP, Infineon en Samsung compleet verlamd. Die problemen liggen weliswaar achter ons maar toch zal de waferfabricage nog een tijd krap blijven temeer daar het coronaspook zijn tol blijft eisen. Immers, na de waferproductie volgt de backend assemblage en het testen van met wafertechnologie samengestelde elektronische modules. Die arbeidsintensieve activiteiten zijn geconcentreerd in China, Zuid-Korea, Japan, Singapore, Filipijnen, Indonesië, Thailand, Vietnam en Maleisië. Plaatsen waar COVID-19 ernstige fabriekstoornissen veroorzaakte en blijft veroorzaken.
Het halfgeleiderdebacle zal dit jaar verantwoordelijk zijn voor een wereldwijde daling van de autoproductie met 6,3 miljoen tot 7,1 miljoen stuks. Er moet dus rekening gehouden worden met ernstige wereldwijde productiedalingen. Het eerste kwartaal van dit jaar werden 1,44 miljoen auto’s minder geproduceerd, in het tweede kwartaal zelfs 2,60 miljoen. De IHS-productieprognoses voor het ganse jaar 2021 (en bij de traag herstellende toelevering van halfgeleiders) voorspellen een wereldwijde daling van de autoproductie met 6,3 miljoen tot 7,1 miljoen stuks. En – steeds volgens IHS – zullen de productiedalingen zich ook in het eerste en tweede kwartaal van 2022 blijven manifesteren.
En misschien is dit nog maar het begin … Het einde van deze crisis is nog niet in zicht. De autofabricage blijft sputteren, de lange levertijden kunnen nog niet worden ingekort. Is deze crisis het begin van een nieuw hoofdstuk ellende voor de autonijverheid? Eens corona is verdreven en van zodra de toelevering van chips terug normaal verloopt, dreigt alvast een nieuw spook: het gebrek aan lithium. Met – vandaag al – Afghanistan als een beangstigende ‘economische’ voorbode. China – de grootste bezitter van het voor EV’s onmisbare lithium – heeft begrepen dat de Afghaanse bodem rijk is aan lithium, de energiedrager voor het voertuig dat zonder aardolie door het leven rijdt …