Hoe richt je een tuinhuis in?
Een tuinhuis is veelal in de eerste plaats een opbergruimte. Qua inrichting blijft dat redelijk beperkt. Je hebt voldoende aan elektriciteit en verlichting, en idealiter wat opbergrekken. Als je er een werkplaats wil van maken, denk je beter ook aan je eigen comfort, zeker als je van plan bent om er veel tijd door te brengen. We geven een aantal tips mee.
Elektriciteit in je tuinhuis
In een tuinhuis heb je licht nodig. Moet je enkel in je tuinhuis zijn om je tuinmeubels of je grasmaaier van stal te halen? Dan heb je in principe voldoende aan een of meerdere lampen op batterij.
Als je van plan bent om meer tijd te spenderen in je tuinhuis, omdat je er bijvoorbeeld je klusatelier van wil maken, dan betrek je je tuinhuis beter in de elektrische installatie van je woning. Zo kan je de nodige vaste (werk)verlichting en schakelaars voorzien, alsook stopcontacten waar nodig.
Als je dan elektriciteit moet voorzien, ga je idealiter voor de makkelijke weg en plaats je een opbouwinstallatie om breekwerken te vermijden. De installatie hoeft immers niet complex te zijn. Met enkele stopcontacten en schakelaars – en uiteraard de nodige lichtpunten – kom je al een heel eind. Vertrek in ieder geval altijd van een elektriciteitsplan.
MEER WETEN:
> Hoe plaats je elektriciteit in een tuinhuis?
> Hoe stel je een elektriciteitsplan op?
Vaste verlichting
Als je elektriciteit plaatst, denk je uiteraard ook aan enkele lichtpunten. Ook als je enkel lampen op batterij wil plaatsen, houd je rekening met de lichtsterkte en de plaats van de lamp(en). Zorg in ieder geval minstens voor één algemeen lichtpunt in het midden van de ruimte, zoals een plafondlamp.
Hoeveel lumen je nodig hebt voor een algemeen lichtpunt, is sterk afhankelijk van de oppervlakte van het tuinhuis. Hiervoor kan je het totaal benodigde aantal lumen achterhalen aan de hand van het aantal lux, de eenheid die aanduidt hoeveel licht op een bepaald aantal vierkante meters terechtkomt.
Vermenigvuldig daarvoor de totale oppervlakte van je ruimte met het vereiste aantal lux (doorgaans 200 à 300 lux voor een dergelijke ruimte). Zo weet je hoeveel lumen je in totaal nodig hebt om je werkruimte te verlichten, en kan je bepalen welke lamp je nodig hebt.
Werkverlichting
Gebruik je je tuinhuis als werkplek? Zorg dan zeker voor een intenser lichtpunt boven je werkbank of werktafel voor gerichte werkverlichting.
Zorg bijvoorbeeld met led-tl-armaturen, ledstrips of ledlijnen voor doorlopende verlichting volgens de lengte van je werkbank. Met lampen van 300–500 lumen of 5 W heb je in principe voldoende, al kan het ook nuttig zijn om ook een zone te hebben met iets straffere lampen, tot 7 W of 500–800 lumen.
Een mobiele werflamp/ledstraler vormt ook een goede aanvulling. Hiervoor bestaan zowel oplossingen op netstroom als op accu. Praktisch alle werflampen kunnen op een statief of driepoot worden bevestigd, waardoor je de lamp makkelijk kan richten. Er bestaan ook kleinere uitvoeringen met klemmen of magnetische accessoires, waarmee je ze op bijvoorbeeld een ijzeren balk kan bevestigen.
Opbergen in je tuinhuis
Slim opbergen
Een tuinhuis zal in de eerste plaats een opbergruimte zijn voor je tuingereedschap. Maak er dan meteen een overzichtelijke opbergplek van. Deel je tuinhuis op in zones: een plaats voor je tuinmeubels tijdens de winter en een plek waar je enkele palletten kan voorzien, bijvoorbeeld voor grote zakken met meststoffen of bodemverbeteraar.
Voorzie een plek waar je makkelijk bij kan voor grotere tools die je vaak zal gebruiken, zoals een kruiwagen, een grasmaaier of een hogedrukreiniger. Die zone hoeft niet zo veel plaats in beslag te nemen, dergelijke tools zijn immers tegenwoordig vaak in- en opklapbaar. Kies voor of maak zelf een opbergrek voor je kleine elektrische gereedschappen.
Steelgereedschappen zoals harken, schoffels, spades en schoppen kan je dan weer netjes aan een rail tegen de muur hangen. Wil je liever niet boren in de wand van je tuinhuis? Dan kan je met wat hout en recupmateriaal ook zelf een handige sorteerbak maken.
MEER WETEN:
> Hoe berg je slim op in je tuinhuis?
> Opbergoplossingen voor kleine ruimtes
Werkbank in je tuinhuis
Volgens de grootte
Als je van je tuinhuis je klusatelier wil maken, heb je uiteraard een degelijke werkbank nodig. Kies er een volgens de grootte van je tuinhuis, of maak er zelf een op maat. Je kan een volledig ontwerp uitdenken naar je eigen wensen en noden. Je kan de werkbank uitrusten met een bankschroef, stofafzuiging, .... Heb je niet veel plaats? Dan kan je ook een rudimentair opklapbaar model maken.
MEER WETEN:
> Werkbanken die je zelf kan maken
Verwarming in je tuinhuis
Als je meer tijd gaat doorbrengen in je tuinhuis, dan denk je beter ook aan verwarming. Een vrijstaand tuinhuis ga je uiteraard niet opnemen in je cv-systeem. Dan is het beter om te kijken naar kleinere, elektrische alternatieven die je maar op een stopcontact moet aansluiten. Het gaat om een ruimte waar je je niet elke dag bevindt. Je zal dus de verwarming maar sporadisch nodig hebben.
Elektrische bijverwarming
Een convectorkachel of een warmeluchtblazer kunnen al voldoende zijn om een kleinere werkplaats te verwarmen. Gebruik dergelijke toestellen niet overmatig. Ze verbruiken namelijk redelijk wat elektriciteit. Langdurig gebruik zal je snel zien terugkomen op je energiefactuur.
Bouwkachel
Beter nog ga je voor een bouwkachel, een grotere variant van een gewone ventilatorkachel, maar dan met een dikkere gloeidraad, een hoger vermogen en een grotere ventilator. De behuizing is vaak ook steviger.
Bij het kiezen van een toestel kijk je naar het vermogen. Dat is afhankelijk van de grootte van de ruimte waar je het wil gebruiken en wordt op de verpakking aangegeven in kilowatt, vertaald naar "geschikt voor ruimtes tot xxx m³". Vaak zijn toestellen voorzien van verschillende vermogensstanden, zodat je zelf kan bepalen hoeveel energie een toestel gaat verbruiken.
MEER WETEN:
> Elektrisch bijverwarmen: wat zijn de mogelijkheden?
Infraroodverwarming
Je kunt ook infraroodpanelen aan de wand of het plafond van je tuinhuis installeren. Deze panelen verwarmen je direct, in plaats van de lucht zoals bij traditionele verwarming. Hierdoor is de opwarmtijd korter en is er minder vermogen per vierkante meter nodig, wat resulteert in een lager energieverbruik dan bij een traditionele elektrische verwarming.
MEER WETEN:
> Alles over infraroodverwarming
Raamfolie plaatsen
Zijn de ramen van je tuinhuis gemaakt van enkel glas? Een isolerende raamfolie kan dan raadzaam zijn. Verwacht geen mirakels, maar de koude luchtstroom kan je wel wat afremmen.
Zo'n folie bevestigen op een raam is op zich niet moeilijk, maar je moet er wel op letten dat de folie overal goed hecht en dat je geen kreuken maakt tijdens het aanbrengen.
Ontvet allereerst het vensteroppervlak en kleef de bijhorende dubbelzijdige tape. Knip de folie vervolgens met wat overschot op maat, zodat deze beter te hanteren valt. Bevochtig daarna de folie om het makkelijker te kunnen bevestigen. Kleef de folie en duw met een spatel die niet kan krassen van binnen naar buiten al het water weg totdat er nergens nog luchtbellen resteren. Als dit is gebeurd, laat dan de folie zich rustig aanspannen. Dan pas kun je de resterende folie aan de randen afsnijden.