HOE OVERVERHITTING IN PASSIEFSCHOLEN VOORKOMEN

(© LAVA architecten – foto: Chak Lopez)
Vier maatregelen om te warme klassen tegen te gaan
Passiefscholen die moeten sluiten omdat het er te warm is in de klassen om les te volgen. Het gebeurt. En het hoeft daarvoor geen hartje zomer te zijn. Bij oververhitting is het niet het passiefconcept dat faalt, maar de uitvoering ervan. “Een schoolgebouw dat amper warmte verliest, zal continu opwarmen indien er geen maatregelen genomen worden", aldus Geert Bellens van het ingenieursbureau Bestbuildingconcept, gespecialiseerd in het comfort, het binnenklimaat en het energieverbruik in tertiaire gebouwen.
MAATREGEL 1: VOORZIE VOLDOENDE VENTILATIEDEBIETEN
Ida3 voldoet niet
Scholen moeten minstens binnenluchtklasse IDA3 halen. IDA3 schrijft een ventilatiedebiet voor tussen 22 en 36 m³ per uur per persoon. “In principe zou de ontwerper moeten streven naar een zo hoog mogelijke IDA-klasse", aldus Geert Bellens. “In de praktijk heeft men hier echter weinig oog voor." Nochtans resulteert een lagere IDA-klasse in meer klachten over de luchtkwaliteit. “Bij IDA3 is 30% van de gebruikers ontevreden, bij IDA2 is dat 20% en bij IDA1 slechts 10%."
Waak over de flexibiliteit van het gebouw
“Niettemin wordt er in scholen vaak voor het wettelijke minimum van de laagste IDA-klasse gekozen, namelijk 22 m³ per uur per persoon. Men ventileert minder om makkelijker het E-peil te halen." Hierdoor worden er niet alleen meer klachten opgetekend, de flexibiliteit van het gebouw komt er ook door in het gedrang. “Het ventilatiesysteem heeft geen marge meer. Als het gebouw dan overbezet is, of het is er te warm, dan kan de ventilatie dat niet opvangen, waardoor het aantal klagers nog toeneemt." Vaak blijkt ook de installatie van het ventilatiesysteem een pijnpunt. “Buizen worden platgeduwd, er worden te veel bochten gemaakt ... met als gevolg dat er van het beloofde debiet nog maar weinig overblijft."
Neem comforteisen op in lastenboek
Een oplossing is om comforteisen (met o.a. de gewenste binnenluchtklasse) op te nemen in het bestek. “Dan kan men niet inboeten aan comfort om een bepaald energieverbruik te halen en wordt er beter op de prestaties van het systeem toegezien."
MAATREGEL 2: KIES VOOR GEDEGEN ZONNEWERING
Vermijd zonnewinsten
Passiefwoningen worden meestal zo georiënteerd dat de zon optimaal kan worden benut om de woning op te warmen. “In tertiaire gebouwen zijn er al voldoende interne warmtelasten, we willen daar niet nog eens de zonnewinsten bij."
Overdrijf niet met glas
Beperk daarom het aantal glaspartijen in het gebouw. “Een daglichtfactor van 2 à 3% voor een schoolgebouw is meer dan voldoende. Vaak overdrijven architecten echter en zitten er zoveel ramen in een schoolgebouw dat de daglichtfactor tot wel 10% bedraagt. Dan komt er wel veel daglicht, maar ook veel warmte naar binnen."
Neem zonwering op in het totale kostenplaatje

Om de warmte van de zon buiten te houden, is er voldoende en kwaliteitsvolle zonwering nodig. “Jammer genoeg krijgen wij bij schoolprojecten vaak te horen dat er voor zonwering geen budget is voorzien. Bijgevolg bespaart men er sterk op of laat men de zonwering volledig achterwege." Zonwerend glas met een lage g-waarde, of een buitenzonwering die open- of dichtgaat in functie van de zoninstraling, kan een
oplossing zijn, maar ook structurele zonwering zoals een luifel is geschikt om de zon buiten te houden. “De positie en de omvang van structurele zonwering moeten wel nauwkeurig worden berekend. Zo kan een oversteek misschien perfect werken op de zuidkant, maar is die onvoldoende groot voor op de oost- en de westkant. Speciale ontwerpen zoals verticale structuren, grills of wat dan ook zijn meestal een maat voor niets. Ze houden de zon onvoldoende tegen."
MAATREGEL 3: BEPERK INTERNE WARMTELASTEN
Automatische afkoeling via kieren en gaten kan niet meer in passiefscholen. “Daarom moeten de interne warmtelasten worden beperkt. Gebruik geen oude computers of televisies, maar kleine laptops of flatscreens. Ook ledverlichting is een goede keuze. In plaats van een vroegere extra 20 watt per m² door verlichtingsbronnen blijft de warmtelast van ledverlichting beperkt tot 5 à 7 watt per m²."
MAATREGEL 4: OVERWEEG KOELING

Het Koninklijk Atheneum in Etterbeek houdt met een grote dakoversteek en natuurlijke beschaduwing de zon buiten
(© EVR-Architecten)
“In tertiaire gebouwen was er vroeger een koelvraag tussen mei en oktober. In de vandaag sterk geïsoleerde gebouwen is er, behalve tijdens enkele koude weken in de winter, het hele jaar door een koelvraag." Zodra een passiefgebouw is opgewarmd, fungeert het immers als een thermos. Het gebouw houdt de warmte vast en koelt 's nachts maximaal 1 à 2 graden af. “Bij tertiaire gebouwen is het niet meer de vraag van: hoe krijgen we het gebouw warm? Neen, het is de vraag: hoe houden we het koel?"
Actieve koeling is niet per se nodig
De ideale temperatuur in een klaslokaal tijdens de winter is 22 °C (we dragen dan ook aangepaste kledij in de winter). “Geen 21 of 23 °C, maar 22 °C." In de zomer is dat 24,5 °C. “In niet-gekoelde gebouwen is het echter zeer moeilijk om die 24,5 °C te halen en leggen we de grens van het zomercomfort op maximaal 26 °C. Koelen in scholen is vaak geen optie. Omdat er geen budget is, of gewoon omdat men niet beseft dat een school, die in juli en augustus meestal gesloten is, ook tijdens de rest van het jaar wel eens te warm kan worden. Het excuus dat een school in juli of augustus niet open is, gaat ook vaak al niet meer op. In schoolvakanties worden de lokalen veelal ingezet voor andere doeleinden."
Koel via het ventilatiesysteem
“Actieve koeling in een school is niet per se nodig. Soms volstaat het al om de ventilatiedebieten voldoende hoog te houden, zonwering te voorzien en de interne warmtelasten te beperken."
Maar als dat niet volstaat, kan koelen ook simpelweg door op de ventilatie-unit een koelmachine aan te sluiten. “Door de ventilatielucht te koelen, kun je het binnenklimaat iets beter onder controle houden. Je hoeft in de zomer, als het buiten 27 °C is, geen warme lucht in het gebouw te blazen, maar je kunt deze lucht tot op een comfortabele temperatuur brengen vooraleer die in het gebouw te brengen." Het gebeurt ook dat de ramen 's nachts (automatisch) op kiepstand worden gezet om in het gebouw een thermische trek te creëren en zo de ruimtes af te koelen.