Welk vulmiddel kies je voor je muren?
Een muur perfect egaal houden: het is vaak een ijdele droom. Wie heeft thuis immers geen last van dat barstje in het plafond of die scheur aan de binnendeur? Je kan die gelukkig mooi wegwerken. Uiteraard kies je een een product dat geschikt is voor je ondergrond en voor de diepte en/of diameter van je gat of scheur. De enige beslissing die je dan nog moet nemen is de keuze tussen een poeder of een pasta.
Poeder vs. pasta
Poeder
Een poeder is het meest geschikt om grote gaten of scheuren te herstellen doordat het uithardingsproces door kristallisatie verloopt. Het kristallisatieproces bedraagt slechts 30 tot 45 minuten en gaat dus stukken sneller dan bij een pasta. Zodra het poeder is uitgehard, is er geen kans meer op verzakking of krimp.
Om poeder tot een bruikbaar vulmiddel te mengen, doe je eerst wat leidingwater in een mengbak en voeg je vervolgens het poeder toe. Je laat het poeder het water even opnemen, en daarna meng je die samen tot een klontervrije massa en breng je het aan op de te herstellen plek. Het overtollige product verwijder je met een plamuurmes. Je moet minstens 24 uur wachten om een met poeder herstelde plek te overschilderen.
Pasta
Voor de sporadische klusser is een pasta doorgaans een betere oplossing. Het grote voordeel van een gebruiksklare pasta is dat je niet wakker moet liggen van eventuele klonters. Je hoeft immers niets meer te mengen, je kan het product direct aanbrengen op de te herstellen plek.
Het minpunt van pasta’s is dat ze niet zo praktisch zijn om grote gaten weg te werken. Je hebt immers een grote hoeveelheid nodig, maar door de trage droogtijd - niet door kristallisatie, maar door verdamping - kan de pasta na verloop van tijd uitzakken. Ook verdampt er water tijdens het drogen, waardoor de massa kleiner wordt.
Een uitzondering hierop zijn de lichtgewichtproducten die ook weer een beperkte toepassing kennen (snelle, kleinere herstellingen). Om grote gaten in een muur te dichten met een pasta werk je in meerdere stappen, telkens met de nodige droogtijd (aangegeven op de verpakking) ertussen.
Flexibel of niet?
Soms heb je te maken met werkende materialen, zoals een beschadiging tussen een muur en een houten deurlijst. Die krimpen dus in of zetten uit naargelang de luchtvochtigheid en temperatuur. Of misschien zijn de scheuren die je wil behandelen nog instabiel?
Als je in die gevallen een niet-elastisch vulmiddel gebruikt, kunnen barsten dus snel terugkeren. Kies op dergelijke ondergronden dus steeds voor een flexibel middel. Net door zijn elasticiteit is die geschikt voor terugkomende scheuren en naden (bijvoorbeeld tussen plafond en wand), want het vangt het verschil in beweging op. Naast vulmiddel gebruik je hierbij ook best een verstevigend gaas.
De meeste flexibele vulmiddelen hechten goed op steen, beton, gipskarton, metaal, hout en kunststoffen, en kan je zowel binnen als buiten gebruiken.
Vulmiddel of plamuur?
Naast vulmiddelen zijn er ook egalisatieplamuren en afwerkplamuren of dunpleisters. Deze worden vaan samen met vulmiddelen verward of in één adem opgenoemd Om een overzicht te krijgen, zetten we de verschillende termen nog eens op een rijtje.
Vulmiddelen
Vulmiddelen worden gebruikt om plaatselijke herstellingen uit te voeren. Dat kan gaan van kleine gaatjes tot barsten en sleuven, maar vulmiddelen worden wel steeds lokaal gebruikt. De dieptes kunnen gaan van minimaal tot onbeperkt.
Egalisatieplamuren
Egalisatieplamuren dienen om de oppervlaktetoestand te wijzigen en dus meestal om beschadigde ondergronden of ondergronden met veel reliëf (zoals sierpleisters, crepi of glasvezelbehang) strak te zetten. De oppervlaktes die hiermee behandeld worden, gaan van klein tot middelmatig groot.
Afwerkplamuren
Afwerkplamuren of dunpleisters worden gebruikt op middelmatige tot grote oppervlakken en worden toegepast om de laatste imperfecties weg te werken. Bijvoorbeeld op nieuw pleisterwerk, gipskartonplaten, egalisatiepleister, vulmiddelen, bestaand verfwerk …