Hoe correct buitenpleisters verspuiten
Hulp bij het verspuiten
Hét voordeel van verspuiten is tijdwinst. Tegelijk bereikt u een egaler en kwaliteitsvoller resultaat, als u de techniek onder de knie hebt. Geen zorg, we zetten u uitgebreid op weg.
STAP 1 ONDERGROND VOORBEREIDEN
Eerst moet u de ondergrond analyseren en herstellen, volgens de geldende normen. Samengevat moet de ondergrond droog, hechtend of cohesief, draagkrachtig, proper en gezond zijn, net als effen.

Voor alles: beschermen
Vooraleer u de ondergrond voorbereidt, dekt u alle oppervlakken die u niet wilt bepleisteren zeer grondig af. Denk daarbij aan schrijnwerk en gebouwhoeken, of de gevel van de buren.
Droog, draagkrachtig en effen maken
Vervolgens inspecteert u de muur op loszittende delen. Waar nodig, kapt u af en werkt u de schade bij met een vulmiddel. Gebruik een passende oplossing voor de ondergrond, met een korte afbindtijd, om verzakking en vervorming te voorkomen. Ook grote oneffenheden als bramen kapt u weg. Om de ondergrond effen te maken, brengt u voor de meeste dunlagige sierpleisters eerst een wapeningslaag aan. Op een minerale ondergrond (metselwerk) plaatst u een soort cementering, op buitengevelisolatie plaatst u een type kleefcementmortel of cementvrije uitvlakkingsmortel. Dit kunnen producten zijn met bijkomend of volledig kunsthars als bindmiddel.
Versterken van de ondergrond
Stel: de ondergrond verpoedert of verpulvert erg, of staat zeer broos. Dan brengt u het best een product aan dat de muur fixeert. Ook in andere gevallen zal u de ondergrond het best vooraf behandelen. Is de ondergrond bijvoorbeeld erg verschillend van aard, met delen beschilderd, onbehandeld, cement, beton en baksteen? Dan is een impregneermiddel of een primer aan te raden, voor een egalere absorptie. Op een wapeningslaag moet u een voorstrijk aanbrengen, vooraleer u de eindlaag plaatst. Maar uiteindelijk zal u situatie per situatie moeten bekijken, voor een goede voorbereiding.

Schade door vocht aanpakken
Vertoont een ondergrond vochtschade? Neem dan zeker eerst de oorzaak weg. Daarna behandelt u met een plamuur die als dampscherm werkt. Deze bestaat zowel voor minerale als geschilderde ondergronden.
STAP 2 SPUITPLEISTEREN: AAN DE SLAG
Vervolgens brengt u manueel eventuele accessoires aan, zoals hoekprofielen, stopprofielen en plaatselijke weefsels.
Machine klaarzetten
We gaan er hier van uit dat u een korrelpleister aanbrengt. U stelt de pomp op en sluit alles correct aan. Daarna start u de pomp op met een smeermiddel, bijvoorbeeld behanglijm. Daarmee smeert u de slang intern, als voorbereiding op het pleister. Doe dit nooit met water, aangezien dat het bindmiddel en de korrel van elkaar scheidt. Voed de machine met pleister en stel ze af op de juiste consistentie.
Spuiten
Pompt de machine goed rond, dan kunt u starten. Kies altijd een geschikte spuitopening voor het te verwerken product. Volg bij het verspuiten de instructies van de fabrikant. Het aanbrengen vereist veel tot erg veel expertise. In de Technische Voorlichting 209 van het WTCB vindt u enkele te volgen normen over vlakheids-, textuur- en tintverschillen.
U brengt bijvoorbeeld eerst twee lagen vullende pleister aan. Daarbij bewapent u de eerste laag met een geschikt gaas, waarna u het geheel mest. Na droging brengt u de tweede laag aan, die u ook mest. U laat de laag opnieuw drogen en schuurt eventueel op, met een korrel 120. Hierover gaat de afwerking: een sierpleister, verf …
Het makkelijkst werkt u wanneer een eerste persoon het spuitpistool bedient en iemand anders de slang vasthoudt. Zo hoeft de spuiter niet aan de darm te trekken en onnodig te stoppen met spuiten, waardoor het risico op hogere druk bij het starten zou vergroten. Eventueel vult een derde persoon de spuitmachine regelmatig bij. Deze persoon bereidt indien nodig ook het pleister.
Welke weersomstandigheden?
Hoge temperaturen en rechtstreekse zoninval kunnen tot een onregelmatige droging leiden, waardoor er wolken of barsten op het pleisteroppervlak ontstaan. U moet de gevel dus goed beschermen tegen zon, maar ook tegen wind en regen, met werfzeilen. De ondergrond moet tussen 5 en 35 °C warm zijn. Tegelijk dient de luchtvochtigheid minder dan 80% te bedragen.
De omstandigheden moeten ideaal blijven, zowel tijdens de verwerking als de droging en uitharding van het pleister. Enkele dagen lang, dus.
STAP 3 AFWERKEN EN REINIGEN
Eventuele nabewerking
Plaatste u pleister om te egaliseren of te vullen, dan kunt u dit op allerlei manieren verder afwerken: met uiteraard een sierpleister, maar ook bijvoorbeeld decoratieve, dikke of halfdikke verven. Brengt u een sierpleister aan, als afwerking, dan moet u die nadien mogelijk niet meer bewerken. Plaatste u een dikpleister als toplaag, dan mest en reit u die af, met één of twee afwerkers. Mogelijk spaant u het oppervlak ook glad af, met een schuurbord met Italia-profiel.
Reiniging
Na afloop reinigt u de pomp met een reinigingsmiddel geschikt voor het product dat u verwerkte. Raadpleeg hiervoor de informatie van de pleisterfabrikant en de handleiding van het toestel.