WELKE MATERIALEN GEBRUIKT U BEST VOOR EEN OPTIMALE WINKELBELEVING?
Elk soort materiaal roept een bepaald gevoel op en heeft een zekere milieu-impact
Retail Design Lab helpt winkeliers de winkelbeleving te verbeteren door precies die materialen te kiezen die bij de uitstraling passen. Daarvoor ontwikkelden ze een handige tool waarmee u kan vergelijken welk materiaal welke uitstraling heeft. Verder keken ze bij Retail Design Lab ook naar hoe lang bepaalde materialen meegaan in de retail en welke materialen de milieu-impact kunnen verminderen. Tijdens een slotevent voor dit project stelden ze de nieuwe tools voor over winkelbeleving. Deze tools helpen bij het inrichten van winkels, de onderzoekers bepaalden de emoties die materialen oproepen, welke milieu-impact ze hebben en hoe je als retailer en als designer betere, geïnformeerde keuzes kan maken.
PSE SCAN
Wat straalt het materiaal uit?
Een van de tools die voorgesteld werden is de pse scan: de onderzoekers onderzochten welke eigenschappen we aan verschillende materialen verbinden. Wat straalt een eiken houten vloer uit? Welke associaties roepen een terrazzo vloer op? Geeft koperen messing echt een gevoel van luxe? Ze maakten een analyse van de uitstraling en de karakteristieken die we aan materiaal toewijzen. Over de technische kanten van materialen werd al veel onderzocht en geschreven en deze softe karakteristieken zijn daar een interessante en nodige aanvulling op. De eigenschappen zijn onder te verdelen in de persoonlijkheidskenmerken van materialen, zo kan een materiaal eerlijk, professioneel of expressief worden gevonden.
Welke merkwaarden wil de retailer uitstralen?
De onderzoekers kozen daarna negen winkels in drie verschillende sectoren, food, non-food en fashion en in het goedkopere, midden- en duurdere segment.
Zo probeerden ze de sfeer en persoonlijkheid van de winkels zo juist mogelijk in te schatten door de klanten te bevragen. Deze resultaten vergeleek men met de merkwaarden van de winkels, wat de winkels zelf willen uitstralen. Bij Colruyt bijvoorbeeld kwam uit de vragenlijsten vooral enthousiasme en oprechtheid. Dat is ook wat de winkelketen zelf wil uitstralen, ze staan voor no-nonsense, authenciteit en vriendelijkheid.
Hoe voelt het materiaal?
In het tweede deel van het onderzoek testte men 50 materialen op de sensorische kenmerken, hoe ze aanvoelen. Ze kunnen bijvoorbeeld koud, warm, licht of zwaar zijn, stijf of buigzaam. Nadien werden er verbanden duidelijk tussen alle verschillende materialen. Zo wordt een materiaal dat sexy bevonden wordt, ook altijd als elegant omschreven. Een voorbeeld hiervan is leder. Een materiaal dat we juist als koud zien, hangt samen met de eigenschappen reflecterend, afstandelijk en glad. De eigenschap eerlijkheid wordt dan weer vaak gelinkt aan degelijkheid, echtheid en stijlvol.
Voor ontwerpers kan deze tool een ondersteuning bieden tijdens een discussie met een klant, om wetenschappelijk onderbouwde informatie te bieden over deze kenmerken.
ECO DESIGN WHEEL
Een tweede tool die voorgesteld werd gaat over de milieu-impact van de materialen die vaak in retail worden gebruikt. De bouwsector is verantwoordelijk voor 31 % van het gebruik van het totaal aan natuurlijke grondstoffen, daar zijn dus zeker verbeteringen in mogelijk. Onder meer de afvalverwerking en de levensduur van materiaal worden onder de loep genomen in deze tool. Het potentieel van ons bouwafval is dan ook enorm.
Hoe we co2 kunnen verminderen is een veelgestelde vraag in de klimaatdiscussie, het energieverbruik van gebouwen overdag is de allereerste stap, maar daar stopt het niet. Tijdens het productieproces van de bouwmaterialen werd ook heel wat co2 uitgestoten. Dit wordt in deze analyse allemaal meeberekend bij de co2 uitstoot van het gebouw.
Hoewel het milieu-aspect het meest voor de hand liggende is, houdt men ook rekening met het sociale (bv. arbeidsomstandigheden) en het economische aspect (de kost over de gehele levensduur).
Hoe kiezen we in de praktijk duurzame materialen?
Kijken we naar de duurzaamheidslabels die op de verpakkingen staan? Deze mogen enkel onder bepaalde voorwaarden gebruikt worden door fabrikanten en producenten. Duurzaamheidslabels kunnen vaak genuanceerd worden en belichten maar één aspect. Zelfs hout met een fsc-label uit duurzaam beheerde bossen, kan van de andere kant van de wereld komen of gedroogd zijn aan een hoge temperatuur, wat ook veel energie vergt.
Het hout wordt vaak behandeld tegen insecten en ongedierte, waardoor het niet meer recycleerbaar is en bij het verbranden komt er weer fijn stof vrij. Per truck transporteren is bovendien meer vervuilend dan per boot.
Wat wordt er met bouwmaterialen gedaan die afgebroken worden?
Idealiter wordt materiaal opnieuw gebruikt als nieuwe grondstof in nieuwe producten. Een veelgebruikt voorbeeld is gips, dat gaat standaard naar het stort. Als je kan zorgen dat de gipsplaten in een recyclagecircuit terecht komt, doe je deze impact teniet.
De levensduur van een materiaal verlengen, lost al veel op
In de retail- en fashiondustrie zijn er vaak nieuwe impulsen nodig om klanten te kunnen blijven boeien, dus de omgeving wordt vaak vernieuwd voordat hun technische einde wordt bereikt. Deze vernieuwing wordt ongeveer om de 7 jaar geschat. Geen enkel afwerkingsmateriaal heeft een technische levensduur korter dan deze 7 jaar.
Wat als we erin zouden slagen een levensduur van 21 jaar te bereiken in plaats van 7 jaar? Dan zijn de materialen die op 7 jaar een hogere impact hebben, al beter te verantwoorden wanneer ze langer meegaan. Levensduur is een heel bepalende factor in de retail, het verlengen van de levensduur van materialen en het makkelijk ontmantelbaar maken zodat ze recycleerbaar zijn, maakt dus echt een verschil.
Hoe bepalen we de milieu-impact van een bepaald materiaal?
Een levenscyclusanalyse (lca) laat toe om de volledige milieu-impact van een bouwproduct te kwantificeren tijdens zijn gehele levenscyclus. Het gaat van de ontginning van grondstoffen, de energie die daarbij gebruikt wordt, het productieproces, de fabricage van die materialen, de installatie van een gebouw of winkel, de gebruiksfase zelf, het schoonmaken en de eventuele sloop of ontmanteling. De volledige levenscyclus wordt bekeken. Voor elk bouwelement werden de verschillende afwerkingsmaterialen en de -methoden gedefinieerd, want die hebben uiteraard ook een impact.
Bij vloeren is er bijvoorbeeld een groot verschil in de impact van de afwerking. Die is bij een epoxy gietvloer of een vast tapijt heel klein, maar wanneer je keramische tegels wil gebruiken, gaat die impact fors omhoog. Ook schoonmaak en onderhoud is belangrijk om mee te nemen in je keuzes. Zo vergt een parket vloer veel meer onderhoud dan linoleum.
Er wordt niet gefocust op één aparte milieuproblematiek maar het geheel. Niet enkel de klimaatsverandering wordt onderzocht. Zo is er geen shift van het ene probleem naar het andere. Fijn stof, het gat in de ozonlaag, uitputting, het zijn allemaal problematieken die een rol spelen.
Met deze analyse komen we uit op een milieuprofiel van het product of het bouwsysteem. De analyse komt op een milieukost uit, vergelijkbaar met schaduwkosten. Dit zijn de fictieve kosten die jouw materiaal veroorzaakt aan de maatschappij. Zo is de kost van 100 m² gepolierde betonvloer ongeveer gelijk aan 10 000 à 30 000 km rijden met een auto, wat dan weer gelijk is aan 10 ton CO2. Omdat dat nog steeds abstract is, worden de materialen vooral met elkaar vergeleken in plaats van er een getal op te kleven.
Deze hele analyse bracht het Eco Design Wheel voort. Het bekijkt het gehele proces en interactief kan je kiezen waarover je meer info wil en welke fase je interesseert. Als aanvulling op deze tool werden er een hele set richtlijnen gemaakt. Je kan duurzame materialen selecteren door op bepaalde factoren te letten bij het kiezen, bij de productie, bij transport,... Deze tool laat toe om de milieu-impact op een objectieve manier te kwantificeren en houdt rekening met een ruime set van milieuproblemen. Men wil inzicht geven in keuzes rond materialen en uitvoering en ondersteunend werken bij de keuzes van de materialen.
Ook over het belevingsgericht winkelen werden tal van richtlijnen ontwikkeld. Zij zijn de ecologische aanvulling op de reeds bestaande richtlijnen die je op de website van Retail Design Lab kan vinden. De richtlijnen zijn handige tips en tricks die gaan over verlichting, over de routing doorheen de winkel, over de paskamers en nog veel meer.
Kijk op retaildesignlab.be om meer te ontdekken.