DRAAI- EN VOUWINSCHUIFDEUREN BIEDEN 100% TOEGANKELIJKHEID
NIET MEER WEG TE DENKEN UIT MODERNE KANTOORINRICHTINGEN
Draai- en vouwinschuifsystemen voor meubelfronten bieden de mogelijkheid de kast volledig toegankelijk te maken zonder dat de fronten de vrije doorgang vóór de kast belemmeren. Deze systemen bestaan al lang, maar zijn pas de afgelopen jaren uitgegroeid tot een echte trend. Ze vinden hun toepassing o.a. in kantoorinrichtingen, in leefruimtes, in keukens, in bergingen ... Bovendien gaat het om een degelijke oplossing. Sommige van die beslagsystemen hebben zelfs een duurzaamheidstest van 40.000 cycli ondergaan.
VOORDELEN T.O.V. ANDERE SYSTEMEN

Vooral in situaties waarin de fronten van de kast voortdurend moeten openstaan, en waarin een vlotte doorgang net voor de kasten belangrijk is, vormen de draai- en vouwinschuifsystemen een prima alternatief voor de meer traditionele oplossingen zoals draaideuren, vouwdeuren en schuifdeuren.
Bij een constructie met draaideuren bestaat het probleem erin dat de geopende fronten steeds uit het vlak van de kast steken en daardoor een vlotte doorgang belemmeren. Bij een constructie met vouwdeuren is dit probleem al voor de helft verminderd. Nadeel is evenwel dat de vouwdeur ongeveer 15 cm à 20 cm voor het corpus staat. Indien er twee fronten zijn, betekent dit dat de toegang tot de kast zo'n 30 cm à 40 cm kleiner is.
Indien men tot slot met schuifdeuren werkt, heeft men uiteraard niet meer te kampen met vleugels die uitsteken, maar is de maximale toegang tot de kast beperkt tot slechts de helft of zelfs een derde van de kastbreedte. Bovendien staan bij de meeste schuifdeursystemen de twee fronten niet in hetzelfde vlak, terwijl dit vandaag net de trend is.
TOEPASSINGEN
Draai- en vouwinschuifsystemen koppelen een vrije doorgang vóór de kast aan een maximale toegang tot de inhoud van de kast. Dankzij deze eigenschappen vinden dergelijke systemen hun toepassing in een brede waaier aan situaties en omgevingen. We bespreken hier twee trends.
Keukens
Vanuit Italië is de afgelopen jaren de trend overgewaaid om keukenelementen of toestellen volledig te verbergen. Zelfs het werkblad wordt soms zo afgesloten zodat het keukenblok bij niet-gebruik een volledig ononderbroken vlak vormt dat de strakke vormgeving van het interieur niet onderbreekt.
Homeoffice
De huidige nieuwbouwwoningen worden steeds kleiner en dit leidt tot het integreren van verschillende functies in één grote leefruimte. Ook het thuisbureel of homeoffice ontsnapt niet aan deze trend, en staat steeds vaker in de woonkamer opgesteld. Bij niet-gebruik wil men deze echter kunnen afsluiten. De draai- en vouwinschuifdeuren vormen hier de ideale oplossing.TWEE SYSTEMEN
Draai-Inschuifsysteem
Het draai-inschuifsysteem is in de eerste plaats een draaideur die aan een geleidingsprofiel wordt bevestigd dat in de zijkant van de kast (buitenkant corpus) i.p.v. aan de binnenkant van het corpus gemonteerd wordt. Zo ontstaat de mogelijkheid om de fronten tussen het corpus en de zijkanten weg te plaatsen.
Vouwinschuifsysteem
Het vouwinschuifsysteem is eigenlijk net hetzelfde, maar dan met een vouwdeur. Eerst wordt de deur dus opengevouwen, en dan in een nis tussen het corpus en de zijkant van de kast ingeschoven.
DRAAI-INSCHUIFSYSTEEM
Maximale breedte
Draai-inschuifsystemen kunnen deuren dragen met een maximale breedte van 900 mm per deur. Bij een linkse en een rechtse opstelling kan dus een kast gemaakt worden met een buitenmaat van 1.800 mm, exclusief de buitenste zijkanten. Per kant moet men ca. 75 mm aftrekken om de nuttige binnenbreedte te berekenen.
Inliggend versus opliggend
Ten opzichte van de buitenste zijkanten van de kast zijn de deuren meestal inliggend. Enkel bij een plaatsing in een nis kan men het uitzicht van een opliggende constructie bekomen. Onderaan en bovenaan kan men de deur dan wel opliggend plaatsen. Dit is te verklaren doordat de onder- en bovengeleiding op de buitenkant van het corpus gemonteerd zitten, en niet langer in de kop en de bodem van de kast, wat enkele jaren terug wel nog het geval was.
Benodigde diepte
De plaats die het beslag in de diepte nodig heeft, varieert van 70 mm tot 126 mm. Om te berekenen hoeveel een deur uit de kast blijft steken, past men een eenvoudige berekening toe: [kastdiepte] - [beslagdiepte] - [deurbreedte] = [afstand die de deur uit de kast steekt]. Dit geldt voor ieder systeem.

Plaats tussen de zijkant en het corpus van de kast
Hou steeds rekening met de plaatsing van een greep. Er moet immers voldoende plaats zijn tussen de zijkant van de kast en het corpus om de dikte van de deur en de greep te kunnen herbergen.
Deurhoogtes, diktes en gewicht
De hoogte varieert volgens de verschillende merken en types. De standaardafmetingen gaan van 500 mm (bedoeld voor televisiekasten of kasten met ingewerkte toestellen, zoals de oven in de keuken) tot 2.850 mm (bedoeld voor kantoorinrichtingen). Ook het maximale deurgewicht varieert per merk en per type.
In dat verband speelt het aantal geleiders dat geplaatst wordt een belangrijke rol, net als het al dan niet aanwezig zijn van een ondersteuning voor de deur. Algemeen gesteld kunnen we zeggen dat een gewicht van maximaal 50 kg per deur mogelijk is. Dit maximale deurgewicht daalt echter (soms zelfs met circa 40%) wanneer de deurbreedte toeneemt ten opzichte van de deurhoogte.
Werking van het beslag
Deze beslagsystemen zijn op basis van kogelgeleiders en standaard- potscharnieren. De verstelling van de deuren gebeurt steeds via de voorkant van de kast. Het beslag is 3D-verstelbaar. Om bij het uitschuiven van de deuren de stabiliteit te kunnen garanderen, wordt vanaf een deurhoogte van 700 mm aangeraden om met een synchroonstang te gaan werken. Dit is een stang die de onder- en bovengeleider aan elkaar verbindt d.m.v. een tandwiel, en die bij het openen en sluiten mee naar achteren gaat. De toepassing van zo een stang behoedt de deuren voor het afzakken, wat schade aan het meubel of aan de deur zou kunnen toebrengen.
Bij hogere deuren, vanaf 1.250 mm, biedt zelfs de synchroonstang niet meer voldoende steun en is een kruiselings geplaatste kabel of metalen schaarconstructie de enige optie om hoge en brede deuren de nodige ondersteuning te geven. Om de deuren bij het indraaien te ondersteunen, zijn onderaan en bovenaan wieltjes voorzien. Hier moet men er wel rekening mee houden dat, bij wieltjes die aan de buitenkant van de deur lopen, het gevaar bestaat dat er zich na verloop van tijd een loopspoor vormt. Zeker bij glanzende oppervlaktes is dit zo.
Greeploze bediening
Steeds meer vraagt de eindklant naar de mogelijkheid om de deuren greeploos te kunnen openen. Bij sommige systemen is dit mogelijk door scharnieren te voorzien zonder veer in combinatie met een duwspringsysteem.
Deurrechters
Wanneer het beslag niet meer naar behoren functioneert, is de oorzaak daarvan nogal dikwijls het krom- of boltrekken van de deuren. Het is dan ook aangeraden om vanaf een hoogte van 1.600 mm deurrechters te plaatsen.
VOUWINSCHUIFSYSTEEM

Maximale breedte
Hier bestaat het geheel uit twee deuren per zijkant. De maximale kastbreedte die men kan afsluiten, is groter dan bij een draai-inschuifsysteem. Het gaat dan over breedtes tot 1.200 mm per zijde of 2.400 mm bij een linkse en rechtse uitvoering.
Hoogte en gewicht
Een minimale kasthoogte van 650 mm is hier vereist en een maximale hoogte van circa 2.700 mm (afhankelijk van systeem) is mogelijk. Het maximale gewicht is 30 kg per deurblad en dus 60 kg per vleugel. Ook de deurdikte is tot 30 mm beperkt.
Twee beslagsystemen
De vouwinschuifsystemen kan men nog verder onderverdelen in twee aparte subcategorieën. Bij een eerste systeem vouwen de twee deuren naar binnen samen via een standaardvouwdeurbeslag. Dit betekent dat dit systeem geleid wordt via een geleidingswiel bovenaan op het einde van de tweede deur. Onderaan (bodem) en bovenaan (kop) wordt hiertoe een geleidingsprofiel uitgefreesd.
Zodra de twee deuren zijn samengevouwen, kan men deze schuiven in de nis tussen de zijkant van de kast en het corpus, die tussen 82 mm à 115 mm breed is. Bij dit systeem is men verplicht om een greep, trekker of schelp te plaatsen aan de scharnierkant op de deur of in de voeg tussen beide deuren. Een duwspringsysteem is hier ook mogelijk, maar in plaats van dit op het einde van de tweede deur te plaatsen, moet het aan de kant staan van de deur die aan de scharnierzijde is verbonden.
Bij het tweede systeem draait de deur naar buiten toe zonder aanwezigheid van een geleidingsprofiel. Met dit systeem hoeft men eigenlijk geen bodem of kop te voorzien, wat de mogelijkheid geeft om een kastconstructie te maken van vloer tot plafond.
Stabiliteit
Om de stabiliteit van het geheel te kunnen garanderen, wordt er gebruik- gemaakt van een kruiselings geplaatste kabel of metalen schaarconstructie. Ook hier is vanaf een hoogte van 1.600 mm een deurrechter aan te raden om het bol- of kromtrekken van de deur tegen te gaan.
KASTMONTAGE

De constructie van de kast kan men vergelijken met een standaardkastconstructie, met dit verschil dat de bodem en de kop niet noodzakelijk gelijk moeten staan met de zijkanten.
Perfecte constructie gevraagd
Bij toepassing van draai- of vouwinschuifsystemen is het van primordiaal belang dat de kast zowel haaks, pas als niet scheluw staat. De systemen zijn immers vrij complex en de minste onnauwkeurigheid kan ervoor zorgen dat het geheel niet naar behoren functioneert. Bovendien is het niet makkelijk en in veel gevallen zelfs onmogelijk om het geheel achteraf nog te corrigeren.
Montage zijkant
Voor de montage van een zijkant kan men van een verbindingsprofiel gebruikmaken dat op het beslag past. Na montage en afregeling van het beslag kan dan de zijkant op dit verbindingsprofiel gemonteerd worden.
Twee kasten naast elkaar
Voor een constructie met twee kasten naast elkaar bestaan er verbindingsprofielen met een geleidingswiel, dat vermijdt dat deze twee deuren tegen elkaar zouden botsen bij het openen.
VEILIGHEID

Omdat dergelijke systemen vaak in keukens worden toegepast, is het van belang om bij ingebouwde keukenapparatuur een veiligheidsschakelaar te plaatsen die bij gesloten deuren de toestellen uitschakelt.
Hiertoe bestaat er een apparaatje dat detecteert of een toestel meer dan 100 W verbruikt. Bij een verbruik van meer dan 100 W gaat er een alarmsignaal af. Indien de deur dan niet wordt geopend na een korte periode, schakelt het apparaatje het desbetreffende toestel uit. Dit is om het risico op brand te vermijden.