Binnenkort certificaat nodig om aan warmtepomp met natuurlijke koudemiddelen te mogen werken
Nieuwe verordening stelt nieuwe vereisten aan koelmiddelgebruik, lekcontrole en certificering
11 maart 2024 werd de nieuwe F-gasverordening (EU-Verordening nr. 2024/573) van kracht in alle EU-lidstaten en dat brengt enkele veranderingen met zich mee voor koeltechnici en warmtepompinstallateurs. We gingen te rade bij Frixis, de beroepsvereniging van de koude- en luchtbehandelingssector in België, voor meer verduidelijking.
Waarom F-gasverordening?
Synthetische koudemiddelen waren lange tijd de standaard voor warmtepompen omwille van hun veiligheid en uitstekende warmteoverdrachtseigenschappen. Maar als deze F-gassen in de atmosfeer terechtkomen, bijvoorbeeld door een lek of bij onzorgvuldige demontage van het toestel, versterken ze het broeikaseffect doordat ze warmte veel beter vasthouden in de atmosfeer dan bijvoorbeeld CO2.
Hoe groot de impact op het milieu is, wordt uitgedrukt in een GWP-waarde (= global warming potential). Vaak gebruikte F-gassen zoals R134a en R410a hebben een GWP van respectievelijk 1430 en 2088. Het natuurlijke koudemiddel propaan (R290) daarentegen heeft een GWP-waarde van 3. De referentiewaarde is CO2, dat een GWP heeft van 1.
Om klimaatverandering door F-gasemissies tegen te gaan, werd de F-gasverordening ingevoerd. Deze EU-verordening moet ervoor zorgen dat het gebruik en de uitstoot van F-gassen sterk wordt afgebouwd en dat er sneller wordt ingezet op onder meer F-gas vrije koel-, airco- en warmtepompapparatuur.
De F-gasverordening werd na de invoering in 2006 voor de eerste maal herzien in 2014 en wordt nu voor de tweede maal herzien.
HFO-koelmiddelen, zoals 1234yf en 1234ze, vallen vanaf nu onder de noemer F-gas en het gebruik ervan wordt aan banden gelegd

Niet alleen voor HFK’s, ook voor HFO’s
In 2014 werd er door de F-gasverordening een quotasysteem ingevoerd voor HFK's. Importeurs en producenten werden hierdoor beperkt in de volumes HFK's en HFK-bevattende apparatuur die ze op de EU-markt mochten brengen.
Door de quota’s stapsgewijs te reduceren, wil men een daling van de hoeveelheid HFK's op de markt realiseren. De nieuwe verordening zegt dat het op de EU-markt toegelaten volume met 95% moet gereduceerd zijn tegen 2030 (ten opzichte van 2014). Tegen 2050 mogen zelfs geen nieuw geproduceerde HFK’s op de EU-markt worden gebracht.
Doordat er steeds minder HFK-koelmiddelen op de markt beschikbaar zullen zijn, zal de kostprijs ervan nog meer stijgen en wordt het bijgevolg alsmaar interessanter om over te stappen naar F-gasvrije koelsystemen (op bv. NH3 (ammoniak), R290 (propaan), R600a (isobutaan) of R744 (CO2). Exploitanten van bestaande installaties op basis van HFK’s doen er dan weer goed aan om hun installaties zo lekdicht en duurzaam mogelijk te onderhouden.
HFO-koelmiddelen, zoals 1234yf en 1234ze, worden vaak als alternatief voor de HFK’s naar voren geschoven omdat ze door hun lage GWP-waarde een zeer beperkte bijdrage leveren aan het broeikaseffect. Wanneer deze echter ontsnappen naar de atmosfeer, worden sommige van deze HFO’s afgebroken tot PFAS.
Om die reden worden HFO’s in de nieuwe verordening officieel beschouwd als F-gassen en worden de regels die bestaan voor installaties die HFK-koelmiddelen bevatten, uitgebreid naar HFO-bevattende installaties. Hierdoor vallen HFO-installaties voortaan onder dezelfde lekdetectie- en certificeringseisen als HFK-installaties.

Verdere uitfasering F-gassen
De nieuwe verordening stelt ook strengere eisen aan de GWP’s van koudemiddelen in apparaten die nieuw op de markt worden gebracht.
Voor stekkerklare airconditioning en warmtepompen (inclusief monoblocs):
- 2027: ≤ 50 kW: max GWP 150
- 2030: > 50 kW: max GWP 150
- 2032: ≤ 12 kW: F-gassen verboden
Voor kleine split-airconditioning en split-warmtepompen:
- 2025: Single split < 3 kg (uit annex I): max GWP 750
- 2027: Split lucht/water ≤ 12 kW: max GWP 150
- 2029: Split lucht/lucht ≤ 12 kW: max GWP 150
- 2035: Voor alle splits met een capaciteit van ≤ 12 kW geldt een totaalverbod op F-gassen
Voor grote split-airconditioning en split-warmtepompen:
- 2029: Alle splits > 12 kW: max GWP 750
- 2033: Alle splits > 12 kW: max GWP 150 = einde R32
Voor stationaire koeling:
- 2025: Voor koelkasten en diepvriezers voor commercieel gebruik geldt een maximum GWP van 150 (ook HFO’s). Voor alle stekkerklare koelapparatuur, behalve chillers, geldt een maximum GWP van 150.
- 2025: Voor koelapparatuur met F-gassen (incl. HFO) is een GWP > 2.500 verboden (behalve om onder de -50 °C te koelen).
- Vanaf 2030 geldt voor koelapparatuur (behalve chillers) een maximum GWP van 150
Voor chillers:
- 2027: Chillers ≤ 12 kW: max GWP 150
- 2027: Chillers > 12 kW: max GWP 750
- 2032: Chillers ≤ 12 kW: F-gassen verboden
Teruggewonnen F-gassen moeten voor hergebruik worden gerecycled of geregenereerd
Aandachtspunten bij onderhoud
Hergebruik F-gassen niet zomaar
In deze verordening wordt er expliciet gesteld dat teruggewonnen F-gassen enkel kunnen worden gebruikt voor het vullen of navullen van apparatuur als het gas is gerecycled (= het hergebruik van een teruggewonnen gefluoreerd broeikasgas na een eenvoudig reinigingsproces, waaronder filteren en drogen) of is geregenereerd (= de opwerking van een teruggewonnen F-gas zodat dat gas aan een vergelijkbare prestatienorm voldoet als een nieuw geproduceerde stof).
Hou rekening met maximum GWP bij onderhoud of service aan airco’s en warmtepompen
De vorige verordening bevatte al een verbod om bij het onderhoud of de service van bestaande koelingapparatuur met een koelmiddelvulling van ≥ 40 ton CO2-equivalenten bij te vullen met nieuw geproduceerde F-gassen met een GWP ≥ 2500.
Dat verbod wordt uitgebreid naar kleinere apparatuur en naar airco’s en warmtepompen.
- Vanaf 2025 geldt voor alle koelapparatuur (onafhankelijk van inhoud) een maximum GWP van 2.500, met tot 2030 een uitzondering voor gerecycled/geregenereerd koudemiddel.
- Vanaf 2026 geldt voor airco- en warmtepompapparatuur een maximum GWP van 2.500, met tot 2032 een uitzondering voor geregenereerd/gerecycled koudemiddel.
- Vanaf 2032 geldt voor alle koelapparatuur behalve chillers een maximum GWP van 750, met een uitzondering voor geregenereerd/gerecycled koudemiddel.
Bij onderhoud of service aan airco’s en warmtepompen wordt een maximum GWP aan het koudemiddel opgelegd

Voor hermetisch gesloten installaties met minder dan 3 kg F-gassen in residentiële gebouwen gelden geen specifieke lekdetectievereisten
Nieuwe regels inzake lekcontrole
Wanneer is lekdetectie verplicht?
Voor installaties met HFK’s is lekdetectie verplicht vanaf 5 ton CO2-equivalent. Voor installaties met HFO’s geldt een striktere grens en is lekdetectie verplicht vanaf 1 kg koudemiddel, ongeacht het GWP.
Voor installaties die gebruikmaken van mengsels van HFK en HFO geldt altijd de strengste norm, gebaseerd op de laagste drempelwaarde in de samenstelling.
Bij hermetisch gesloten apparatuur worden de grenswaarden voor lekdetectie verdubbeld. Voor installaties met HFK’s geldt lekdetectie vanaf 10 ton CO2-equivalent. Voor installaties met HFO’s geldt lekdetectie pas vanaf 2 kg koudemiddel. Er geldt echter wel een uitzondering op hermetisch gesloten apparatuur in residentiële gebouwen. Volgens de regelgeving geldt dat hermetisch gesloten apparatuur in een residentieel gebouw pas onderworpen moet worden aan lekzoekcontrole als de inhoud 3 kg F-gas of meer bedraagt.
Rekenvoorbeeld: Hoe de lekdetectiegrens bepalen bij HFK/HFO-mengsels?
Situatie:
We hebben een installatie gevuld met koudemiddel R449a, met een totale vulling van 5 kg. Het mengsel bestaat uit de volgende componenten en hoeveelheden uitgedrukt in percentages:
R32: 23,3%
R125: 24,7%
R1234yf (HFO): 25,3%
R134a: 25,7%
De GWP (Global Warming Potential) van R449a bedraagt 1397.
Stap 1: Hoeveel HFO bevat het mengsel?
Om de hoeveelheid HFO te berekenen (R1234yf in dit geval), vermenigvuldig je het totale gewicht van het koudemiddel met het percentage HFO: 5 kg × 25,3% = 1,26 kg HFO
Resultaat: De installatie bevat 1,26 kg HFO.
Stap 2: Hoeveel ton CO₂-equivalent bevat het mengsel?
Voor het CO₂-equivalent gebruik je de volgende formule: Totale hoeveelheid koudemiddel × GWP ÷ 1000
5 kg × 1397 ÷ 1000 = 6,99 ton CO₂-equivalent
Resultaat: De installatie bevat 6,99 ton CO₂-equivalent.
Conclusie:
Voor lekdetectie moet deze installatie voldoen aan beide drempelwaarden. Als een van de drempelwaarden overschreden is, is lekdetectie verplicht:
1. Omdat er meer dan 1 kg HFO aanwezig is, is lekdetectie verplicht volgens de HFO-regels.
2. Omdat er meer dan 5 ton CO₂-equivalent aanwezig is, is lekdetectie ook verplicht volgens de HFK-regels.
Bij mengsels wordt altijd de strengste norm toegepast, in dit geval beide.
Welke frequentie van lekdetectie is vereist?
Koel-, airco en warmtepompinstallaties die 1 kg of meer aan HFO’s of 5 ton CO2-equivalent aan HFK’s bevatten, moeten regelmatig gekeurd worden op lekkage. Wanneer een lekkagedetectiesysteem aanwezig is, mag de frequentie van de lekdichtheidscontroles worden gehalveerd.
Net zoals voor HFK-koelinstallaties, moet er bij HFO-koelinstallaties (vanaf 1kg HFO-koelmiddelinhoud) een logboek bewaard worden.
Lekcontrole na reparatie moet na 24 uur (dus niet op dezelfde dag als de reparatie), maar binnen een maand plaatsvinden. Een uitzondering hierop geldt voor mobiele apparatuur (bijvoorbeeld in vrachtwagens en schepen); daar mag de lekcontrole wel direct na reparatie plaatsvinden.
Certificering is verplicht voor wie werkzaamheden aan warmtepompen uitvoert en blijft 7 jaar geldig

Certificaat nodig om aan warmtepompen te werken
Technici die werkzaamheden verrichten aan stationaire koel-, airco- en warmtepompinstallaties met HFO’s of natuurlijke koudemiddelen zullen in de toekomst ook een erkenning moeten behalen (onafhankelijk van de hoeveelheid koudemiddel).
Tijdens de opleidingen worden volgende topics behandeld, nl.
- de geldende voorschriften en technische normen voor emissiepreventie
- hoe gefluoreerde broeikasgassen terugwinnen
- hoe veilig omgaan met apparatuur van het type en de omvang waarvoor het certificaat geldt
- hoe veilig omgaan met apparatuur die ontvlambare of giftige gassen bevat of onder hoge druk werkt, of andere relevante risico’s met zich meebrengt
- welke maatregelen zijn er ter verbetering of handhaving van de energie-efficiëntie van apparatuur tijdens de installatie, het onderhoud of de service
Europa stelt volgende certificeringsklasses voor:
- Cat. A1: F-gas en brandbaar onbeperkt qua inhoud
- Cat. A2: F-gas en brandbaar beperkt tot 3 kg
- Cat. B: CO2
- Cat. C: Ammoniak
- Cat. D: F-gas < 1 kg uitsluitend recuperatie
- Cat. E: Lekzoekcontrole F-gas
Certificaten en opleidingsattesten nog maar 7 jaar geldig
De geldigheid van de afgeleverde certificaten of opleidingsattesten wordt door Europa beperkt tot 7 jaar. Daarna zal een herevaluatie of opleiding moeten gebeuren om de geldigheid te verlengen. In België is een theoretische herevaluatie om de 5 jaar verplicht. Verwacht wordt echter dat België de geldigheidstermijn zal verlengen van 5 naar 7 jaar.
Ook de bestaande examen- en erkenningsprocedures moeten nog aangepast worden. Lidstaten hebben tot 12 maart 2027 om hun examen- en erkenningsprocedures aan te passen.
Voor meer informatie kunt u terecht bij Frixis, de Belgische vereniging voor koude- en luchtbehandeling