VOCHTSCHERMEN NOOIT OVERBODIGE LUXE

Vochtschermen, ook wel dampschermen of dampdichte folies genoemd, zijn niets meer dan PE-folies die voorkomen dat vocht zich naar de afwerkingslaag verspreidt. Ze houden het opstijgend en bouwvocht tegen zodat beschadigingen als zwelling van laminaat, schimmelvorming, geurhinder ... worden vermeden.

VOCHTSCHERMEN

Een belangrijke en logische opmerking hierbij is dat als er al sprake was van een vochtscherm vóór het opduiken van de vochtproblemen, de integratie van een nieuw vochtscherm uiteraard het vochtprobleem niet zal oplossen. Schimmelvorming bijvoorbeeld zal niet verdwijnen totdat het vochtprobleem bij de bron wordt aangepakt. Tegenwoordig integreren aannemers zelf al een vochtscherm wanneer beton wordt gestort, in tegenstelling tot vroeger. Omdat het niet altijd duidelijk is of er effectief al een vochtscherm aanwezig is, raden fabrikanten aan om steeds een folie te integreren bij renovatiewerken. Vochtschermen worden als los model aangeboden, of als integratie in een underlay (ondervloer, meestal uit schuim of glasvezel). Bijkomend bestaat de keuze voor een vloeibaar vochtscherm.

GEÏNTEGREERD VERSUS LOS VOCHTSCHERM

Niet het type vochtscherm - zoals steeds is dit een PE-folie - wel de manier van plaatsing onderscheidt beide varianten. Geïntegreerde vochtschermen zijn makkelijker te plaatsen. Losse vochtschermen daarentegen moeten nog apart van de ondervloer gelegd worden. Tijdwinst kan daarom de keuze tussen beide mogelijkheden bepalen. Het vochtscherm zit geïntegreerd aan de bovenkant van de underlay. Logisch, zo zeggen fabrikanten. Wordt de folie aan de onderkant geplaatst, dan zou deze kunnen worden beschadigd (perforatie) door de ondergrond (steentjes, vuil ...). Losse dampschermen zijn dikker dan geïntegreerde varianten en kunnen daarom wel onder de underlay worden gelegd. Zij zijn minder onderhevig aan mogelijke beschadiging. Daarnaast is het belangrijk dat de vellen van de vochtschermen elkaar goed overlappen. Deze vervolgens aftapen met bijvoorbeeld een aluminiumtape zorgt voor een waterdichte laag. Fabrikanten raden ook aan om de dampschermen even hoog als de afwerkingsvloer met de muur mee op te laten lopen. Opstijgende damp verdwijnt op die manier achter de plinten, waardoor beschadiging van de afwerkingslaag wordt voorkomen.

VLOEIBARE VOCHTSCHERMEN

Een pu-vochtscherm, ook wel een vloeibaar of liquid vochtscherm genoemd, wordt ingezet bij hogere vochtigheidsgraden of in situaties waar er een verhoogde kans is op opstijgend vocht en/of bouwvocht. De vloeistof verbindt zich met het beton en blokkeert vocht/water binnenin het beton. Vloeibare vochtschermen vinden hun toepassingen bijvoorbeeld bij ondergronden met een betonlaag van 30 cm dikte. In dit geval geldt de stelregel dat 'vocht zal verdampen aan een ritme van één cm per week' en niet meer. Het zou dus bijna een jaar duren vooraleer het vocht opdroogt. Met de integratie van een liquid vochtscherm kan alsnog snel op de ondergrond worden gewerkt. Bij het aanbrengen is het belangrijk om kruiselings te strijken zodat het gehele oppervlak goed wordt afgedekt. Een variant van het vloeibare vochtscherm is het epoxy vochscherm, dat door zijn goede hechtingseigenschappen voornamelijk wordt gebruikt in combinatie met parket-, vloer- en tegellijmen.

ONDERGRONDEN

Als we de opbouw van vloeren bekijken, ligt het vochtscherm het best bovenop de underlay, zodat de opbouw er als volgt uitziet:

• ondergrond: chape, tegels, vinyl, tapijt ...;
• ondervloer (underlay);
• vochtscherm;
• afwerkingslaag (laminaat, parket, vinyl, tegels ...).

Op zich maakt het type ondergrond niet zoveel uit bij de vraag of er een vochtscherm moet worden gelegd. Een vochtscherm is bijna nooit een overbodige luxe. Wel is er extra aandacht nodig bij anhydrietchape die veel vocht opneemt. In combinatie met een te hoog percentage restvocht zorgt dit voor erg onaangename situaties. Indien tapijt als ondergrond op de vloer ligt, wordt aangeraden deze te verwijderen. Het zou voor verschuivingen van de nieuwe afwerkingslaag kunnen zorgen, mocht deze de richting van het tapijt volgen.

Bij het plaatsen van een soepele vloerbedekking (pvc of Linoleum) mag het vochtgehalte in de ondergrond (chape, egaline) in België niet hoger zijn dan 2%.

Fabrikanten zien regelmatig problemen bij plaatsing waar te snel op een nog te vochtige ondergrond werd verlijmd. Het probleem is dat het vocht de hechtingskracht van de lijm aantast, waardoor er blazen in de vloerbekleding kunnen ontstaan.

VLOERKOELING

Ondervloerkoeling, voornamelijk bij parket en laminaat, is bij gebruik van vochtschermen minder aangewezen. Door de koudere ondervloer is er meer kans op condensatie door de intense temperatuurverschillen, met beschadiging van de afwerkingslaag (zwelling, schimmel ...) als gevolg. Wordt er echter een speciale underlay voorzien, dan kan dit wel. Voor parket is er ook dan nog steeds een risico, aangezien deze materie een hogere isolerende werking en een hygroscopisch karakter heeft. Voor vloerverwarming zijn er geen problemen. Vinden de werkzaamheden op een verdieping of op zolder plaats, dan is een dampscherm in principe niet noodzakelijk. Toch is het ook hier geen overbodige luxe. Bij een barst in de leiding bijvoorbeeld kan het de schade beperken in afwachting van de herstelling.