Hoe plaats je steenstrips tegen een binnenmuur?
Een vlakke muur kan makkelijk karakterloos overkomen. Een van de oplossingen is de muur bekleden met steenstrips. Op die manier schep je reliëf en persoonlijkheid, perfect voor wie houdt van een rustiek interieur. Ook in een meer industriële inrichting kunnen steenstrips tot hun recht komen.
Steenstrips plaatsen
Goede start
De vloer dek je het best af. Als we morsen met de tegellijm, kleeft hij dan niet aan onze vloer. Breng meteen ook een strook tape aan op de plint. Zo is ook die beschermd tegen mogelijke lijmspatten.
Met een rol breng je dan eerst een grondlaag aan op de muur. Dat doe je het best met een verfrol geschikt voor muurverf. Zet je verfrol op een telescopische steel. Zo moet je je niet bukken om de primer te nemen. En je kan meteen ook de volledige lengte van de muur behandelen zonder een ladder te gebruiken of door de knieën te gaan.
Lijm aanmaken
Dan kan je de lijm aanmaken. Kijk vooraf altijd na wat de verhoudingen zijn van lijm en water. Doe altijd eerst de juiste hoeveelheid water in de mengkuip. Pas daarna voeg je het lijmpoeder toe.
We werken hier met cement, dus doe handschoenen aan. Cement droogt namelijk niet alleen de huid uit, door de hoge zuurtegraad kan cement ook irritatie veroorzaken. Meng alles goed door. Het is de bedoeling dat er geen klonters in de lijm meer zitten.
Maak je grote hoeveelheden lijm aan, dan doe je dat het best met een speciale menger. Die kan je trouwens ook gewoon huren. Wij maken hier telkens maar een kleine hoeveelheid tegellijm aan, dus kunnen we ons behelpen met een boormachine en een mengstaaf. Doe je dat zelf ook? Let dan wel op dat je boormachine niet oververhit.
Meng alles door tot je een smeuïg geheel krijgt. Je mag na het mengen geen water meer toevoegen aan de lijm. Laat de lijm vervolgens een vijftal minuten rusten. Dat is belangrijk, niet alleen krijgen de verschillende chemische elementen dan de tijd om te reageren met het water, je verlengt ook de open tijd van de lijm. Zo blijft hij langer verwerkbaar.
De eerste stenen
Je kan de lijm dan op de muur aanbrengen. Dat doe je met een lijmkam. Schep wat lijm op je truweel en smeer het uit op de muur. Dat kan je doen met de vlakke kant. Daarna kam je de lijm open. Je lijm is zo in ribbels verdeeld over de muur.
Breng dan de eerste rij steenstrips aan. Deze duw je goed in de lijm. Om de lijm achter de steenstrip goed te verdelen, en er dus voor te zorgen dat hij goed blijft kleven, beweeg je de strip het beste eens van links naar rechts als je hem aanbrengt.
Door tegelijkertijd te drukken verdeel je de ribben lijm achter de steenstrips.
Kruisen en spieën
Om een min of meer gelijke tussenafstand aan te houden tussen steenstrips, kan je dikke voegkruisjes steken. Ze zorgen ervoor dat je een gelijke voeg krijgt.
Breng alle steenstrips op een gelijke hoogte. Dat lukt met tegelspietjes. Je steekt ze tussen de plint en de eerste rij stenen. De spietjes kan je wat dieper steken als het nodig is om zo de steenstrip naar boven te brengen. Controleer dit met je waterpas.
Als de lijm wat is uitgehard kan je de afstandshouders bij de vorige rijen al wegnemen. Als je dit te vroeg doet, kan het zijn dat je steenstrips terug zakken, en dat is natuurlijk niet de bedoeling.
Passtukjes
Je zal sowieso een steenstrip op maat moeten maken. Bijvoorbeeld als je aan het einde van de rij een stukje nodig hebt om de muur te vervolledigen. Dat kan je gemakkelijk doen met een haakse slijper.
Zorg voor een diamantblad als je steen slijpt. Deze steenstrips zijn redelijk grillig van vorm, dus een rechte snede past niet zo mooi in het geheel. Rond het afgekorte stukje dus een beetje af, zodat het bij de rest past.
Verdere rijen
Tijdens het plaatsen van de steenstrips hou je altijd je waterpas bij de hand. Om de drie a vier rijen blijf je het best controleren of je al dan niet recht aan het werken bent.
Het wildverband en de kleine stukjes geven extra karakter aan de muur. Bovendien gaan kleine of gebroken stukken niet verloren. Met de kleine stukjes kan je meteen ook vermijden dat je kopse voeg trapsgewijs verspringt, wat een minder mooi resultaat geeft. Ook moet je vermijden dat de kopse voeg vlak, of bijna vlak, onder elkaar komt te liggen.
Voegen tussen de stenen
Voegmiddel aanmaken
Maak het voegmiddel aan. Je werkt het best met een kant-en-klare mix, zo ben je zeker van de juiste kleur. Doe eerst weer de juiste hoeveelheid water in je mengkuip. Dan doe je de voegmortel erbij. Wij kozen voor een mooi contrast door een wit voegmiddel te kiezen. Je kan het voegmiddel mengen met je truweel, of met je menger.
Om te testen of je voegmortel klaar is, maak je een balletje en knijp je er eens in. Er mag geen vocht uitkomen, maar het moet wel aan elkaar blijven hangen.
Lintvoeg en stootvoeg
Begin bovenaan met voegen. Schep wat voegmortel op je voegbord en vul de voegen. Werk ongeveer per vierkante meter. Het gemakkelijkst is als je eerst de horizontale voeg of de lintvoeg doet. Pas als je je vierkante meter lintvoegen vulde, begin je met de verticale stootvoegen.
Breng dus eerst goed wat voegsel aan in de lintvoegen. Druk de voegmortel goed in de voeg. Strijk daarna de voeg nog eens af met je voegijzer.
Geborstelde voeg
We kiezen hier voor een geborstelde voeg. Daarvoor breng je het voegsel rijkelijk aan in de voegopening. Als het voegsel dan lichtjes is aangetrokken, ga je er eens met een borstel over. Zo krijg je een structuur in de voeg. Dit geeft een rustieke look die bij het oude karakter van onze steenstrips past.
Wacht niet tot de voeg volledig is uitgehard. Dat maakt het afborstelen moeilijker. Het voegsel moet gewoon wat aangetrokken zijn. Ben je toch al wat te laat? Dan kan je met je vinger nog wat van het overtollige voegsel verwijderen. Wacht dus niet tot je de volledige muur gevoegd hebt met borstelen. Je doet dit het best tussendoor.