5 veelgestelde vragen over elektriciteit beantwoord
De gemiddelde Dobbitlezer heeft geen schrik van elektriciteit. We toonden al vaker hoe je je installatie voorbereidt, hoe je je kabels legt en stopcontacten en schakelaars aansluit. Toch is er nog veel waarmee je rekening moet houden. Daarom bundelen we enkele veelgestelde vragen die komen opborrelen bij de voorbereiding en de plaatsing van elektrische leidingen.
Hoe stel ik een elektriciteitsplan op?
Elke elektriciteitsinstallatie, of uitbreiding van een bestaande installatie, start vanuit een elektriciteitsplan: de combinatie van een situatieschets (een grondplan van je woning, waarop elk element van de elektrische installatie staat aangeduid) en een eendraadschema (een gedetailleerde, schematische uiteenzetting van de volledig elektrische installatie van een woning). Deze documenten zijn nodig om de installatie uit te voeren en zijn onontbeerlijk bij de keuring. Voorts zijn ze handig voor wanneer er werken moeten gebeuren in huis.
Mits genoeg kennis kan je zelf een situatieschets en eendraadschema opstellen, maar beter doe je het in samenspraak met een professional. Hoe je deze correct moet opmaken staat beschreven in het AREI (Algemeen Reglement op Elektrische Installaties).
MEER WETEN:
> Hoe zelf een elektriciteitsplan opstellen met de juiste symbolen
Welke soort kabel gebruik ik wanneer?
Je gebruikt niet gelijk welke elektriciteitskabel je te pakken krijgt. Wie een domoticasysteem wil installeren, zal daar andere kabels voor moeten gebruiken dan bij een klassieke installatie. Elk type kabel is geschikt voor een specifieke toepassing.
Als basis voor een nieuwe installatie kom je al een heel eind met VOB-draden in een preflexbuis. Je kan ook gebruikmaken van een XVB-kabel, waarin drie VOB-draden beschermd worden door een binnen- en een buitenmantel uit kunststof. Deze heeft geen extra bescherming (buis) nodig om in een muur in te werken of te gebruiken.
De bekabeling van een domoticasysteem gebeurt anders dan bij een klassieke installatie. Bij een klassieke installatie is een schakelaar bijvoorbeeld steeds rechtstreeks verbonden met pakweg een lamp of een rolluik. In een domoticasysteem is er wel een voedingskabel nodig, maar daarnaast wordt er ook gewerkt met een datakabel, aangeduid een EIB/KNX-buskabel, voor de communicatie tussen de verschillende elementen van het systeem.
MEER WETEN:
> Welke installatiekabel gebruik ik wanneer?
Waarmee moet ik rekening houden bij het inwerken van leidingen?
XVB-kabels mag je zonder buis in een wand inwerken, maar niet willekeurig. Als je de leidingen in de vloer inwerkt en dan bedekt met een laag beton of cement, moet die laag een dikte hebben van minstens 3 cm.
Ook in een wand mogen deze leidingen zonder buis verzonken worden op voorwaarde dat het traject enkel horizontale en verticale wegen volgt, waarbij horizontale wegen in een plafond haaks op de verticale wanden lopen. De horizontale trajecten moeten zich op 25 à 30 cm van de vloer of van het plafond bevinden, en op 25 à 30 cm boven de onderkant van de bovendrempel van een raam, voor zover ze dan ten minste 25 cm onder het plafond liggen. De verticale trajecten moeten zich zo dicht mogelijk in een hoek bevinden, of op 10 à 20 cm van de lijsten of kozijnen van de deuren.
De leidingen moeten ten opzichte van een zichtbaar elektrisch toestel verticaal geplaatst worden. Er mag geen gevaar voor mechanische beschadiging bestaan, uiteraard ook niet voor beschadiging van de leiding zelf. De dikte van de bepleistering moet minstens 0,4 cm bedragen.
MEER WETEN:
> Zelf elektriciteit plaatsen: inbouw of opbouw?
Waar plaats ik schakelaars, stopcontacten en displays?
Voor stopcontacten laag bij de grond geldt dat ze 15 cm boven de bodem geplaatst moeten worden; voor vochtige ruimtes is dat 25 cm. Dat wil zeggen dat het midden van het stopcontact ongeveer 20 of 30 cm boven je afgewerkte vloer zal zitten. Door de inbouwdoosjes op minstens 25 cm van de vloer te plaatsen, zal je later niet in de miserie zitten met je plinten of deurlijsten.
Een schakelaar plaats je op 110 à 120 cm boven het vloerpas, met andere woorden: het midden van je inbouwpotje moet op 120 cm boven het nulpas komen. Zo zitten de drukknoppen op een comfortabele hoogte om te bedienen.
Voor een thermostaat, display of klavier ligt de correcte plaats meer op ooghoogte. Dit houdt in dat je het midden van de uitsparing op 150 cm boven het vloerpas moet voorzien. Je plaatst die ook op minimum 15 cm van een deurstijl om latere problemen te vermijden. En ook een afstand van minstens 35 cm vanaf een raam is aangewezen. Zo voorkom je dat je scherm, toetsenbord of thermostaat achter de gordijnen terechtkomt.
MEER WETEN:
> Hoe je schakelmateriaal kiezen?
> Hoe schakelaars en stopcontacten inwerken
Wat zijn de vereisten voor elektriciteit in de badkamer?
Alle stroom moet na een differentieelschakelaar van 30 mA komen. Deze schakelaar controleert op eventuele lekken en beschermt je tegen elektrocutie. Daarnaast moet er rekening gehouden worden met verschillende zones.
In de badkamer hou je ook het best rekening met de IP-waarde van de stopcontacten, schakelaars, verlichtingsarmaturen enz. Die zijn namelijk het best spatwaterdicht. Dit betekent dat ze een vermelding met IPX4 of hoger moeten hebben. Soms vind je ook een driehoekje met daarin een druppel afgebeeld.
MEER WETEN:
> Elektriciteit in de badkamer: hoe begin je eraan?