BOUWBAROMETER BOUWUNIEKLIMT VOORZICHTIG UIT HET DAL
En benadert met 99 punten opnieuw het evenwicht tussen optimisten en pessimisten
De Bouwbarometer van Bouwunie klimt langzaam terug uit het dal waarin hij medio 2011 terechtgekomen was. Toen tuimelde de barometer van een gezonde 100 punten (d.w.z. het punt waar optimisten en pessimisten elkaar perfect in evenwicht houden) tot een historisch lage 94 punten. Die klap had te maken met het wegvallen van een hele rits premies en belastingvoordelen voor energiebesparende ingrepen. Vandaag blijft de index weliswaar net onder de 100 punten, maar toch is er duidelijk meer optimisme én werk, vooral dan in de renovatiesector. Tijdens een persconferentie aan de vooravond van de Bouwbeurs Roeselare gaf Bouwunie West-Vlaanderen een extra woordje uitleg bij de meest recente cijfers.
PARTICULIERE RENOVATIEMARKT BOOMT
Het gestegen optimisme heeft vooral te maken met de particuliere renovatiemarkt. Vincent Decruyenaere (secretaris Bouwunie West-Vlaanderen) licht toe: “Maar liefst 32% van de (West-Vlaamse) respondenten geeft aan een significante groei van dit marktsegment te verwachten. 39% ziet een status quo en 'slechts' 21% een daling. Deze trend valt nochtans niet af te leiden uit het aantal stedenbouwkundige vergunningen dat in 2015 voor renovatieprojecten uitgereikt is. Dat cijfer bleef eerder status quo ten opzichte van 2014. Deze 'paradox' kan enkel verklaard worden door het feit dat er niet voor ieder renovatieproject een vergunning nodig is."
NIEUWBOUW MINDER ROOSKLEURIG
Vincent Decruyenaere: “Voor de nieuwbouw is er heel wat minder reden tot optimisme. Het aantal stedenbouwkundige vergunningen voor nieuwe woningen is sterk gedaald ten opzichte van 2014, wat evenwel een absoluut topjaar was. Toen speelden heel wat bouwheren in op de aangekondigde wijzigingen inzake de woonbonus door hun bouwplannen sneller uit te voeren dan aanvankelijk gepland. De terugval in 2015 komt dus zeker niet onverwacht, maar heeft natuurlijk wel zijn gevolgen voor het werkvolume in 2016. Geen enkele respondent verwacht hierin een stijging en ongeveer de helft ziet een daling op zich afkomen."
INVESTERINGEN DOOR OVERHEDEN
Vincent Decruyenaere: “Opvallend is dat ook de investeringen vanwege de overheid en de nutsmaatschappijen verder teruglopen. Meer dan de helft van de respondenten verwacht een daling van het werkvolume. Een verklaring hiervoor kan gezocht worden in het feit dat we nog relatief veraf zijn van de volgende verkiezingen in 2018. De komende jaren zullen wellicht verbetering brengen."
PRIJZEN STERK ONDER DRUK
Het werkvolume is uiteraard slechts één aspect van het totaalplaatje. Ook de rentabiliteit speelt een belangrijke rol, en daar wringt voor heel wat bouwbedrijven het schoentje. Vincent Decruyenaere: “Oneerlijke concurrentie van zwartwerkers of van veelal buitenlandse bedrijven die moedwillig verzaken aan hun sociale en fiscale verplichtingen, blijft volgens velen de drijvende kracht achter een sterke neerwaartse druk op de prijzen. Hierdoor komt de rentabiliteit van heel wat ondernemingen in het gedrang. Zo geeft 7% van de respondenten zelfs aan met verlies te werken, wat uiteraard nefast is op de lange termijn."
AANTAL BOUWJOBS DAALT PIJLSNEL
Minder winst betekent ook minder investeringen en minder groei. En dat vertaalt zich ook in minder werkgelegenheid.
Vincent Decruyenaere: “Terwijl er in de rest van de economie langzaamaan weer jobs bij komen, blijft de werkgelegenheid in de bouw pijlsnel dalen. Bij de bevraging in het kader van de bouwbarometer gaf slechts 5% van de respondenten aan dit jaar extra mensen in dienst te zullen nemen, terwijl 19% het met minder personeel wil doen. Het wegvallen van de verkorte opzegtermijnen voor de bouw heeft daar zeker een negatieve bijdrage toe geleverd."
MEER STARTERS EN MINDER FALINGEN
Vincent Decruyenaere: “Positief is wel dat er in 2015 opnieuw meer starters waren en dat het aantal faillissementen gedaald is. Jonge, startende ondernemers zien terecht nog een toekomst in onze bouwsector. Alleen lijkt die toekomst vooral weggelegd te zijn voor kleine, flexibele bedrijven die zich vooral toespitsen op de renovatie van particuliere woningen."
6 EURO LOONLASTEN-VERMINDERING
Wat kunnen we doen om onze bouwbedrijven opnieuw tot een gezonde bloei te brengen? Deze vraag werd beantwoord door Dirk Coussée, bestuurslid Bouwunie Algemene aannemers & Ruwbouwaannemers en tevens zaakvoerder van bouwfirma Coussée-Bostoen uit Roeselare. “Cruciaal is dat de overheid een kader schept waarin we met gelijke wapens de concurrentie met buitenlandse bedrijven kunnen aangaan. Dit betekent in de eerste plaats het efficiënt opsporen en bestraffen van bedrijven die een loopje nemen met de fiscale en sociale regelgeving. Dit kan door meer controles en door transparantere aannemingsstructuren, waarbij het aantal onderaannemers beperkt zou moeten blijven tot maximaal twee schakels en waarbij ook de onderaannemers over de nodige kwalificaties moeten beschikken. Maar anderzijds wil dit ook zeggen dat men dringend iets moet doen aan de loonhandicap die onze bedrijven torsen, ten opzichte van buitenlandse firma's die wel met alles in orde zijn. Ter vergelijking: het bruto-uurloon dat een Pools bedrijf voor zijn arbeiders moet neertellen, bedraagt 22 euro. In België is dit 32 euro! Dit heeft niet zozeer iets te maken met het netto-uurloon dat de arbeider in kwestie ontvangt, als wel met de extra belastingen die een bedrijf daarbovenop aan de overheid moet afstaan. Om deze scheve situatie enigszins weer recht te trekken, vragen wij een onmiddellijke loonlastenverlaging van 6 euro per gewerkt uur. En in feite zou men deze tegemoetkoming enkel maar mogen toekennen aan de bedrijven die het spel eerlijk spelen en ook geen sociale schulden hebben."
LOKALE OVERHEDEN
Dirk Coussée: “Niet alleen de federale overheid kan de bouwsector een duwtje in de rug geven, ook de lokale overheden moeten hun bijdrage leveren. Steden en gemeenten moeten blijvend investeren in woonkwaliteit en in voorzieningen voor bedrijven die plaatselijke werkgelegenheid creëren. Ik denk aan het vrijmaken van bouwgronden en bedrijventerreinen, het verstrekken van goed onderwijs en kinderopvang, het bouwen van nieuwe sportinfrastructuur ... Er moet weer meer in de jeugd geïnvesteerd worden, en dat zal niet alleen de bouwsector, maar ook de rest van de economie ten goede komen."
ENERGIEZUINIG BOUWEN
Tot slot nam ook Patrick Lapeirre (zaakvoerder Lapeirre Woningbouw) het woord. Hij benadrukte vooral de nood aan jong en geschoold personeel: “De bouwsector kampt met een vergrijzend personeelsbestand. Heel wat ervaren stielmannen gaan tijdens het komend decennium met pensioen. En ondanks de teruglopende tewerkstelling, zullen we in de nabije toekomst geconfronteerd worden met een nijpend tekort aan jonge, geschoolde arbeidskrachten. Ouders die hun kinderen bewust naar de 'vakschool' sturen, stellen vandaag de toekomst van hun zoon of dochter veilig. Toch zien we dat de uitstroom uit het beroepsonderwijs jaar na jaar daalt. En afgaande op wat ik hoor van de scholen, zal deze situatie er niet onmiddellijk op verbeteren. Daarom moeten we onze boodschap blijven herhalen: de vakschool is niet minderwaardig, wel integendeel, het is in veel gevallen de enige juiste keuze! Het onderwijs van zijn kant mag tegelijk de moeilijkheidsgraad van de opleiding niet verlagen. Modern en energiezuinig bouwen vergt, naast de nodige handigheid, immers ook een sterk technisch inzicht. We hebben nood aan geschoolde, getalenteerde jongeren!“
“TOEKOMST IS VOOR JEUGD MET BREDE INTERESSE"
Volgens Robert Hales (voorzitter Schrijnwerkers Bouwunie West-Vlaanderen) ligt de toekomst van de Belgische bouwsector in de handen van de jeugd. “Jongeren die over een brede, zowel praktische als theoretische, kennis van bouwen beschikken, hebben een gouden toekomst voor zich. Interesse, leergierigheid en creativiteit vormen de absolute basisvaardigheden voor iedereen die in het vak stapt. De traditionele indeling in vaste beroepsgroepen zoals metsers, schrijnwerkers, stukadoors, sanitaire installateurs, elektriciens ... is meer en meer achterhaald. Iedereen moet steeds het totaalplaatje in het achterhoofd houden. Inzicht in het geheel is cruciaal."
Verwachtingen voor het werkvolume in 2016 (West-Vlaanderen) |
||||
categorie |
Stijging |
Status Quo |
Daling |
Weet het niet |
Nieuwbouw woningen Nieuwbouw appartementen Nieuwbouw gebouwen |
0% 0% 0% |
34% 45% 44% |
49% 41% 44% |
17% 14% 12% |
Renovatie woningen Renovatie appartementen Renovatie gebouwen |
32% 15% 12% |
39% 52% 59% |
21% 21% 21% |
8% 12% 9% |
Lokale overheidsinvestering Prov. en gewestinvestering Nutsmaatschappijen |
0% 0% 0% |
32% 26% 41% |
64% 74% 59% |
4% 0% 0% |