Slechte ondergrond? Zo werk je glad af!
Of je nu kiest voor poeders of pasta’s, een goede hechting en een gladde afwerking zijn cruciaal
Plafonds en muren moeten fijn gladgestreken zijn alvorens men de definitieve afwerking kan aanbrengen. De juiste producten zijn daarbij cruciaal. Als schilder-decorateur word je met verschillende problemen geconfronteerd: oude pleisters met asbest, onafgewerkte dagkanten, ondergronden met gaten of scheuren, vochtige ruimtes, gladde en gesloten ondergronden … Maar voor elke problematiek is er wel een aangewezen oplossing. Alles hangt daarbij af van de ondergrond en de gewenste afwerking.
DE JUISTE PRODUCTEN
Renovatiepleisters zetten beschadigde muren of muren met reliëf strak alvorens ze worden afgewerkt. Deze pleisters kunnen, volgens de norm van de schilderwerken, in laagdiktes tot 5 mm aangebracht worden.
De belangrijkste eigenschappen waarover een goede renovatieplamuur dient te beschikken, zijn een vlotte verwerkbaarheid, een voldoende lange opentijd (tijd dat je het product kan verwerken zonder dat het gaat oprollen of korreltjes geven), niet (te veel) invallen (de natte laagdikte is idealiter gelijk aan de droge laagdikte) en bij voorkeur een voldoende groot bereik qua laagdikte en een minimumwaarde qua laagdikte van 0 mm.
Pleisters in pastavorm
We onderscheiden twee soorten renovatiepleisters (pasta’s en poeders) en verschillende aanbrengmethodes. De meest gevraagde/gebruikte renovatiepleisters zijn de pasta’s of readymixen. Binnen die pasta’s heb je dan nog een bijkomende mogelijkheid, zijnde de lichtgewicht pleisters.
Pasta’s bieden tal van voordelen. Ze zijn gebruiksklaar dus hoeven niet meer aangemaakt te worden en restanten kunnen opnieuw in de emmer bewaard worden.
De viscositeit werd ook door de fabrikant op het juiste peil gebracht, waardoor ze steeds correct verwerkbaar zijn. Omdat ze gebruikskaar zijn, is er geen geklungel meer op werven zonder watervoorziening of met (vervuild) regenwater en dat zorgt ook voor tijdwinst.
Daarnaast kunnen uitvlakpleisterpasta’s ook in een lichtgewicht variant aangeboden worden, wat zorgt dat ze minder vermoeiend zijn in het aanbrengen, dat ze een lager verbruik hebben met meer m² per kg en dat de applicator een langer uithoudingsvermogen heeft. Pasta’s kunnen in regel aangebracht worden met de klassieke messen, met plamuurrollen en met Airless- toestellen.
Pleisters in poedervorm
Renovatiepleisters bestaan ook in poedervorm en die poeders hebben ook hun voordelen. Zo kan er veel sneller een tweede pleisterlaag worden aangebracht. Van zodra de eerste laag hard is, kan er een tweede over aangebracht worden - dit in tegenstelling tot pleisters in pastavorm die volledig droog moeten zijn.
Daarnaast kan de applicator de viscositeit een beetje aanpassen naar eigen hand. En tot slot zijn opslag en bewaring van poeders makkelijker en langer dan bij pasta’s.
Zijn de muren onderhevig aan veel mechanische activiteiten (drukke ruimtes, gangen, traphallen …), dan worden best pleisterpoeders gebruikt. Zij hebben een iets hogere slijtweerstand dan pasta’s.
Laat de lichtgewicht pleisters hier ook links liggen; door hun dichtheid en de gebruikte vulstoffen hebben zij de minste slijtweerstand. Een harder product is hier echt wel aan de orde.
Poeders aanbrengen gebeurt in regel met de klassieke schildersmessen of eventueel met wormpomptoestellen.
Problematieken en hun oplossingen
Opvullen van gaten, scheuren en sleuven
Voor het opvullen van (grotere) gaten, sleuven en scheuren gebruiken we steeds vulmiddelen en pleisters in poedervorm. Men kan niet vullen met een uitvlakpleister, noch met een dunpleister! Poeders hebben een beperkte krimp waardoor in minder lagen gevuld en afgewerkt kan worden. Ze harden ook uit in een specifieke tijd (productafhankelijk), onafhankelijk van omgevingsklimaat en laagdikte.
Vulmiddelen voor schilders zijn in regel fijn van structuur en kunnen strak afgemest worden, waardoor schuren en nabewerken tot een minimum herleid worden. Een goed vulmiddel heeft volgende intrinsieke eigenschappen: kleeft mooi aan het gereedschap, krimpt niet, is makkelijk schuurbaar en is uitgehard na 30 à 40 minuten.
Een gat, sleuf of barst wordt gevuld door de lucht maximaal uit het gat te weren. Men gaat dus eerst de ene helft vullen en dan pas de tweede helft, waardoor de lucht tussen ondergrond en pleister maximaal wordt weggedrukt. Belangrijk: de ondergrond dient droog, stofvrij en stabiel te zijn.
Gladstrijken van gladde ondergronden
Voor het gladstrijken van gladde ondergronden, zoals tegels en glad beton, zijn er speciale pleisters op de markt voor niet-zuigende of gesloten ondergronden. De hoofdeigenschap van deze pleisters is het uitzonderlijke hechtvermogen of de adhesie. Dit wordt bekomen door bij de productie gebruik te maken van specifieke harsen die een enorme kleefkracht hebben. Normaliter gaat het dan om een readymix omdat men bij pasta’s het bindmiddel al fabrieksmatig kan toevoegen in de productie.
Bij het uitvlakken van tegels moet men eerst en vooral de ondergrond goed reinigen en ontvetten. Vervolgens kan men door middel van een eerste laag de voegen uitvlakken.
Is deze laag droog, dan kan men eventueel schuren om bramen en overdiktes weg te nemen. Na grondig ontstoffen kan op het volledige oppervlak een laag uitvlakpleister voor tegels aangebracht worden. Eens droog, kan men opnieuw schuren en schilderen.
Gebruik je geen speciale pleister, dan moet bij gladde, niet zuigende ondergronden steeds een passende hechtingsprimer worden aangebracht.
Gladstrijken van moeilijke ondergronden
Bij moeilijke ondergronden – denk bijvoorbeeld maar aan muren met glasvezelbehang, met sierpleister of met structuurverf - gebruik je best speciale (rolbare) uitvlakpleisters (poeder of pasta). Deze producten kunnen makkelijker op dergelijke oppervlakken worden aangebracht, in één tot twee lagen. De formulering van deze pleisters is zo uitgewerkt dat er een perfecte hechting is op dit soort ondergrond.
Er zijn zelfs specifieke tools ontworpen om deze producten makkelijker toe te passen, zoals een roller en een strijker.
Gebruik in vochtige ruimtes
Gebruik in vochtige ruimtes steeds een passend product dat geschikt is voor gebruik in ruimtes met hogere vochtwaarden. Concreet wordt gewerkt met plamuren die ofwel cement bevatten ofwel verrijkt zijn met bindmiddel of een combinatie van beide. Met behulp van cement en/of bindmiddel krijgt men plamuren die ongevoelig zijn voor water en/of waterdamp en die dus ook geschikt zijn voor buitentoepassingen en vochtige ruimtes.
Met medewerking van Gyproc, Polyfilla en Toupret
