Heel wat uitdagingen voor de tuinsector
Dirk Ballekens anderhalf jaar directeur Belgische tuincentra Vereniging
Rustig inlopen was Dirk Ballekens (directeur Belgische Tuincentra Vereniging) niet gegund in maart 2020. Aan de start van de coronacrisis in België, mocht hij meteen - met succes - ijveren voor een heropening van de tuincentra. Anderhalf jaar later is de balans voorzichtig optimistisch. De tuincentra hebben het erg goed gedaan, maar toch komen er heel wat uitdagingen op ons af. "Het wordt weer hard werken. Zitten wachten tot de klant naar je tuincentrum komt, zal niet volstaan."
Vliegende start
U bent sinds 23 maart 2020 directeur van de Belgische Tuincentra Vereniging. Begin april was u al op de radio in verband met de heropening van de tuincentra.
Dirk Ballekens: "Ik ben inderdaad begonnen in een chaotische context. Naar aanleiding van de lockdown moesten de meeste tuincentra sluiten, op diegene met een redelijk aanbod dierenbenodigdheden na. Dan start je als directeur van BTV in een echte splinterbom, met paniek en tegengestelde meningen. Mijn startdag was zowat de moeilijkste in de geschiedenis van BTV. (lacht) Maar we hebben het stof onmiddellijk van ons afgeschud en zijn gaan kijken hoe we een oplossing konden vinden voor onze leden. We zagen dat een deel van de leden open kon; dan hebben we gezocht naar argumenten om de rest ook te kunnen laten heropenen. Dierenvoeding en tuin vallen niet te scheiden, maar de verhoudingen tussen de beide verschillen nogal onder onze leden. De consument begreep het al helemaal niet."
"Dierenvoeding en tuin vallen niet te scheiden"
Hoe hebt u die heropening concreet aangepakt?
"We hebben daarover geargumenteerd met verstandige argumenten. We hebben het nooit over economisch verlies gehad, want dat gold voor iedereen. Ons argument was vooral mentale gezondheid. Een lockdown is daar een grote aanslag op; het openzetten van de tuinmarkt zou dat leed verzachten. Dat zou tot gevolg hebben dat ze niet meer met honderden of duizenden in hetzelfde park gingen wandelen. Een tweede argument was de spreiding van de consumentenstroom: aan de ene kant van de baan had je een zaak die dierenvoeding verkocht waar het gigantisch druk was, aan de andere kant een plantencentrum in open lucht dat gesloten bleef. Wij hebben geargumenteerd dat de toegang tot planten en tuinproducten even essentieel was als de toegang tot dierenvoeding. We hebben ook geargumenteerd dat het front moest worden uitgebreid naar doe-het-zelfzaken; dierenspeciaalzaken en floristen. Want anders werden bepaalde segmenten weer geïsoleerd en kreeg je daar een conflict."
Wel snijbloemen, geen kunstbloemen
Was er geen vrees voor een sneeuwbaleffect?
"Doe-het-zelf, tuin en dier horen nu eenmaal bij elkaar. Eerst mochten enkel de dierenspeciaalzaken open zonder dat daar duidelijke criteria voor waren. Hoeveel procent van de omzet? Enkel food of ook non-food? Men liet de zogenaamde dierenvoedingswinkels ook toe om planten te verkopen. Dat is als een beenhouwer die open mag blijven en brood verkoopt terwijl de bakker moet sluiten. In november werden onze sectoren meteen herbevestigd als essentieel, maar we mochten geen niet-essentiële zaken verkopen. Dat zorgde voor absurditeiten: natuurlijke kerstbomen mochten we wel verkopen, kunstkerstbomen niet. Snijbloemen wel, kunstbloemen niet. We hebben ons daar met realisme doorgesparteld. Nu zien we de normaliteit terugkeren en hopen we vooral dat alles nu achter de rug is."
Omnichannel is winnaar
Veel niet-essentiële winkels zijn meer online beginnen te verkopen. Is er bij de tuincentra een evolutie geweest naar onlineverkoop?
"Ja. De omnichannelaanpak is de winnaar, dat zien we zeker bij de grotere bedrijven. Ik waarschuw onze achterban: we zijn met dubbele cijfers gegroeid, maar de onlinespelers zijn nog harder gegroeid. In planten en dierenvoeding zijn we een paar procenten kwijt van 'brick' naar 'click'. Wanneer een consument eenmaal contact heeft met een online kanaal, dan is dat kanaal een blijver. We hebben gelukkig een goede partner die onze leden bijstaat met de onlineaanpak. Onze rol is niet operationeel, maar wel informerend. Leden met vragen brengen we in contact met leden die daarmee bezig zijn."
Digitale marketeer
Hoe ziet u de groei in het komende jaar?
"Ik ben daar realistisch in: ik denk niet dat we de omzetcijfers van 2021 kunnen herhalen, maar ik denk wel dat 2022 nog steeds beter zal zijn dan 2019. Het zal er voor onze leden op neerkomen om de consument aan zich te binden, en dat is een verhaal van omnichannel. Als je lijdzaam toeziet tot ze op je winkel afkomen, dan zou het verkeerd kunnen uitpakken. We hebben de cijfers: de Belg bezoekt 3 tot 4 keer per jaar een tuincentrum. Dat is laag ten opzichte van de foodsector. Dat maakt het dus des te belangrijker om je fysieke winkel op de kaart te houden. Het merendeel van onze leden is op een of andere manier online bezig, maar in gradaties: een goede website is een eerste stap, de link met sociale media is een tweede. De mate waarin geïnvesteerd wordt in webshops en mooie nieuwsbrieven, varieert. Maar het gaat de goede richting uit. Grotere bedrijven nemen steeds vaker een voltijdse digitale marketeer aan en doorgaans brengt die zijn loon zeker op. De meetbaarheid is natuurlijk moeilijk, maar onze kleinere leden moeten opletten dat ze die trein niet missen."
"Grotere tuincentra nemen steeds vaker een voltijdse digitale marketeer aan"
BTV werkt ook hard aan partnerships.
"Inderdaad. Er zijn partnerships met leveranciers, van plantgoed tot decoratie, met verzekeraars, dienstenleveranciers, aankoopverenigingen. De BTV is een verbindingsofficier tussen leden en partners. We houden informele barbecues in Vlaanderen en Wallonië, waar we niet alleen onze leden uitnodigen, maar ook onze partners. Daar worden informele contacten onderhouden – het is geen verkoopbeurs – en daar komen interessante zaken uit voort. Sinds corona zijn we dat wat kwijtgeraakt, maar dat komt gelukkig terug. Ik zie tot mijn genoegen dat er veel enthousiasme is voor dergelijke netwerkevenementen onder onze leden."
Garden Centre Quality Awards
Wordt er opnieuw een prijsuitreiking georganiseerd?
"De Garden Centre Quality Awards worden volgend jaar weer opgestart, met uitreiking in februari 2023. Bij de vorige editie kregen we erg goede reacties, ook van de niet-winnaars, vanwege het expertiseverslag dat ze gratis toegezonden kregen. Tuincentrum Thiels was de winnaar van 2020. Die heeft dat goed gecommuniceerd, onder meer met een grote banner langs de weg. Volgens Werner Thiels heeft het bijgedragen tot een gigantische groei voor het bedrijf: de aankoopwaarde stijgt, mensen komen van verder. Dat vind ik een goede aanpak: winnaars plukken er de vruchten van, niet-winnaars leren bij."
Green Deal Natuurlijke Tuinen
BTV sloot zich onlangs aan bij de Green Deal Natuurlijke Tuinen. Daarin pleitte u voor een praktische aanpak. Wat houdt die aanpak precies in?
"De Green Deal is een project van de Europese Commissie om de Europese Unie tegen 2050 klimaatneutraal te maken. Het stukje over natuurlijke tuinen ligt bij de Vlaamse minister van Omgeving, Zuhal Demir - voor Wallonië is er momenteel geen initiatief. Als tuincentravereniging kunnen wij daar een mooie rol in spelen, want waar komt de consument die het zou moeten toepassen? In de tuincentra. Nu zijn onze tuincentra niet bezig met grote theorieën. Tuincentra zijn commerciële bedrijven. Ze willen heel graag aan die evolutie bijdragen, maar ze zijn - terecht! - vooral bezig hun zaak te runnen. Tuinbranche Nederland heeft de Groene Klimaatpleinen. Dat is een merchandisingmodule met infopanelen, pancartes, een helpdesk, een infodesk in twee verschillende groottes. Tuincentra kunnen dat klimaatplein op een centrale plaats gaan neerzetten. Daar worden zaken behandeld als waterinfiltratie, biodiversiteit, groendaken. Dat is dus een theoretisch model, maar daar kan je als handelaar ook producten gaan aanbieden. In het verlengde daarvan willen we met het VLAM volgend jaar een campagne doen rond dit thema. Zo kun je dat heel concreet gaan aanpakken."
Brenda Horstra (Tuinbranche Nederland): "Tuincentra zijn de plaats bij uitstek om de burger te bereiken"
De Groene Klimaatpleinen zijn in de Nederlandse tuincentra alvast een succes, vertelt Brenda Horstra (Tuinbranche Nederland). "Bij ons worden de pleinen gefinancierd door gemeente, waterschap en tuincentrum. Een tuincentrum is voor de overheid de plaats bij uitstek om de burger te bereiken rond vergroening. We hebben vorig jaar in juli een pilot gedaan en dat sloeg erg aan. Nu hebben we er dertig, volgend jaar vijftig. Je moet er als tuincentrum wel je hart in leggen: zorg voor voldoende kennis, zorg voor een medewerker. De opgave om de wereld wat groener te maken is heel groot, maar als je met een stukje in je eigen tuin kunt beginnen, dan wordt de drempel heel wat kleiner. Elke gedragsverandering begint als het makkelijk gemaakt wordt. Ik zou er graag een Europese beweging van maken."
"Corona is een quick win geweest voor de tuincentra. In 2022 wordt het weer hard werken"
Voor welke uitdagingen staan de Belgische tuincentra in de komende jaren?
"Corona is een quick win geweest voor de tuincentra. We zien het nu al: de afgelopen weken was het rustiger. In 2022 zullen we een betere basispositie hebben dan in 2019, maar het wordt weer hard werken. Er zijn prijsstijgingen, in sommige productgroepen van meer dan 15%,er zijn de exploderende containertarieven en tal van onbeschikbaarheden. Dat lijken me uitdagingen genoeg om samen aan te pakken."