JE ELEKTRISCHE INSTALLATIE RENOVEREN
Je elektrische installatie is afgekeurd, wat nu? Je kan uiteraard een vakman onder de arm nemen en hem de verbeteringen een voor een laten aanpakken. Of, als je voldoende kennis hebt, kan je ook zelf aan de slag gaan. Bekijk dan zeker deze video’s en dit artikel. In elk geval is het niet slecht om een aantal zaken te weten.
EENDRAADSSCHEMA EN SITUATIESCHETS

Hoewel dit bij oudere woningen vaak niet het geval is, zou elke woning moeten beschikken over een situatieschets en een eendraadsschema.
De situatieschets is een grondplan waarop alle elektrische elementen zoals stopcontacten en schakelaars zijn aangeduid. Het eendraadsschema geeft schematisch de elektrische installatie weer. Elke verticale lijn op dit schema duidt een stoomkring aan met daarop de symbolen die onder andere de stopcontacten of verlichtingspunten die op die kring zijn aangesloten weergeven.
Wie deze schema’s niet in bezit heeft, zal ze dus eerst moeten (laten) maken. Hoe je deze schema’s correct moet opmaken staat beschreven in het AREI (Algemeen Reglement op Elektrische Installaties). Documenteer eventuele werken aan je elektriciteit ook zoveel mogelijk op foto. Bij een eventuele keuring of bij verdere werken, zullen deze zeker nog van pas komen.
EENFASIGE OF DRIEFASIGE AANSLUITING
Bij de renovatie van je elektrische installatie kan je ook even nagaan of je deze niet beter zou verzwaren. Dit wil dan zeggen dat je de elektrische wisselstroom waarmee de woning wordt bevoorraad via de netbeheerder laat verhogen.
Normaal heb je met een standaard monofasige of eenfasige aansluiting genoeg (je hebt dan een stroomsterkte van 40 ampère en tussen die draden zit een spanningsverschil van 230 volt). Maar misschien heb je een bepaald toestel dat meer stroomsterkte vereist? Dan kan je in sommige gevallen gaan verzwaren tot 63 ampère. Of dit mogelijk is, vraag je best even na bij je elektricien en/of netbeheerder.
Uitzonderlijk kunnen toestellen ook een driefasige aansluiting vereisen (denk dan aan een warmtepomp of een industrieel fornuis). Een driefasige aansluiting kan uit drie of vier draden bestaan (met respectievelijk 3x230V en 3x230V + 3x400V). Vraag hiervoor opnieuw na bij de netbeheerder of dit mogelijk is voor jouw woning.
Hou er wel rekening mee dat een omschakeling naar een driefasige aansluiting niet enkel kosten zal meebrengen voor de aansluiting.
Ook in de zekeringskast zullen er aanpassingen moeten gebeuren. De toestellen die driefasig werken, hebben daarnaast nood aan speciale stopcontacten met 4 pinnen en een aarding. Vooraleer je officieel kan omschakelen bij de netbeheerder zal je sowieso eerst een nieuw keuringsattest nodig hebben.
DE METERKAST
De elektriciteitsmeter, opgeborgen in de meterkast, is dé manier voor de netbeheerder om na te gaan hoeveel stroom je verbruikt. Deze kast is eigendom van de netbeheerder en hier moet je in principe dus niet aankomen maar toch denken velen dat een oude meterkast vervangen moet worden.
De meterkast wordt echter enkel vervangen wanneer deze defect of verouderd is. Ga zelf eerst na of een toestel defect is, want enkel dan is een vervanging gratis.
Of een model verouderd is, wordt bepaald door de FOD Economie en de netbeheerder zal in dat geval normaal zelf het initiatief nemen om deze te vervangen. Een meterkast vervangen hoeft dus enkel in uitzonderlijke gevallen. Wat vaker voorkomt, is dat je meterkast verplaatst moet worden, doordat je de ruimte in je woning anders wil gaan benutten. Ook dat is de taak van de netbeheerder, uiteraard tegen betaling. Reken hiervoor een 140 euro, afhankelijk van de netbeheerder.
DE AARDING
Bij renovatiewerken aan je elektrische installatie is de kans groot dat je het woord aarding zal horen vallen. Het principe is, zoals velen al weten, simpel. Op een defect toestel of stopcontact kan er stroomverlies zitten. Die stroom zoekt steeds de weg van de minste weerstand, dat kan een object zijn maar ook een persoon.
Om brand of elektrocutie te vermijden gaan we de stroom naar de aarde leiden via een aardgeleider, een geleider met een zeer lage weerstand. Op deze geleider, een geïsoleerde koperen kabel, worden alle elektrische elementen aangesloten waarna de groen-gele kabel via de aardingsonderbreker in je kast naar buiten in de grond gaat.
In nieuwbouw gebeurt dit met een aardingslus die onder je woning loopt maar bij oudere woningen is dit vaak met een aardingspin. Dit is een koperen pin die diep in de grond wordt gestoken. Bij renovatie kan het gebeuren dat er (extra) aardingspinnen moeten worden geplaatst zodat de stroom volledig in de aarde kan vloeien.
Bij woningen die dateren vóór 1981 hoeft een stroomkring trouwens niet altijd van aarding te worden voorzien. Wat echter niet kan, is dat stopcontacten met aarding of toestellen waarbij aarding nodig is, niet aangesloten zijn op de aardgeleider.
Zo kan je bijvoorbeeld geen kring hebben die zowel stopcontacten met als zonder aarding bevat. In dat geval zal je de stopcontacten of de kring moeten aarden. Niet enkel de elektrische contactpunten en toestellen worden geaard. Ook goede geleiders in de woning, zoals chauffagebuizen, worden verbonden met de aardgeleider via equipotentiaalverbindingen, ook dat is iets wat bij oudere woningen vaak ontbreekt.
STOPCONTACTEN
Als je toch aan het renoveren bent, dan kan je meteen ook even nagaan of je genoeg stopcontacten en lichtpunten hebt, want dan is het het moment om dit aan te passen. Hou er wel rekening mee dat elke kring maximaal 8 (enkelvoudige of meervoudige) stopcontacten mag hebben.
Dat wil zeggen dat je niet zomaar stopcontacten kan bijvoegen en eventueel zal moeten nagaan of je niet beter meteen een nieuwe kring laat steken.
Let hierbij wel op, als je aan een kring aanpast dan zijn voor die kring sommige uitzonderingen op het AREI voor elektrische installaties van vóór 1981 niet meer geldig. Je moet dus goed nadenken of overleggen met je elektricien over hoe je eventuele wijzigingen slim kan aanpakken.
DE VERDEELKAST EN DIFFERENTIEELSCHAKELAARS
Een belangrijk onderdeel van de elektrische installatie is de verdeelkast. In deze kast wordt de stroom die binnenkomt in je woning, verdeeld over de verschillende kringen. In de kast kan je een aantal elementen terugvinden.
Een eerste element is de hoofdschakelaar. Vaak zit deze in een aparte verdeelkast. Deze schakelt je elektrische toevoer in één keer af. Zit er in plaats nog een stroomonderbreker? Dan moet je deze zeker vervangen.
Normaal zal je in de kast ook twee differentieelschakelaars zien, ook wel gekend als aardlekschakelaars, verliesstroomschakelaars of aardwachters. Deze schakelaars schakelen de spanning uit wanneer er een lekstroom wordt waargenomen, dus wanneer de isolatie van een van de toestellen of kabels beschadigd is en stroom wegvloeit.
Je hebt differentieelschakelaars met verschillende gevoeligheid, zo heb je voor de ‘natte’ ruimtes in je woning een schakelaar met een hogere gevoeligheid (van 30 mA) nodig. Differentieelschakelaars zijn eenvoudig te plaatsen of te vervangen. Slechter nieuws is wanneer de isolatie van je kabels effectief beschadigd is. Dan kan het een lange zoektocht worden naar de oorzaak want alle kabels moeten dan overlopen worden om te zien waar het isolerende omhulsel defect is.
Naast de differentieelschakelaars heb je ook een aantal zekeringen of automatische beveiligingsschakelaars. Deze zullen bij overbelasting of kortsluiting van een bepaald toestel in de kring de stroomtoevoer onderbreken. Je kan er uiteraard ook een bepaalde stroomkring mee uitschakelen.
Bij renovatieprojecten zal er moeten worden nagekeken of de verdeelkast de regelgeving van het AREI (Algemeen Reglement op Elektrische Installaties) volgt. Ook hier zijn wel uitzonderingen mogelijk voor de elektrische installaties van vóór 1981. Daarnaast zal de kast zelf eventueel moeten worden vervangen of indien nodig kan de kast ook uitgebreid worden met een tweede verdeelkast.
KOSTPRIJS

Aan alles hangt een prijskaartje, ook dus bij de renovatie van je elektrische installatie. Reken tussen 2.000 en 5.000 euro voor een standaardinstallatie. Extra’s zoals nieuwe stopcontacten of domotica zullen de prijs uiteraard opdrijven.
Vergeet ook de kostprijs van een nieuwe keuring (150 euro) en een eventuele nieuwe aansluiting bij de netbeheerder niet. Dit kan tussen 800 en 1.900 euro kosten afhankelijk van wat er moet gebeuren.