Elektrische installatiesPremium

Nutsvoorzieningen in je atelier: wat moet je voorzien?

nutsvoorzieningen kopfoto

In je atelier wil je comfortabel kunnen werken. Dat wordt moeilijk zonder elektriciteit en verlichting. Je hebt immers hoe dan ook elektriciteit nodig om je gesnoerde toestellen en zaken als je bouwstofzuiger te kunnen voeden. Goede werkverlichting is eveneens onontbeerlijk om je klussen tot een goed einde te brengen. Daarnaast kan voor het comfort wat extra verwarming geen kwaad.

 

elektriciteit in je atelier

De ruimte waar je je werkatelier van wil maken, is misschien slechts zeer rudimentair uitgerust qua elektriciteit op dit moment. Mogelijks is er zelfs nog helemaal geen elektriciteit voorhanden. Vaak gaat het om een garage of tuinhuis dat pas later de bestemming 'atelier' krijgt.

Als je dan elektriciteit moet voorzien, ga je idealiter voor de makkelijke weg en plaats je een opbouwinstallatie om breekwerken te vermijden. De installatie hoeft immers niet complex te zijn. Met enkele stopcontacten en schakelaars – en uiteraard de nodige lichtpunten – kom je al een heel eind.

algemeen elektriciteitsplan

MAAK EEN PLAN

Alles begint met een doordacht plan. Waar wil je een lamp hangen? Hoe zwaait de deur open, en waar plaats je dan de lichtschakelaar? Hoeveel stopcontacten denk je nodig te hebben? ...

EXTRA AANDACHTSPUNTEN

KABEL DOORTREKKEN

Bevindt je atelier zich verder van de woning, bijvoorbeeld in een tuinhuis? Dan zal je vanaf je hoofdzekeringkast een XVB-kabel moeten doortrekken tot daar. Ondergronds gebruik je een EXVB-kabel. Doorgaans is qua dikte 3G2,5mm2 voldoende. Moet je een erg lange afstand overbruggen? Kies dan voor een grotere draadsectie: 4, 6 of 10 mm2. In het tuinhuis voorzie je dan een extra zekeringkast, van waar je verder werkt.

elektriciteit zekeringkast

DRAADDIKTES EN AANSLUITINGEN

Voor een verlichtingskring voorzie je bedrading van 1,5 mm2, afgezekerd op een automaat van maximaal 16 A. Daarop sluit je maximaal 11 lichtpunten en schakelaars aan. Voor een kring met enkel stopcontacten gebruik je bedrading van 2,5 mm2, afgezekerd op maximaal 20 A, met maximaal 8 stopcontacten per kring. Voor een gemengde kring, waar je stopcontacten met lichtpunten en schakelaars combineert, werk je ook met 2,5 mm2 op automaat van maximaal 20 A. Ook hier geldt: niet meer dan 8 elementen per kring.

Denk eraan dat elke kring met stopcontacten en verlichting achter een differentieel van 30 mA geplaatst moet worden in de zekeringkast (met max. 8 kringen per differentieel). Zowel als je kringen bijplaatst in de hoofdzekeringkast, als wanneer je werkt in een aparte kast in een tuinhuis, moet die differentieel van 30 mA verbonden zijn met de hoofddifferentieel van 300 mA in de hoofdzekeringkast.

elektriciteit opbouw kabels

ELEKTRICITEIT IN OPBOUW

Elektriciteit in opbouw plaatsen, dat wil zeggen dat de kabels en contactdozen zichtbaar zijn op de wand. De aansluitingen en verbindingen gebeuren steeds in doosjes, opgebouwd op de muur.  Er bestaan verschillende manieren om de kabels op een propere vast te leggen. Denk aan beugels of clips waarin je de kabels kan klemmen. Of je kan werken met kabelgoten: dat geeft een meer afgewerkte uitstraling dan losse kabels. De doosjes worden gewoon vastgeschroefd op de wand.

Lees hier hoe je elektriciteit plaatst in opbouw.

 

verlichting in je atelier

Als je elektriciteit plaatst, denk je uiteraard ook aan enkele lichtpunten. Denk sowieso aan een algemeen lichtpunt in het midden van de ruimte, bijvoorbeeld een plafondlamp. Boven je werkbank of werktafel voorzie je idealiter nog een extra lichtpunt voor werkverlichting.

tl-armatuur verlichting atelier

vaste verlichting

Houd rekening met de nodige lichtsterkte, uitgedrukt in lumen. Hoeveel lumen je nodig hebt, hangt af van de grootte van je ruimte en de aard van de benodigde verlichting. Een klusatelier kan je eigenlijk vergelijken met een keuken op dat vlak: er is algemene verlichting nodig, en aan je werktafel (net zoals aan een keukenwerkblad) heb je lampen nodig die wat intenser zijn.

WERKVERLICHTING

Zorg bijvoorbeeld met led-tl-armaturen, ledstrips of ledlijnen voor doorlopende verlichting volgens de lengte van je werkbank. Met lampen van 300–500 lumen of 5 W heb je in principe voldoende, al kan het ook nuttig zijn om ook een zone te hebben met iets straffere lampen, tot 7 W of 500–800 lumen.

ALGEMENE VERLICHTING

Wat de algemene verlichting betreft: die plaats je centraal aan het plafond. Let hierbij op schaduwvorming: licht dat op je rug valt aan je werkbank kan hinderend werken. Kies in dat geval voor een andere plaats of een richtbare spot. Heb je een hoog plafond? Overweeg dan een pendelarmatuur.

Hoeveel lumen je nodig hebt voor de algemene verlichting van je atelier, is sterk afhankelijk van de oppervlakte van de ruimte. Hiervoor kan je het totaal benodigde aantal lumen achterhalen aan de hand van het aantal lux, de eenheid die aanduidt hoeveel licht op een bepaald aantal vierkante meters terechtkomt.

Vermenigvuldig daarvoor de totale oppervlakte van je ruimte met het vereiste aantal lux (doorgaans 200 à 300 lux voor een dergelijke ruimte). Zo weet je hoeveel lumen je in totaal nodig hebt om je werkruimte te verlichten, en kan je bepalen welke lampen je nodig hebt.

brennenstuhl ledspot

losse werkverlichting

Bestaat de elektrische installatie in je atelier om een of andere reden (al dan niet voorlopig) enkel uit stopcontacten? Dan kan je ook met 'losse verlichting' werken. Je kan lampen op batterijen plaatsen aan de wand of aan het plafond, of je kan een of meerdere werklampen in huis halen.

Het kan immers nuttig zijn om voor (extra) werkverlichting een mobiele werflamp/ledstraler in je atelier te hebben. Er bestaan hiervoor zowel oplossingen op netstroom als op accu. Praktisch alle werflampen kunnen op een statief of driepoot worden bevestigd, waardoor je de lamp makkelijk kan richten. Als je zoveel plaats niet hebt in je atelier, kan je ook kiezen voor lampen met klemmen of magnetische accessoires, waarmee je ze op bijvoorbeeld een ijzeren balk kan bevestigen.

 

verwarming in je atelier

Ben je van plan om tijdens de koudere periodes van het jaar in je atelier te werken? Dan is het voor je werkcomfort geen slecht idee om verwarming te voorzien. Indien mogelijk kan je een radiator installeren, als de nodige sanitaire koppelingen voorhanden zijn. Dat kan bijvoorbeeld het geval zijn als je atelier zich binnen de woning zelf bevindt.

ELEKTRISCHE VERWARMING

Als er in je atelier geen voorzieningen zijn om een radiator aan te koppelen, of als je atelier zich in een losstaand bijgebouw bevindt, hoef je uiteraard het bestaande verwarmingssysteem niet uit te breiden. Het gaat immers om een werkruimte waar je je niet elke dag bevindt: je zal dus de verwarming maar sporadisch nodig hebben. Een elektrisch verwarmingstoestel is dan voldoende om je uit de slag te trekken.

Wees je er hoe dan ook van bewust dat je dergelijke toestellen niet overdadig gebruikt, gezien het verbruik van elektrische verwarming over het algemeen redelijk hoog ligt.

bouwkachel elektrische verwarming

BOUWKACHEL

Omdat garages of werkplaatsen vaak slecht geïsoleerd zijn, gaat er veel warmte verloren met de ventilator- of convectorkachel die je in huis zou gebruiken. Laat die toestellen dus achterwege. Beter ga je voor een bouwkachel. Veelal gaat het hier om een grotere variant van een gewone ventilatorkachel, maar dan met een dikkere gloeidraad, een hoger vermogen en een grotere ventilator. De behuizing is vaak ook steviger.

Bij het kiezen van een toestel kijk je uiteraard ook naar het vermogen. Dat is afhankelijk van de grootte van de ruimte waar je het wil gebruiken en wordt op de verpakking aangegeven in kilowatt, vertaald naar "geschikt voor ruimtes tot xxx m3". Vaak zijn toestellen voorzien van verschillende vermogensstanden, zodat je zelf kan bepalen hoeveel energie een toestel gaat verbruiken.

infraroodverwarming paneel roger

INFRAROODVERWARMING

Je kunt een atelier ook voorzien van infraroodpanelen aan de wand of het plafond. Dergelijke panelen warmen de mensen, dieren en objecten in de ruimte rechtstreeks op, en niet de lucht zoals bij traditionele verwarming wel het geval is. Daardoor is er een kortere opwarmtijd en is er minder vermogen per vierkante meter nodig, waardoor het energieverbruik lager is dan bij een traditionele elektrische verwarming.

Lees hier meer over infraroodverwarming.

infraroodverwarming plafondpaneel

Proef ons gratis!Word één maand gratis premium abonnee en ontdek
alle unieke voordelen die wij u te bieden hebben.
  • checkwekelijkse nieuwsbrief met extra tips en exclusieve content
  • checkvolledig toegang tot het digitaal archief
  • checkonbeperkt toegang tot 3.000 bouwinstructies
  • checkonbeperkt toegang tot 1.400 instructievideo's
Heeft u al een abonnement? Klik hier om aan te melden
Registreer je gratis

Al geregistreerd of abonnee?Klik hier om aan te melden

Registreer voor onze nieuwsbrief en behoud de mogelijkheid om op elk moment af te melden. Wij garanderen privacy en gebruiken uw gegevens uitsluitend voor nieuwsbriefdoeleinden.
Word één maand gratis premium abonnee en ontdek
alle unieke voordelen die wij u te bieden hebben.
In dit magazine