Duurzaam en onderhoudsvriendelijk: kan het?
Ten huize van Lander Casier
Ook onze tuinen ontsnappen niet aan de maatschappelijke polarisatie: ecologisch en verwilderd aan de ene kant, onderhoudsvriendelijk en strak aan de andere. Toch zijn onderhoudsarm en natuurrijk erg goed te combineren, bewijst tuinontwerper Lander Casier. "Ik ben een fan van romantiek in de tuin. Het groen moet weelderig zijn en je overvallen. Aan mijn eigen tuin heb ik desondanks niet veel onderhoudswerk. Ik hoop dat mensen nooit zullen zeggen dat ik een bepaalde stijl heb: ik houd van variatie in beplanting, maar ook in projecten. Weelderigheid is wel een gemene deler."
Elk seizoen iets te beleven
We hebben afgesproken in de kleine stadstuin van Lander Casier. Die is bijna volledig verhard – met waterdoorlatende bestrating, zal hij er snel aan toevoegen – maar bosaardbei, slaapkamergeluk en kruiptijm onttrekken veel van die verharding aan het zicht. Achteraan staan een betonnen prefabmuur met een weelde aan planten erachter. Op het dak van de achterbouw zien we grote plantenbakken waar onder meer rozermarijn lustig woekert. Ook voor en op de muren zien we heel wat groen: osmantus, helleborus, polystichium, epimedium, carex ... Het is te veel om in één blik te aanschouwen. Dat was exact de bedoeling, vertelt Casier.
"Je eigen tuin is natuurlijk je visitekaartje. Voor geen enkel ander project heb ik zoveel verschillende ontwerpen gemaakt – 70 à 80, denk ik. Voor jezelf tekenen is niet aangenaam. (lacht) Elk ontwerp is anders dan het vorige, maar je moet toch eens de knoop doorhakken. Ik houd enorm van romantiek in de tuin. Ik wil graag texturen zien; overvallen worden door groen. Ik wil een tuin betreden en niet meteen alles kunnen zien. Die ontdekking vind ik erg belangrijk. Er moet leven zijn in de tuin. Hier is in elk seizoen iets te beleven, ondanks de beperkte oppervlakte van 36 m2. Op het einde van de winter staat deze cornus mas knalgeel. Dat geeft je hoop: het voorjaar komt eraan en de tuin komt weer tot leven."
"Ik wil graag texturen zien; overvallen worden door groen"
Levende tuin
Een grote waterschaal stimuleert die levendigheid. "In het voorjaar is het enkele weken echt droog geweest. We zitten hier in een mooi groen kader, achter mijn tuin liggen mooie, grote privétuinen met veel bomen, maar er is verder geen stilstaand water in de buurt. Roodborstjes, koolmezen, Vlaamse gaaien, duiven, merels ... Ik heb hier allerlei soorten gezien. Een tuin is al een levend iets; als je nog eens extra leven kunt aantrekken geeft dat een erg goed gevoel."
Tuin als landschap
"Ik ben ervan overtuigd dat iedereen zo'n hang naar groen in zich heeft; sommige mensen beseffen het gewoon nog niet. Ik heb een bedrijfstuin in Aalter getekend en ik hoor dat ze die tuin nu enorm veel gebruiken. Mensen vergaderen er graag, de medewerkers gaan in het groen eten, ze barbecueën er soms ... Er zijn mensen genoeg die hun leven lang tussen de stenen geleefd hebben en dan plots op reis in een subliem landschap met overweldigend uitzicht beseffen wat ze altijd al gemist hebben. Ik wil dat een tuin mij herinnert aan zo'n landschap. Zelf ga ik graag wandelen in de Alpen; dergelijke combinaties van mineraal en groen probeer ik ook in tuinen te creëren."
"Ik ben ervan overtuigd dat iedereen een hang naar groen in zich heeft"
natuurrijk én onderhoudsarm
Zo'n "natuurrijke" tuin hoeft de huidige onderhoudsarme trend helemaal niet tegen te spreken, vindt Casier. "Ik heb hier tweemaal per jaar een halve dag werk. Ik zal mijn osmanthussen hier bijvoorbeeld niet in bollen scheren. Ik knip daar enkel takken uit, het moet er zo natuurlijk mogelijk uitzien. In zo'n kleine stadstuin zal ik niet snel gazon intekenen: dat vind ik meestal niet zo praktisch. In een voortuin, die de meeste mensen meestal niet echt gebruiken, probeer ik dat ook anders aan te pakken. In deze tuin heb ik gekozen voor waterpasserende kasseien in substraat. Er ligt 15 cm funderingssubstraat, met 10 cm fijn substraat erboven, waar de kasseien in geklopt worden. Hier heb ik dat gemengd met porfiersplit, omdat ik wou dat het echt stevig was. De geur van de tijm is overweldigend. De bodembedekkers zorgen ervoor dat je terras veel minder opwarmt, en je planten groeien beter omdat ze het contact met de grond eronder behouden."
"Er komt meer en meer vraag naar ecologische tuinen – en ook naar planten die tegen extremen kunnen. Met insecten en vlinders hield ik altijd al rekening. Ik merk dat er echt meer bewustwording is." Dat betekent absoluut niet dat al zijn projecten er hetzelfde uitzien – er zit juist erg veel diversiteit in zijn portfolio. "Natuurlijk ga ik niet overal hetzelfde doen. Je moet weten welke planten je waar zet: ze moeten passen in het plan dat je hebt met de tuin. Ik wil dat een tuin zichzelf kan ontwikkelen, maar dat kan op heel veel verschillende manieren. Iemand anders zal misschien andere ideeën hebben. Ik heb het geluk dat veel mensen mijn ideeën tof vinden." (lacht)
Diversiteit houdt je scherp
Ook qua schaal zit er behoorlijk wat diversiteit in Casiers portfolio. "Ik ben opgegroeid met de mooie landschapstuin van mijn vader, die tuinaannemer is. Mijn grootvader en overgrootvader waren het ook. Je kunt wel stellen dat ik de microbe meegekregen heb van thuis. Mijn focus ligt iets meer bij het ontwerp, maar ik heb vroeger af en toe meegewerkt met mijn vader in de aanleg. Ik vond het belangrijk om ook de technische kant van de aanleg onder de knie te krijgen. Technische uitvoerbaarheid is minstens even belangrijk als creativiteit. Ik ben een tijd geleden als freelanceontwerper begonnen voor enkele bureaus. Wat later heb ik Piet Blanckaert leren kennen. Samen doen we veel projecten. Ik heb ondertussen ook aardig wat eigen projecten gedaan. Dat is leuk, want zo doe ik veel ervaring op met verschillende schalen: semi-openbare, heel grote en heel kleine privétuinen. Dat houdt het erg uitdagend."
uitdagingen bij daktuinen
Het grote aandeel aan daktuinen valt verder ook op. "De daktuinen zijn meestal in samenwerking met mijn broer Simon, die het gespecialiseerde bedrijf Naturoof runt. De meeste zijn intensief; daarbij is het noodzakelijk dat we al in de ontwerpfase van het gebouw worden betrokken. Het dak van mijn woning waarop de plantenbakken staan, is berekend op 300 kg per vierkante meter bovenop alle andere lasten. Daar kun je vaste planten en kleine struikjes op zetten. Ook de plantenkeuze brengt wel wat uitdagingen met zich mee: je moet weten wat je waar zet. De planten moeten ook liefst wat extremen aankunnen: hoge temperaturen, wind, droogte ..."
"Ook bij niet-daktuinen werken we veel samen met architecten op het moment dat de plannen getekend worden. Dat is een erg positieve evolutie. In de bouw gebeuren veel dingen omdat ze het gemakkelijkst lijken, en plots zit je regenput in het midden van je gazon. Een tweetal uur advies in regie kan de klant veel kopzorgen uitsparen. Ook zwembaden en zwemvijvers worden meer en meer jaren voor de uitvoering ingetekend. Dat is ook een interessante manier van werken voor klanten die net een nieuwbouw of verbouwing achter de rug hebben. Zo kun je een tuin laten meegroeien met de ideeën en behoeftes van de bewoners, terwijl er van het begin af een duidelijke lijn in zit. Dat kan voor elk project: een kleine tuin of een grote tuin, een groot, gefaseerd of minder groot budget ... Een duidelijk plan is het belangrijkst."