Rookgassen veilig afvoeren

Rookgassen kunnen gevaarlijk zijn en moeten daarom op een correcte manier het gebouw verlaten. Welke oplossing de beste is, is afhankelijk van het soort toestel. De elementaire functie van de rookgasafvoer is de rookgassen die door een kachel of een ketel geproduceerd zijn, op een veilige manier afvoeren uit het gebouw. Naast gas, water en elektriciteit is een rookgaskanaal immers een van de belangrijkste onderdelen van een centrale verwarmingsketel. Om goed te kunnen functioneren, heeft die verbrandingslucht nodig. Na verbranding is het belangrijk dat de rookgassen opnieuw worden afgevoerd.
inspectie bestaande schouwrookgasafvoer
Elk toestel waar verbranding aanwezig is voor de goede werking, heeft nood aan een rookgasafvoer. Als het duidelijk is dat er een afvoer nodig is, moet er altijd gekeken worden of de oude afvoer nog gebruikt kan worden. In het andere geval - als de afvoer niet meer gebruikt kan worden omdat de diameter bijvoorbeeld te groot is, de schouw niet volledig luchtdicht is of als verwacht wordt dat de rookgassen in de schouw zullen condenseren - moet de schouw altijd gevoerd worden. In de schouw zal dan een nieuw kanaal geplaatst worden, die aangepast is aan de vereisten van het verwarmingstoestel.
de schouwvoering
Als het gemetselde rookkanaal recht is, dan kan er een vaste voering gebruikt worden. Zit er bijvoorbeeld een knik in, dan moet er een flexibele voering geplaatst worden. Meestal wordt die voering dubbelgelaagd geplaatst, zodat de luchtlaag als isolatie dient. Een gevoerde schouw kan ook als concentrisch rookkanaal worden ingezet. Dan doet de ruimte tussen de voering en de schouw dienst als een buitenkanaal voor de aanvoer van zuurstof.
Elk toestel met verbranding heeft een rookgasafvoer nodig
verschillende soorten afvoer
open systeem
Als er een volledig nieuw schouwkanaal gecreëerd moet worden, zijn er twee mogelijkheden. Een eerste systeem is een open systeem (of B-configuratie), die de zuurstof uit het stooklokaal haalt en de rookgassen op een natuurlijke manier via de schouw afvoert.

In alle ruimtes waar er een toestel met open verbrandingskring is opgesteld, moet er een niet-afsluitbare toevoer van verbrandingslucht rechtstreeks vanuit de buitenlucht voorzien zijn. Dat kan bijvoorbeeld via een rooster in de buitengevel. De ruimte moet dus voldoende geventileerd worden. Zowel boven- als onderventilatie zijn hier dan ook verplicht. De doorlaat van de boven- en onderventilatie wordt aangegeven door de toestelfabrikant. Daarnaast is er ook Technische Documentatie voor gas en stookolie (de voormalige NBN B 61-002 voor stooktoestellen tot 70 kW en norm NBN B 61-001 voor stooktoestellen vanaf 70 kW). Deze normen voldoen echter niet meer aan het huidige park (zie kader). Voor de ventilatie van stooklokalen op biomassa is er nog geen wetgeving beschikbaar.
De werking van deze systemen functioneert op basis van natuurlijke trek, maar met verticale opstelling. Zo stijgen de warme rookgassen vanzelf naar boven, waardoor ze het rookkanaal makkelijk kunnen verlaten. Horizontale elementen worden hier vermeden en het aantal bochten wordt beperkt tot maximum twee. Het is belangrijk dat er een continue vrije afvoer van het schouwkanaal gegarandeerd kan worden.
gesloten systeem
Een tweede mogelijkheid is aan de hand van een gesloten systeem, of C-configuratie. Hier worden de rookgassen met behulp van een ventilator naar buiten afgevoerd. In dit geval moet de opstellingsruimte geventileerd worden om de warmte, afgegeven door het verwarmingstoestel en de aanwezige leidingen, af te voeren. De omgevingstemperatuur moet steeds beperkt blijven tot maximaal 40 °C. De manier om optimaal te verluchten is voor elk toestel verschillend. Elke ketelfabrikant schrijft voor zijn toestel een specifieke handleiding over hoe de rookgasafvoer en zuurstoftoevoer moet worden uitgevoerd.
Ook deze installatie wordt het best verticaal gepositioneerd, maar in tegenstelling tot de open systemen kunnen hier wel horizontale rookkanaalelementen geïmplementeerd worden. Dit kan aangezien de rookgassen door een ventilator gedwongen worden het rookkanaal te verlaten.
doorgang door materialen
Individuele verwarmingstoestellen zoals kachels en haarden worden steeds beter ontwikkeld en aangepast aan de nieuwe bouwconstructies, waar isolatie en luchtdichtheid parameters zijn om rekening mee te houden. Als gevolg hiervan zijn ook de rookgaskanalen steeds meer aangepast aan de werking van deze toestellen.
Een rookgaskanaal moet altijd door een materiaal heen lopen, ook al worden de gassen onmiddellijk lands de gevel naar buiten begeleid. De temperatuur van de rookgassen die door het afvoerkanaal worden afgevoerd, kan variëren tot 400 °C. Deze temperatuur is afhankelijk van het materiaal dat wordt verwarmd, zo kan hout in een kachel de temperatuur enorm hoog doen oplopen.
Een te grote schouw kan voor problemen zorgen, te klein is helemaal uit den boze
Waar het afvoerkanaal geplaatst wordt, wordt volledig bepaald door het gebouw en het soort toestel. Deze kanalen moeten telkens CE-gekeurd zijn. In deze code staat vermeld welke brandafstand steeds gerespecteerd moet worden. Vermits de temperatuur zo hoog kan oplopen, moet er een immers zekere afstand bewaard worden tot de brandbare materialen waar het kanaal wordt doorgestoken. Ook moet er rekening gehouden worden met de eventuele aanwezigheid van dakvensters.

plaatsing
dimensionering
Onze huizen dienen alsmaar beter geïsoleerd te zijn, waardoor de nood aan verwarming steeds afneemt. Deze evolutie zorgt ervoor dat het vermogen van de toestellen telkens minder groot moet zijn. Dit brengt enkele gevolgen met zich mee; zo moeten onze schouwen helemaal niet meer zo groot zijn als destijds. Indien de schouw te groot is voor de rookgassen die de woning of het gebouw moeten verlaten, kan dit enkele problemen met zich meebrengen. Zo zorgt een te grote schoorsteen voor te veel afkoeling, mogelijke condensatie en verstoring van de trek.
Het omgekeerde is al helemaal uit den boze. Als er een nieuwe ketel geplaatst wordt, die toch een groter vermogen heeft dan de schouw aankan, zullen niet alle rookgassen voldoende afgevoerd worden, waardoor veel schafelijke stoffen vrijkomen. Hoe groot moet de schouw dan zijn? Dat is afhankelijk van twee zaken. Een eerste belangrijk punt is het type gebouw. Het spreekt voor zich dat een rookgaskanaal in een woning andere voorwaarden heeft dan een kanaal in een appartementsgebouw. Moeten er bochten gelegd worden in het rookgaskanaal of kan die in een mooie rechte lijn de schadelijke stoffen naar buiten begeleiden?

Een tweede belangrijk aspect is het type toestel dat geïnstalleerd wordt. De werking van het toestel is immers een grote factor die bepaalt hoe groot de kanalen mogen zijn. Tot slot is ook de brandstof die de ketel zal aanvoeren van belang. De dimensionering wordt dus grotendeels bepaald door het aantal aansluitingen van de ketel en het type ervan. Als er tijdens de aanbesteding gekozen wordt een ander type ketel te plaatsen, moet ook de dimensionering herbekeken worden.
de aansluiting
De plaatsing van de rookgaskanalen is grotendeels afhankelijk van de voorwaarden die de schouwfabrikant heeft voorgeschreven. De aansluiting is wél onderhevig aan de voorkeur van de consument. De keuze bestaat uit enkelwandige, dubbelwandig geïsoleerde, concentrische of driewandig geïsoleerde kanalen. Enkelwandige kanalen worden als aansluitkanaal gebruikt wanneer het wenselijk is om de hitte van de afgevoerde rookgassen te gebruiken om de ruimte waarin het verwarmingstoestel staat, op te warmen. Een dubbelwandig geïsoleerd aansluitkanaal is iets duurder, beschermt tegen brandletsels (bv. van kinderen die het aansluitkanaal willen aanraken) en zorgt dat de rookgassen hun temperatuur behouden (zodat die vlotter kunnen worden afgevoerd, want warme lucht stijgt).
Bij concentrische kanalen kan de aangevoerde verbrandingslucht een positieve invloed hebben door het 'kruisen' met de warme afgevoerde rookgassen. Die voorverwarmde luchtaanvoer zal nadien zorgen voor een betere en zuiverdere verbranding en dus kleiner brandstofverbuik. Driewandig geïsoleerde kanalen tot slot zijn hetzelfde als die concentrische kanalen, met een extra isolatielaag en worden gebruikt bij gesloten houthaarden.
terugkerende problemen
esthetische problemen
Een van de meest voorkomende problemen waar installateurs mee te kampen hebben, is het uitzicht van het huis. Dat is nog eens extra in de verf gezet nu de coronacrisis de hele wereld teisterde. De consument is meer gaan beseffen hoe belangrijk het uitzicht van zijn of haar woning is, waardoor elk kantje met een vergrootglas wordt bekeken. De uitgang van het rookgaskanaal kan daar dan ook niet aan ontsnappen. De uitgangen die aan een muur bevestigd waren, moeten op veel plekken aangepast worden. Een doorboring in een muur is immers niet iets wat de consument wil, daarnaast brengen de gassen een bijkomend probleem mee. Doordat deze condenseren, kruipt er makkelijk vocht in de muur, net daar waar de uitgang is.
fout materiaal
Een tweede veelvoorkomend probleem volgens verschillende fabrikanten, is dat het foute materiaal gebruikt wordt bij de aansluiting van een nieuwe ketel. Zo gebeurt het vaak dat installateurs een goedkoper alternatief opzoeken, waardoor dit niet perfect compatibel is met de werking en rookgaskenmerken van het toestel. Inox blijft het beste materiaal als er een metalen aansluiting nodig is. Deze legering vertoont de beste weerstand op de impact van condensatie of hoge temperaturen.
Verbind het juiste kanaal met het juiste toestel
Aluminium is bijvoorbeeld een materiaal dat te allen tijde vermeden moet worden. Het verleden heeft intussen aangetoond dat dit materiaal niet bestand is tegen de impact van condensatie.

renovatie en onderhoud
Een rookgasafvoer kan makkelijk vijftien jaar meegaan. Normaal gesproken moet die vervangen worden als de ketel van de centrale verwarming aan vernieuwing toe is, maar in sommige gevallen gaat die een stuk langer mee.
Alvorens te starten met een renovatie dient er eerst een inspectie doorgevoerd te worden. Dat kan bijvoorbeeld door gebruik te maken van een camera. Zo kan de staat van het kanaal gecheckt worden op condensering of scheuren. Nadien kan er dan correct beslist worden of het rookgaskanaal effectief samen met de ketel vervangen moet worden. Het is dus zeker niet zo dat een rookgaskanaal altijd vervangen moet worden als het toestel vervangen wordt, maar het is wel van het grootste belang dat het juiste kanaal aan het juiste toestel verbonden wordt. Vanuit die kennis is het dus wel het makkelijkst om beide zaken samen te vervangen.
Ook het onderhoud kunnen we onder dezelfde noemer plaatsen. Het is belangrijk om naast het toestel, ook telkens het kanaal te onderhouden. De reiniging van de schoorsteen is in België dan ook een onderdeel van het verplichte onderhoud van de centrale verwarmingsinstallatie. Indien de ketel op stookolie of vaste brandstof werkt, moet dat onderhoud zowel in Vlaanderen als in Wallonië jaarlijks gebeuren. Heeft uw klant een ketel op gas, dan moet dat onderhoud in Vlaanderen elke twee jaar, in Wallonië om de drie jaar.
