Een deurkader uitvlakken: hoe ga je te werk?
Eens je een naadloze deur met kader in de deuropening hebt geplaatst, moet je nog een afwerking voorzien om de strakke look te verkrijgen. De overgang tussen het deurkader en je muur moet je netjes gaan bijwerken, zodat de binnendeur volledig in de muur geïntegreerd zit. Lees hier hoe dat in zijn werk gaat.
De voorzijde voorbereiden
Purschuim wegsnijden
Na de nodige droogtijd snijd je het ondertussen uitgeharde purschuim overal netjes gelijk met je muur af. Gebruik een voldoende scherp mes en doe dit zorgvuldig, zodat je het profiel niet beschadigt.
Wapening voorzien
Om te voorkomen dat de naad aan de voorzijde later zou barsten, moet je eerst een wapening voorzien. Afhankelijk van de ondergrond van je muur is dit wapeningsgaas of een voegenband. In ons geval is de naastliggende muur al bepleisterd, dus gebruiken we een papieren voegenband. Deze papierstrook vormt een wapening tussen de twee verschillende materialen: het aluminium deurprofiel en de gepleisterde muur. Dit zal voor een strakke afwerking zorgen.
Voegband plaatsen
Plak eerst het profiel af met schilderstape, zodat je er geen krassen op zou maken met je plamuurmes. Om de voegband te plaatsen, gebruik je een voegpasta. Breng die rijkelijk aan ter hoogte van de naad tussen profiel en muur. Duw er daarna een op maat gemaakt stuk voegband in. Zorg dat dit volledig tegen het profiel gepositioneerd zit.
Strijk dan met je plamuurmes over de voegband. Op die manier druk je die nog steviger aan in de voegpasta en zorg je ervoor dat er geen lucht meer onder de papierstrook zit. Daarna kan je de overtollige pasta weghalen.
Dit herhaal je nu aan de andere lange zijde en de kopse zijde van je deurkader. Pas als alles netjes afgestreken is, haal je de schilderstape weg. Veeg de profielen eventueel nog eens af.
Tip
In de hoek snij je het papier schuin af, zodat de stroken niet met elkaar overlappen.
De achterzijde voorbereiden
De afwerking aan de achterzijde – dit is de zijde die niet vlak met de muur komt – gebeurt met een uitbekleding in gipskarton. In ons geval was er ook hiervoor een kant-en-klaar pakket te verkrijgen. Dit bestaat uit stukken gipsplaat van 9 mm dik, met een geïntegreerd hoekprofiel. Op die manier kan het frame makkelijk afgewerkt worden.
Uitbekleden met gipskarton
Platen op maat maken
Je moet eerst weten hoe diep je deuropening is, zodat je de platen in de breedte op maat kan maken. Houd een waterpas in lijn met je muur, zodat je zo gemakkelijk de afstand tussen je deurprofiel en het muurniveau kan opmeten. Zet deze maat uit op je afwerkplaat, gemeten vanaf de rand.
Maak dan een incisie met een scherp breekmes, volgens deze lijn. Als het papier van je gipsplaat is doorgesneden, kan je de plaat langs deze lijn breken. Er rest je dan enkel nog ook het papier aan de achterzijde door te snijden. Maak zo de panelen voor alle dagkanten van je deur op maat.
Voor het inkorten in de lengte, moet je het hoekprofiel ook inkorten. Gebruik hiervoor een haakse slijper. Positioneer dan je stukken ter plaatse om te zien of alles past. Merk je hierbij dat je stelschroeven in de weg zitten, dan kan het nodig zijn die af te korten met de slijpschijf.
Platen bevestigen
Om de gipskarton afwerkprofielen nu in je deuropeningen te bevestigen zijn er verschillende opties.
Vastschroeven
Je kan deze dagkanten eerst vastschroeven aan de afstandsblokjes die al ter plaatse zitten. Hiervoor gebruik je gefosfateerde gipsplaatschroeven. Deze hoeven niet volledig ingedraaid te worden, maar dienen vooral als tijdelijke bevestiging om het paneel in de goeie positie te fixeren. Dit moet namelijk netjes in lijn met het profiel zitten. Daarna kun je de holte opvullen met PU-schuim. Dit zal zorgen voor een stevige hechting van je afwerkprofiel wanneer het uitgehard is.
Montageschuim
Wat je ook kunt doen, is het paneel in eerste instantie meteen op de gewenste plaats lijmen met dit montageschuim. Spuit enkele stroken op de binnenkant van je gipsplaat en wacht dan een aantal minuten totdat het schuim een beetje hard begint te worden. Daarna duw je de plaat ter plaatse, in de positie die je wil. Dit kun je dan weer voorlopig fixeren met een paar schroeven tot de lijm uitgehard is en de plaat niet meer kan bewegen.
Nadat je de verticale zijden hebt gedaan, doe je ook de bovenste kant. Dit paneel rust dan op de eerder geplaatste zijpanelen. Eenmaal de bevestiging is uitgehard, steek je het uitpuilende schuim af en verwijder je de schroeven.
Met kleefgips
Een andere manier om de afwerkprofielen te plaatsen, is door het gebruik van kleefgips. Deze methode werkt minstens even goed, maar vraagt enkel wat meer tijd om uit te harden.
Nadat je de profielen op maat gemaakt hebt, maak je het gips aan volgens de instructies op de verpakking. Doe hiervoor de vereiste hoeveelheid water in een propere emmer of mengkuip, om er daarna het poeder aan toe te voegen. Meng daarna tot een homogene pasta. Die mag niet te vloeibaar en ook niet te dik zijn.
Breng dan minstens elke 30 cm een dot kleefgips aan op de achterkant van je gipsplaat. Zet het stuk ter plaatse en controleer of de positie goed zit. Regel eventueel bij. Strijk daarna het overtollige gips af. Herhaal aan de andere verticale dagkant.
Je kunt de positie van het stuk aan de scharnierkant controleren met een winkelhaak. Zo weet je meteen of de hoek tussen je deurblad en het afwerkprofiel haaks is.
Na de twee verticale zijdes plaats je nog de korte horizontale kant. Daarna wacht je tot de uitbekleding aan de binnenzijde van de deur voldoende uitgehard is, voor je ook daar kan gaan uitplamuren. De vereiste droogtijd kun je terugvinden in de technische fiche van je bevestigingsmateriaal.
Uitplamuren
Verstevigingsband
Opnieuw is een extra wapening nodig om de naad te verstevigen. Breng dus weer voldoende vul- of voegpasta aan op de naad en plaats er de voegband in.
Strijk glad af en duw tegelijk goed aan met een plamuurmes. Het teveel aan pasta zal er nu uitpuilen, maar zo ben je zeker dat de papierstrook goed vastkleeft. Doe dit aan alle zijden van je deur, zodat ook de binnenafwerking van je deur strak is. Ook de gemaakte schroefgaatjes vul je in deze fase bij.
Alles moet nu voldoende drogen voor je een volgende plamuurlaag kan aanbrengen. Steek hiervoor eerst de uitstekende deeltjes af, voor je weer plamuur gaat aanbrengen.
Tweede laag
Vanaf deze tweede laag kun je een fijnere afwerkplamuur of finisher gebruiken. Daarmee zal je - zoals de naam zegt - fijner kunnen afwerken. Elke laag die je nu bijkomend doet, zal telkens zorgen voor een fijnere afwerking van je deur. Zo zal je voegband uiteindelijk ook onzichtbaar in je pleisterwerk weggewerkt zitten.
Deze volgende plamuurlaag breng je aan in een iets bredere strook. Daarna strijk je zo vlak mogelijk af met ook een breder mes. De ene kant van je plamuurmes steunt daarbij op het bestaande pleisterwerk, terwijl de andere kant steunt op het deurprofiel. Zo haal je de overtollige plamuur weg en is de overgang zo strak mogelijk.
Het uitplamuren van zowel binnen- als buitenkant van je binnendeuren kan wel wat tijd vragen, maar hoe zorgvuldiger je de plamuur aanbrengt en afstrijkt, hoe minder schuurwerk je achteraf nog zal hebben. Veeg na je tweede plamuurlaag je deurprofiel ook af, om een proper resultaat te hebben.
Tip
In sommige gevallen kunnen twee lagen al voldoende zijn, maar meestal is een derde laag wel aangewezen.
Tussendoor schuren
Respecteer steeds de nodige droogtijd, en schuur eventueel wat op met schuurgaas, voor je tot een volgende laag overgaat. Die plaats je dan op exact dezelfde manier als de vorige. Maar je zorgt er opnieuw voor dat je plamuurstrook iets breder is dan de vorige laag. Door deze geplamuurde band steeds breder te maken, werk je stap per stap het niveauverschil met de naastliggende muren weg.
Het doel van de extra plamuurlagen is dus om de overgang tussen het deurprofiel en de muren zo naadloos mogelijk te maken zodat de deur subtiel in de muur verborgen zit. Hoeveel plamuurlagen je precies doet, beslis je zelf.
De laatste afwerkingen
Eenmaal de deuren net en strak zijn uitgewerkt, kun je de laatste afwerkingen doen. In het pakket zaten namelijk ook nog een rubberen dichting en borstel. Die moet je plaatsen aan de binnenzijde van je deurkader.
Tochtwering
Maak het profiel schoon en snijd het rubber doormidden, zodat je twee gelijke stukken hebt voor aan beide zijden van het frame. Dit duw je nu gewoon ter plaatse. Deze dichting zal ervoor zorgen dat er geen lucht door de deurnaden zou blazen en helpt ook om trillingen of lawaai op te vangen. Aan de bovenzijde is er geen gleuf in het profiel, dus daar voorzie je de zelfklevende tochtborstel.
Afwerkkapjes
Last but not least doe je nog een laatste check-up van je deur. Zit de naad goed? Sluit hij goed? Of moet je de scharnieren nog wat bijregelen? Als alles in orde is, dan rest je alleen nog de afwerkkapjes te plaatsen over de scharnieren voor een strak resultaat.