Hoe betegel je cementgebonden panelen?

Met cementgebonden panelen hebben we de wand waar de uitgietbak komt waterdicht gemaakt, maar er is uiteraard nog een afwerklaag nodig. We combineren twee soorten tegels: een vierkante gele tegel en een langwerpige houtimitatietegel.

 

De voorbereiding

Tegels uitleggen

Wanneer je tegels combineert, is het geen overbodige luxe om de tegels al eens uit te leggen en het effect in te schatten. Wat blijkt hier? Tegen de muur is geen plaats meer voor een volle tegel. Die rij moeten we dus versmallen, en dat gaat makkelijker met de kleine wandtegels. Dus schuiven we door en beginnen we aan de hoek met de grote vloertegel.

Tegels op maat snijden

Bovenaan komt nog een verspringende border. Daarvoor hebben we een vierkante versie van de houtimitatietegel nodig. We tekenen het juiste formaat af en leggen de tegel in onze tegelsnijder. Omdat het een langwerpige tegel is, leggen we enkele extra tegels ter ondersteuning om ervoor te zorgen dat de tegel vlak ligt.

Eenmaal gepositioneerd, maak je met het wieltje een kras in de toplaag van de tegel. Dan oefen je wat druk uit om de tegel uiteindelijk te breken. Deze procedure herhaal je voor het aantal tegels dat we nodig hebben.

Achteraf kan je de ruwe breekrand van je op maat gemaakte tegels nog wat bijschuren. We gebruiken daarvoor ruw schuurpapier op onze schuurmachine.

Tegellijm aanmaken

Dan kunnen we van start met het aanmaken van de tegellijm. Die mengen we met water in een mengkuip. We doen eerst wat water in de kuip en brengen dan de helft van de zak tegellijm in poedervorm toe. Vervolgens voegen we meer water toe en gooien we de tweede helft van de zak lijmpoeder erin.

We kozen voor een flexibele tegellijm op cementbasis. Die zal sterk genoeg zijn om de zware houtimitatie parkettegels te dragen.

Dan kan je het mengen met een mengstaaf, of eventueel met een mengopzetstuk op een boormachine. Na het mengen laat je de lijm enkele minuten rusten.

Lijnen uitzetten

Terwijl de lijm rust, plaatsen we de kruislijnlaser. Die helpt om de lijnen uit te zetten zodat we straks met de tegels zeker recht werken. We zetten de lijn in potlood op de muur. Een laserlijn is perfect, maar het statief kan soms een duw krijgen waardoor de lijn niet meer betrouwbaar is.

Tweede keer mengen

De tegellijm wordt na even rusten nog een tweede keer gemengd. De laatste brokken droge cement hebben in de pauze wat vocht opgenomen en worden nu verdeeld in de massa.

We mogen ook niet vergeten de mengstaaf te reinigen voordat de lijm die eraan hangt uitdroogt. Dit wordt gedaan door het af te kloppen, uit te zwieren en tenslotte in een emmer water te plaatsen om het nog eens goed te laten draaien. De laatste beetjes haal je manueel weg.

 

Het tegelen zelf

We wisselen dus rijen van lange parkettegels met houtimitatie af met rijen van vierkante gele wandtegeltjes.

Dubbele verlijming

De lijm heeft een verwerkingstijd van vier uren. We brengen eerst genoeg lijm aan op de muur voor de eerste tegel: een houtimitatie parkettegel. Dat uitstrijken doen we met een lijmkam. Je moet hier zorgen dat je mooie, volle, ononderbroken lijmlijnen hebt.

Dit zijn grote tegels, dus we werken bij met dubbele verlijming. We lijmen dus met andere woorden op de muur én lijm op de tegel, zo is er zeker voldoende contact. Op de tegel brengen we wel wat minder lijm aan, en smeren we de lijm vlak uit. Dan gaat de tegel voorzichtig tegen de muur. Verwijder de overtollige lijm en controleer in alle richtingen of de eerste tegel recht en loodrecht staat.

Uitsparing maken

Voor de eerste tegel onderaan de tweede rij moeten we een uitsparing maken voor een stopcontact. Om een uitsparing te maken in een tegel gebruiken we een elektrische haakse slijper met een geschikte diamantschijf. 

Verder werken

Vervolgens brengen we de lijm aan voor de tweede rij, de wandtegels. Op de achterzijde van de tegel brengen we de lijm nu wel gekamd aan, want deze wandtegels zijn een heel stuk dunner en de bedoeling is uiteraard dat alle tegels in hetzelfde vlak komen. Dat check je opnieuw met de waterpas. Zo plaatsen we dus tegel na tegel van onze tweede rij.

Hier moeten we ook rekening houden met de voegen. We kiezen voor smalle voegen. We gebruiken tegelkruisjes om ervoor te zorgen dat de voegen gelijkmatig zijn.

Bij dergelijke klussen verwijder je meteen alle cementvlekken van de tegels om zo schoon mogelijk te werken. Zorg er ook voor dat de voegen vrij blijven. Als er wat cement in de voeg zit, maak je de voeg vrij met behulp van een kruisje.

Op deze manier wisselen we rij per rij af: één rij met imitatieparkettegel, de volgende rij met vierkante wandtegels enzovoort. Je controleert elke tegel, maakt elke voeg netjes vrij en wast elke vlek meteen weg.

De laatste twee rijen

We lijmen de laatste twee tegelrijen in één keer in. Vanaf het begin hadden we al bepaald dat de laatste rij halve tegels zou zijn. We knippen die makkelijk op maat met de tegelsnijder. Alleen voor de plint moeten we nog even slijpen in de onderste tegel.

De sierrand

Voor de sierrand bovenaan werken we in de andere richting. Dan hebben we meteen die eerste halve tegel achter de rug. En verder wisselen we gewoon de gele vierkantjes af met de vierkanten die we zelf gesneden hebben in het begin.

 

Het voegwerk

Eens de lijm is uitgehard, kunnen we starten met het voegwerk.

Voegen proper maken

We gaan eerst de voegkruisjes verwijderen en ondertussen de voegen controleren. Het is het beste om die kruisjes na één dag drogen te verwijderen. Als je langer wacht, moet je waarschijnlijk een tang gebruiken. De voegen moeten goed vrijgemaakt worden. Kleine opgedroogde spatjes tegellijm kunnen weggekrast worden met een mes.

Voegmiddel aanmaken

Dan kunnen we het voegmiddel aanmaken. We werken opnieuw met een poeder, dat we dus nog met water moeten mengen. Neem je voegmiddel erbij en controleer de mengverhoudingen. 

We moeten hier slechts een kleine hoeveelheid mengen. Dat doe je dus zonder machine. Een mengstaaf zou te veel lucht in het mengsel brengen. Een gewone truweel is goed genoeg. We laten het voegmiddel even rusten, gedurende 2 minuutjes, en roeren het dan nog eens goed door.

Voegmiddel aanbrengen

Met het voegrubber brengen we het voegsel in de naden. Je moet niet de hele muur volsmeren. Breng eerst het voegsel aan op de voeg, en strijk dan uit, schuin over de voegen. Deze schuine richting is belangrijk. Als je recht over de voegen wrijft, haal je het voegmiddel weer uit de voegen met het rubber. Na het voegen van de laatste voeg, laat je het voegmiddel drogen.

Tegels reinigen

Ongeveer twintig minuten later voelt de dunne laag voegmiddel op de tegels droog aan. Dat is het moment voor een eerste reiniging.

Het is het gemakkelijkst met een spons en een inwasemmer. Er is immers een rooster om je spons op uit te knijpen, het vuil valt dan naar de onderkant van de emmer en er zijn rollen om je spons enigszins te drogen.

Houd je spons vlak, zodat je de voegen niet opnieuw leegmaakt. Merk je toch een fout in je voeg? Herstel dat onmiddellijk met wat voegmiddel. Ongeveer 10 minuten later was je een tweede keer. Hierbij verwijder je de resterende waas.