BinnenvervenPremium

AAN WELKE VEREISTEN MOET DE IDEALE BINNENMUURVERF VOLDOEN?

GEKOZEN BINDMIDDELEN BEPALEN HOE IDEAAL EEN BINNENMUURVERF WERKELIJK IS

De ideale binnenmuurverf is niet eenvoudig te definiëren. Elke situatie is anders en vereist een specifieke voorbereiding en verf. De perfecte en dus ideale binnenmuurverf moet over een aantal eigenschappen beschikken. Wij zetten ze even op een rijtje.

binnenmuurverf
Om een glad en strak eindresultaat te bereiken,
moet de verf lang genoeg nat blijven zodat ze kan vloeien

1. MAKKELIJK VERWERKBAAR

De kunst tijdens het verven, is om de verf zo snel en eenvoudig mogelijk over heel de oppervlakte een gelijkaardige of een zelfde laagdikte te geven. Het is daarom belangrijk dat een binnenmuurverf de juiste viscositeit of vloeibaarheid heeft. Elke fabrikant gebruikt specifieke verdikkers om de gewenste viscositeit te bereiken. De verf moet ook stabiel zijn in de tijd, waarmee bedoeld wordt dat ze over tijd niet mag beginnen indikken. Het is met andere woorden cruciaal dat een verf een bepaalde body heeft. Is de verf te dun, dan is het moeilijk om voldoende laagdikte en dus dekkracht te bereiken. Is ze te dik of werkt ze tegen, dan is het moeilijk de verf gelijk te verdelen en moet er zwaar en langdurig verfwerk verricht worden. Het is echter belangrijk te onthouden dat dikkere verf te verdunnen is met behulp van water of bepaalde solventen, maar dat het omgekeerd niet mogelijk is dunne verf aan te dikken.

2. GLADDE AFWERKING

Bij het verven wordt liefst een glad en strak eindresultaat bereikt. Hiervoor moet de verf lang genoeg nat blijven, zodat ze kan vloeien. Indien een verf niet voldoende bindmiddelen bevat, kan het zijn dat een bepaalde structuur zichtbaar is omdat de verf niet voldoende heeft kunnen vloeien. Ook vluchtige organische stoffen (VOC) of solventen kunnen voor een langere open tijd en dus betere vloei zorgen. Niet alleen de gekozen verf (en dus juiste bindmiddelen), maar ook de materiaalkeuze kan een rol spelen. Een borstel of rol bestaande uit polyester of in sommige gevallen microvezels, laat bijvoorbeeld minder structuur achter, waardoor de verf minder moet vloeien om een glad eindresultaat te kennen. Microvezels kennen echter een lager verbruik, waardoor er vaak minder dekking is en meerdere lagen gelegd moeten worden.

muurverf lokaal
Het aangegeven rendement best niet
overschrijden om de bijhorende dekkracht niet te verliezen

3. EEN-POT-SYSTEEM

Het één-pot-systeem is geen vereiste voor een goede binnenmuurverf, maar het kan in sommige gevallen van pas komen. De verf is voldoende rijk aan bindmiddel, waardoor het voor meerdere lagen gebruikt kan worden. Het product kan namelijk als primer, tussenlaag en eindlaag gebruikt worden. Het biedt daarnaast het voordeel dat er niet met verschillende potten verf gewerkt moet worden, wat het werk vereenvoudigt en de kostprijs wat kan drukken. Belangrijk is te weten op welke ondergrond er gewerkt wordt. Bij sommige ondergronden is een specifieke soort primer vereist alvorens de esthetische afwerkingslaag aangebracht kan worden. Het één-pot-systeem is vooral interessant wanneer kleinere oppervlaktes geverfd moeten worden of bij grote projecten waar men niet met meerdere verven door elkaar wilt werken. Het is daarbij belangrijk het aangegeven rendement niet te overschrijden om de bijhorende dekkracht niet te verliezen. Voor een normale binnenmuurverf op een normale ondergrond ligt dat gemiddeld meestal rond de tien vierkante meter per liter, per laag.

4. AANZETTEN OF OVERLAPPING

VOLDOENDE NAT

Bij het verven van een bepaald oppervlak is het meestal aangeraden in vakken van maximum één vierkante meter te werk te gaan. Zulke vakken moeten op een bepaald moment in elkaar overgaan of elkaar overlappen. Indien de laagdikte op dat moment niet overal gelijk is, gaat de verf aanzetten of ontstaan er overlappingen. Dat komt meestal omdat de open tijd van de verf niet voldoende is, waardoor de verf niet lang genoeg nat blijft, gaat tegentrekken en op die manier een bepaalde structuur ontstaat. De verwerkbaarheid en de open tijd van een verf spelen dus een belangrijke rol aangezien de tijd die per vak gespendeerd wordt om een uniforme laagdikte te bereiken van belang is.

ALLE DEELTJES INGEKAPSELD

Om deze situaties te vermijden is het van belang dat de verf voldoende vrij bindmiddel heeft zodat alle aanwezige deeltjes in de verf ingekapseld zitten. Hierbij speelt ook de glansgraad een rol. Indien er te veel matteringsmiddel toegevoegd wordt aan een verf, zal niet elk deeltje in de verf door het bindmiddel ingekapseld zijn waardoor de verf poreus kan worden. Dat houdt in dat wanneer een tweede laag op de eerste komt, die eerste het vocht uit de tweede laag gaat opnemen, waardoor de ondergrond meer absorberend wordt dan de ondergrond. In de eerste laag is dan meestal geen overlapping te zien, maar in de tweede wel. De kunst is het evenwicht vinden tussen bindmiddel en het soort matteringsmiddel, best met een kleine speling zodat de risicozone van niet-inkapseling vermeden wordt, maar toch zo laag mogelijk in glansgraad gegaan kan worden. Nieuwe ontwikkelingen zorgen ervoor dat er steeds lager gegaan kan worden qua mattering, waardoor ook sterk matte verven gebruikt kunnen worden zonder al te veel risico op overlapping.

schrobvastheid
Machine om schrobvastheid mee te testen

5. GOED REINIGBAAR VS. NATTE SCHROBVASTHEID

Een binnenmuurverf moet goed reinigbaar of afwasbaar zijn. Daarmee wordt bedoeld dat een besmeurde verf afgewassen moet kunnen worden zonder de verffilm te beschadigen. Daarvoor is het belangrijk met een zacht materiaal (zoals bijvoorbeeld een spons) en lauw water te werken. Indien een detergent of ander product aan het water wordt toegevoegd, mag die geen anionische additieven of abbrasieven (minuscule korreltjes) bevatten. Klassieke en zachte afwasmiddelen, universol of bijvoorbeeld een scheut ammoniak zijn meer aangewezen om beschadiging van de verffilm te voorkomen.

DIN 53778 VS. DIN EN 13300

Om de schrobvastheid van een verf te testen en concretiseren werd voor 2001 water en een zeepoplossing aan de verffilm toegevoegd, waarna gekeken werd of er visueel verschillen te zien waren met de oorspronkelijke verffilm (DIN 53778). Dat is echter een subjectieve methode en om die schrobvastheid in cijfers uit te kunnen drukken en te classificeren, werd in 2001 de natte schrobvastheid ontwikkeld (DIN EN 13300). Hierbij wordt een verffilm aangebracht op een leneta, die gedurende 28 dagen mag drogen. Vervolgens beweegt een borstel met harde haren over de verffilm. Na een bepaalde hoeveelheid passages wordt dan gekeken hoeveel microns verffilm er losgekomen zijn. Hoe minder microns er verdwenen zijn, hoe beter reinigbaar ze is.
Hiervoor zijn vijf klassen ontwikkeld:
• Klasse 1: < 5 μm (200 slagen);
• Klasse 2: >= 5 μm tot 20 μm (200 slagen);
• Klasse 3: >= 20 μm tot 70 μm (200 slagen);
• Klasse 4: < 70 μm bij 40 slagen;
• Klasse 5: >= 70 μm bij 40 slagen.
Het verdwijnen van enkele microns is moeilijk te zien met het blote oog, maar op lange termijn zou het kunnen leiden tot opglanzen van de verffilm. De impact op de verf wordt dus best zo laag mogelijk gehouden. Een extra dimensie die toegevoegd kan worden aan die schrobvastheid is de reinigbaarheid. Daarbij wordt gekeken of de verffilm gereinigd kan worden zonder die verffilm daarbij aan te tasten of op te glanzen.

Bureau muurverf
De verwerkbaarheid van een verf is van
cruciaal belang om een gelijke laagdikte te bereiken

6. OPGLANZEN

Hoe lager de glansgraad van de binnenmuurverf, hoe sneller de verf opgeglansd kan worden. Opglanzen wordt veroorzaakt door veel contact te maken met de verffilm, waardoor die sterker belast wordt. Indien een verf erg mat is, zijn soms niet alle pigmentdeeltjes door bindmiddel ingekapseld en liggen die bloot aan het oppervlak. Wanneer er dan veel contact is, kunnen die pigmentdeeltjes opgeglansd worden en wordt de verffilm blinkender. Het is met andere woorden belangrijk om voor een verf te kiezen die voldoende bindmiddel en het juiste soort matteringsmiddelen bevat. Een andere optie is een laag vernis bovenop de verffilm aanbrengen. Daarnaast spelen de vulstoffen in een verf een belangrijke rol voor de eindkwaliteit van een verf. Zulke vulstoffen kunnen de verffilm harder maken waardoor ze opnieuw minder onderhevig zijn aan opglanzen. In samenspel met de bindmiddelen hebben ze een invloed op onder andere de dekkracht, schrobvastheid, mattering en enkele specifieke functionaliteiten zoals akoestische en thermische isolatie.

Schoolgang muurverf
In, bijvoorbeeld, schoolgangen is er meer contact met de muur,
wordt de verffilm zo zwaarder belast en doet opglanzen zich sneller voor

7. VLEKKEN ISOLEREN

Indien er zich ergens een vochtkring of vlek bevindt, is het van belang te weten welke primer en verf er gebruikt moeten worden om die te isoleren. Als er met een standaard, niet isolerende watergedragen verf over een wateroplosbare vlek (bv. nicotine, waterschade, potlood, bepaalde stiften, etc.) geverfd wordt, zal het water in de verf er steeds voor zorgen dat de vlek naar het oppervlak gebracht wordt. Het is cruciaal die vlek eerst te isoleren of te blokkeren met een primer of verf die de juiste bindmiddelen bevat. Na enkele uren (in sommige gevallen meer dan een dag) droging of doorharding van zo een isolerende watergedragen primer, kan er met een watergedragen verf afgewerkt worden. De meeste vlekken zijn te isoleren met een solventgedragen verf, behalve als die te poreus is. De meeste mensen zijn echter op zoek naar watergedragen producten en gebruiken enkel solventgedragen oplossingen bij extreme gevallen. Zo zijn er specifieke vlekken die net gestimuleerd worden door solventgedragen verven. Zulke vlekken zijn moeilijker te isoleren en vergen speciale producten. Zo kan er gewerkt worden met twee primerlagen, met een watergedragen verf die bindmiddelen met kationische eigenschappen bevat of met een watergedragen verf die bindmiddelen bevat die hard genoeg worden zodat de vlek niet meer aan het oppervlak kan komen of het water van de volgende laag de voorgaande laag niet meer kan opweken en dus niet meer in contact kan komen met de vlek.

8. SCHRIJFEFFECT

Het schrijfeffect treedt op wanneer fijne en scherpe oppervlaktes, bv. een vingernagel, in contact komen met de verffilm. Vooral erg donkere kleuren zijn hier gevoelig aan. Door een kleurloze laag vernis aan te brengen, kan rechtstreeks contact met de pigmenten van de verf vermeden worden. Hier geldt dat hoe hoger de glansgraad is, hoe minder onderhevig de verf zal zijn aan het schrijfeffect.

Restaurant muurverf
Spanningsarme verven bouwen
nagenoeg geen spanning op in onderliggende lagen

9. WEEKMAKERS ISOLEREN

Vooral bij vinyl behangpapier en ondergronden waar weekmakers aan toegevoegd zijn, is het belangrijk dat een binnenmuurverf die weekmakers kan isoleren. Weekmakers houden de ondergrond zacht en kunnen door bepaalde verven migreren, waardoor de glansgraad van de verffilm kan toenemen en de verffilm licht kleverig kan worden. Er kan worden gewerkt met primers of specifieke verven die bestand zijn tegen weekmakers. Bij zulke verven wordt gespeeld met de hardheid van het bindmiddel of het type bindmiddel.

10. ALKALIBESTENDIG

Alkalibestendige of niet verzeepbare verf is vooral van belang bij ondergronden waarvan de pH-waarden boven de neutrale pH-waarde 7 liggen (denk daarbij bijvoorbeeld aan vrij recente betonnen constructies). Die ondergrond is alkalisch of kalkachtig en gaat reageren met een verf die daar niet op voorbereid is. De verffilm zal verzepen, degraderen, blaasjes vertonen en kan op termijn omgezet worden tot iets poedervormig. Er moet worden gewerkt met een verf die niet gevoelig is aan verzeping of er kan eerst een primer als barrière aangebracht worden waarna kan afgewerkt worden met een product dat bijvoorbeeld wel alkaligevoelig is.

11. SPANNINGSARM

Een verse laag verf creëert steeds een bepaalde spanning in een onderliggende laag verf. In gebouwen waar al vele lagen over elkaar geverfd zijn, denk daarbij bijvoorbeeld aan een 200-jaar oude kerk, komen er steeds meer lagen op elkaar te liggen en wordt er telkens opnieuw spanning opgebouwd. Na verloop van tijd kan er zoveel spanning ontstaan in onderliggende lagen dat er zich een craquelé in de eindlaag kan ontwikkelen. Hiervoor werden spanningsarme verven op de markt gebracht, die dankzij specifieke bindmiddelen nagenoeg geen spanning opbouwen in onderliggende lagen. Daardoor vermindert het risico op een barst of craquelé drastisch.

vlekisolerende binnenmuurverf
Het is cruciaal een vlek eerst te isoleren
of te blokkeren met een primer of verf die de juiste
bindmiddelen bevat zodat ze niet aan het oppervlak verschijnt

12. WATERDAMPDOORLATEND

De meeste binnenmuurverven zijn waterdampdoorlatend. Dat houdt in dat vocht in dampvorm door de verffilm moet kunnen wanneer er op een ondergrond geverfd wordt die vochtophopingen onder die verffilm vertoont. Indien dat niet het geval is, kan het water tegen de verffilm duwen en kan de verf van de muur gestoten worden. Dat leidt dan tot afbladdering van de verffilm. Als het water niet voldoende kan verdampen, kan zelfs het kritische punt van de overgang van damp naar water bereikt worden en kunnen vochtproblemen zich voordoen. Het is opnieuw het type bindmiddel dat deze eigenschap gaat bepalen. Voor binnenmuurverven is deze eigenschap echter niet altijd even belangrijk, behalve in donkere en koele kelders. Het is vooral bij gevelverven dat de waterdampdoorlaatbaarheid een belangrijke rol speelt.

13. LABELS

Er is het ecolabel, waarbij gekeken wordt of de verf ecologisch verantwoord is. Daarbij moeten de VOC-gehaltes laag genoeg gehouden worden en mogen bepaalde ingrediënten (zoals bijvoorbeeld formaldehyde) niet meer opgenomen worden in de verf. Daarbij moet wel vermeld worden dat het ecolabel niet het enige ecologische label is en dat bepaalde verven die niet beschikken over het ecolabel eveneens ecologisch verantwoord kunnen zijn.
Er bestaan ELF-verven (Emission and Solvent Free) waarbij zowel de VOC-gehaltes als de SVOC-gehaltes (weekmakers) laag gehouden worden.
Daarnaast is er de Indoor Air Quality (IAQ). Daarbij worden metingen gedaan een maand na het aanbrengen van de verf en wordt gekeken of de concentraties van bepaalde stoffen die aanwezig kunnen zijn in de lucht onder opgegeven waarden blijven. In België bestaat hier op dit moment enkel een wetgeving voor met betrekking tot vloerverven, maar het is de bedoeling dat die lijn in de nabije toekomst doorgetrokken wordt naar muur- en plafondverven.

Een greep uit het aanbod:

• Caparol
• Peintagone
• PPG Coatings
• Rewah
• Rust-Oleum
• Sikkens

Proef ons gratis!Word één maand gratis premium abonnee en ontdek
alle unieke voordelen die wij u te bieden hebben.
  • checkwekelijkse nieuwsbrief met extra tips en exclusieve content
  • checkvolledig toegang tot het digitaal archief
  • checkonbeperkt toegang tot 3.000 bouwinstructies
  • checkonbeperkt toegang tot 1.400 instructievideo's
Heeft u al een abonnement? Klik hier om aan te melden
Registreer je gratis

Al geregistreerd of abonnee?Klik hier om aan te melden

Registreer voor onze nieuwsbrief en behoud de mogelijkheid om op elk moment af te melden. Wij garanderen privacy en gebruiken uw gegevens uitsluitend voor nieuwsbriefdoeleinden.
Geschreven door Laurence Blondeel

Meer weten over

Gerelateerde artikels

Alphacryl morpha: de ideale binnenmuurverf bij uitstek

Alphacryl morpha is een afwasbare, matte en isolerende binnenmuurverf op basis van een waterverdunbare acrylaatdispersie. de verf is niet poreus, spanningsarm, geurarm en makkelijk verwerkbaar. ze kent een snelle droging, een mooie vloei en is totaal niet onderhevig aan vergeling. alphacryl morpha is met andere woorden dé ideale binnenmuurverf.

Zo herkent u een goede binnenmuurverf

Klanten stellen steeds hogere eisen aan binnenmuurverf. de verf dient niet alleen mooi en het liefst ook zo mat mogelijk te zijn, maar gaat bij voorkeur ook lang mee. de vraag naar afwasbare verven die bovendien tegen een stootje kunnen, is groot.

Wegwijs in de verschillende soorten binnenmuurverf

De ene binnenmuurverf is de andere niet. om een optimaal resultaat te bekomen, is het als schilder de kunst om een verf te kiezen in functie van de ruimte en van de klantverwachtingen. waarmee het bovendien ook prettig werken is. het volgende stappenplan helpt u op weg bij de keuze voor het geschikte product.

Topkwaliteit verspuitbare muurverven bij sikkens: alphacryl morpha en alphacryl perlino

Alphacryl morpha en alphacryl perlino zijn afwasbare en isolerende binnenmuurverven op basis van een waterverdunbare acrylaatdispersie. ze zijn niet poreus, spanningsarm, geurarm en makkelijk verwerkbaar. ze kennen daarnaast een snelle droging, een mooie vloei en zijn bovendien eenvoudig verspuitbaar. deze twee sikkens producten vormen met andere woorden de ideale binnenmuurverven.

Word één maand gratis premium abonnee en ontdek
alle unieke voordelen die wij u te bieden hebben.
In dit magazine