Hoe plaats je cementpanelen?
Voor de wanden die rechtstreeks in contact komen met water opteer je het best voor cementpanelen in plaats van gipskartonplaatsen. Cementgebonden panelen zuigen immers geen water op. Je kunt ze daarom ook gewoon op de grond plaatsen.
Op maat
Cementpanelen maak je op maat met een aangepast zaagblad op je decoupeerzaag. Gebruik je een gewoon houtzaagblad, dan zullen de tanden snel afslijten en zul je je zaagblad snel moeten weggooien. Kies je daarentegen een juist zaagblad, dan gaat het langer mee.
Je kunt de platen ook op maat snijden met een breekmes. Dan hoef je enkel de wapening aan één zijde door te snijden. Dan breek je de plaat en snij je de wapening aan de achterkant door. De ruwe randen maak je weer glad met een rasp.
Lijm of kit
Voor je de platen dan vastschroeft, moet je eerst de randen van PU-lijm of polymeerkit voorzien. Maak ze nat en breng er dan de lijm op aan. Het water zal de lijm sneller doen uitharden.
Bevestigen met schroeven
Cementplaten worden niet gepleisterd, dus worden ze ook met speciale schroeven bevestigd. Deze schroeven beschikken over een speciale draad en een freeskop, zodat de schroef volledig in de plaat gaat zonder dat die barst op de zijkant. De plaat schroef je altijd eerst vast in het midden.
Absoluut waterdicht
Primerlaag
Om nu een absolute waterdichting te garanderen, kun je de wand nog van een vloeibare coating voorzien. In dat geval hoor je wel eerst een primer aan te brengen. Doe dat met een verfrol voor de grote stukken, en een borstel of speciale verfrol voor de kanten en hoeken. Ook een telescopische steel komt van pas.
Het afdichtingsmiddel voor de wand kan dan aangebracht worden. Best wel even goed mengen, zodat alles een homogene massa vormt. Aanbrengen doe je met een verfrol. In de hoeken breng je dan weer alles aan met een kwast, dat is veel preciezer.
Kimband
Terwijl het product nog nat is, breng je een kimband aan. Die dient om overal een waterdichte afsluiting te garanderen. Snijd de stroken op maat en de binnenhoeken in verstek. Druk stevig aan, en zorg dat de folie niet dubbel gevouwen zit, maar overal mooi zit aangesloten. Waar de koppelingen uit de muur komen, breng je het product zeker goed aan.
Afsluitmembraan
Daarnaast voorzie je ook nog een speciaal afsluitmembraam. Impregneer het eerst goed met het product. Sluit aan op de wand, opnieuw in de nog natte dichtingsemulsie. Elk type koppeling krijgt zo’n dichtingsmembraam mee. Zo creëer je overal een waterdichte barrière. Over de nadenband breng je dan nog eens een extra coating aan. Zorg dat er geen lucht achter de dichtingsband zit. Laat alles dan goed drogen.
Tweede laag
Na enkele uren kan je een tweede laag leggen, op dezelfde manier als de eerste laag. Breng voldoende aan. In totaal moet je een laagdikte van bijna een millimeter hebben om een goede dichting te krijgen. Zo is je wand uiteindelijk ook volledig waterdicht en kun je gerust zijn.