Wandpanelen in de badkamer

Als je de muren van je badkamer wil opfrissen, kan je de oude tegels uitbreken en opnieuw gaan betegelen. Dat is een haalbare, edoch redelijk intensieve klus die wel wat ervaring vereist. Wie minder ervaren is en een snelle manier zoekt om de badkamer op te frissen, kan een beroep doen op decoratieve wandpanelen. Er bestaat heel wat keuze wat betreft materialen, formaten en uitvoering. De plaatsing gebeurt grotendeels op dezelfde manier. We geven mee hoe je aan de slag gaat.

 

Wandpanelen plaatsen: de voorbereiding

Decopanelen kiezen voor de badkamer

Het grote voordeel van decoratieve wandpanelen is dat de plaatsing snel en relatief eenvoudig kan gebeuren. Ze kunnen vaak op bestaand tegelwerk gelijmd worden, waardoor je je badkamer in sneltempo een make-over kan geven. Specifieke toepassingen voor de badkamer beschikken ook steeds over een waterbestendige toplaag.

Welke materialen?

De basis van decopanelen voor de badkamer bestaat vaak uit acryl of pvc. Deze materialen zijn namelijk vocht- en schimmelbestendig en kunnen wel tegen een stootje. Al zijn pvc-panelen over het algemeen iets minder stoot- en krasvast dan acrylpanelen.

Daarnaast is solid surface een duurdere, doch populaire optie. Solid surface is eveneens robuust en vochtbestendig. Doordat het geen poreus materiaal is, is het ook een zeer hygiënische optie. Een ander relatief nieuw alternatief is spc, een samenstelling van kalksteen en een miniem percentage aan pvc. Het materiaal is stootvast, sterk en zeer eenvoudig te verwerken.

In elk van de gangbare materialen, zijn dergelijke panelen overigens verkrijgbaar in verschillende formaten, kleuren en dessins, denk aan een marmerlook, een tegelmotief, een houtmotief ... Er bestaan ook panelen waaraan een reliëf wordt toegevoegd, om bijvoorbeeld het gevoel van ruwere natuursteen na te bootsen. 

Ruimte opmeten

Om te weten hoeveel panelen je ongeveer nodig hebt, heb je uiteraard ook de maten van de te bekleden wanden nodig. Houd er rekening mee dat je bij het opmeten ook telkens de uitzetvoegen aftrekt - die zorgen ervoor dat de panelen niet kromtrekken wanneer ze uitzetten. Deel de breedte van de wand (min de uitzetvoegen) door de breedte van de zichtbare zijde van je panelen om te weten hoeveel panelen je nodig hebt per wand. 

Ondergrond voorbereiden

Verwijder alle elementen die in de weg zouden zitten tijdens de installatie (je badkraan, de pot van je hangtoilet …). Errond werken zou immers meer tijd vergen. Een grondige poetsbeurt is eveneens aan de orde. Dergelijke wandpanelen worden meestal verlijmd op een bestaande muur, dus maak je de muren waarop je werkt volledig stof- en vetvrij voor een optimale hechting.

Controleer met een waterpas of de ondergrond waarop je werkt vlak genoeg is. Als je vooraf gips geplaatst hebt, moet dat normaal in orde zijn, maar als je werkt op een reeds bestaande muurbekleding (bijvoorbeeld tegels) is dat niet altijd het geval. Het kan zijn dat je hier en daar eerst oneffenheden moet wegwerken.

Acclimatiseren
Pvc-panelen kunnen krimpen of uitzetten. Haal ze uit de verpakking en plaats ze eerst een dagje in de ruimte waarin ze gemonteerd zullen worden. Zo kunnen ze zich aanpassen aan de luchtvochtigheid en de temperatuur.

 

Wandpanelen plaatsen: aan de slag

Lijm, nagels of schroeven

Dergelijke panelen schuiven vaak in elkaar met een tand- en-groefsysteem. Ze kunnen tegen de ondergrond (of op een latwerk) genageld, geschroefd of verlijmd worden.

Lijmen biedt esthetisch gezien de mooiste optie. Ook als je op een bestaande vlakke wand werkt, is lijmen met een montage- of MS-polymeerkit praktisch gezien de beste methode. Daarvoor breng je de lijm aan op de panelen – in banen of in dotten – en niet op de ondergrond.

Ga je nagelen of schroeven, dan kan je – voor een onzichtbare bevestiging – de nagels of schroeven in het achterste deel van de groef bevestigen op de ondergrond.

Extra aandachtspunten

Uitzetvoegen

Gezien dergelijke panelen vaak kunnen krimpen en uitzetten, moet je bij de plaatsing rekening houden met een uitzetvoeg boven- en onderaan van enkele millimeters. Die kan je tijdens de plaatsing verzekeren met kaleerblokjes onderaan. 

Panelen doorzagen

Je zal meer dan waarschijnlijk ergens een paneel op maat moeten zagen, dat kan bij de meeste panelen met een hand- of een decoupeerzaag.

Uitsparingen maken

Of je nu in een nog in te richten badkamer aan het werken bent, of in een badkamer waar alles al is geïnstalleerd, je zal uitsparingen moeten maken voor bijvoorbeeld de pot van je inbouwtoilet of een aan de wand te monteren bad- en/of douchekraan. Dergelijke uitsparingen kan je maken met een klokboor op je schroefboormachine. 

Je gebruikt deze net als bij doorsnee houtbewerking. Teken precies af op het paneel waar de opening moet, bevestig de klokboor op je schroefboormachine en boor door. Bevestig vervolgens het paneel op zijn plaats.

Waterdicht afwerken

Als de panelen bevestigd zijn, kun je de kaleerblokjes wegnemen en de finishing touches aanbrengen: aanbrengen van siliconenkit op de naden. Snijd eerst de punt van de koker in een hoek af, plaats de spuitmond in dezelfde hoek op de af te dichten naad, zodat deze beide randen raakt (bijvoorbeeld zowel de wand als de rand van het bad). Trek dan een lijn siliconen over de hele lengte van de naad.

Werk vervolgens af met een afwerkzeep. Water en detergent kunnen in principe ook werken, maar in een vochtige ruimte kun je beter een speciaal product gebruiken om schimmels effectief tegen te gaan. Spuit eerst de naad volledig in met de afwerkzeep, verwijder dan de overtollige siliconen met je duimnagel en ga er nog eens over met je wijsvinger.

Profielen
De meeste systemen bieden ook bijpassende overgangs- en hoekprofielen aan, waar je de panelen gewoon in kan schuiven. Deze bestaan meestal uit hetzelfde materiaal als de panelen zelf.