“Groen gas bestaat helemaal niet”
Kurt Corvers (Boydens Engineering) hekelt zogenaamde greenwashing van gas
Voor Kurt Corvers, COO van studiebureau Boydens Engineering, is het duidelijk: aardgas om gebouwen te verwarmen moet verdwijnen. Gas op grote schaal verduurzamen – genoeg om het hele gebouwenbestand te voorzien – is volgens hem onmogelijk. Er zijn gelukkig genoeg alternatieven die wel écht duurzaam zijn en bovendien economisch zin hebben. “Samen met de installateur mogen we niets meer aan het toeval overlaten.”
Contradictie
“Groen gas is op zich al een contradictio in terminis”, zegt Corvers. “Er wordt veel met cijfers gegoocheld en aan ‘greenwashing’ gedaan. Ik ga zeker niet ontkennen dat er wel bepaalde mogelijkheden zijn in bepaalde omstandigheden om gas duurzamer te maken, maar als generieke oplossing voor alle gebouwen kan ‘groen’ gas nooit de oplossing vormen. Dat is simpelweg onmogelijk. Vandaag verschijnen er veel berichten op LinkedIn en andere sociale media over groen gas, maar het typische en spijtige aan zulke platformen is dat er weinig ruimte voor nuance of kritiek is. Alles is fantastisch en goed.
Ik zie soms zelfs artikelen in gevestigde media over zogenaamd groen gas waarvan ik denk: hoort journalistiek niet iets verder te gaan dan gewoon mee te doen aan dat hele greenwashingverhaal? Er was onlangs nog een nieuw gebouw dat groots aangekondigd werd als groen gebouw omdat het gas omzet in waterstof en er dan elektriciteit van maakt om zijn energievoorziening met gas te ‘verduurzamen’. Dat lijkt allemaal geweldig, maar duurzaam of groen is het op zo’n schaal allerminst.”

Brandstofcel
Want op zich kan de brandstofcel wel werken, zegt Corvers. “Maar het feit is dat echt groene waterstof maar heel beperkt beschikbaar is. Oplossingen zoals de Powerbox van Solenco, waarbij op woonhuisniveau waterstof gemaakt wordt van zonne-energie, vind ik daarom zeker interessant, maar op grotere schaal is de economische realiteit van zulke toepassingen helemaal zoek. Het is eigenlijk simpel: er wordt vooral gezocht naar ‘groene’ oplossingen met gas om die sector zo lang mogelijk in leven te houden, om de gebruiker verslaafd te houden aan gas.”
Gas moet op termijn verdwijnen
Volgens Corvers moeten we daarom resoluut ‘van gas los’. “Groen gas kan gewoon niet. Gas in gebouwen moet er dus gewoon uit. Daar gaan we op termijn hoe dan ook naartoe. Als studiebureau hebben wij dan ook een verschroeiende verantwoordelijkheid om onze klant correct te informeren over écht duurzame oplossingen die ook economisch zin hebben.”
wat zijn de alternatieven?
Trias energetica
Want wat zijn de alternatieven om onze gebouwen wel duurzaam te koelen en te verwarmen? De oplossing begint altijd bij een goed gebouw, zegt Corvers. “Hoe simpel het ook mag lijken, de Trias Energetica blijft voor ons de basis. De energie die je niet nodig hebt hoef je ook niet te verbruiken. En als je dat principe goed toepast heb je meteen meer ruimte om duurdere technologieën te gebruiken, omdat ze veel kleiner gedimensioneerd kunnen worden.”
Overdimensionering
Want overdimensionering is, zeker bij gasketels, een gigantisch probleem in ons land, zo stelt Corvers. “Het merendeel van de installaties in het Belgisch gebouwenbestand haalt 60 à 70 procent van het rendement dat het in theorie zou kunnen halen.
Daarin ligt opnieuw ook de verantwoordelijk van een studiebureau. Wij moeten een degelijke, diepgaande studie maken om in eerste instantie de bouwheer en architect te informeren over hoe ze de gebouwschil zo goed mogelijk kunnen maken. Maar we moeten dan ook in detail berekenen wat het gebouw nodig heeft om de energiebehoefte nog verder te minimaliseren. En daarvoor kijken we dan naar mogelijke synergieën en slimme sturingen, maar ook naar slimme afgifte-elementen.”
Slim verbruiken
Die laatste kunnen volgens Corvers een antwoord bieden op de veelgehoorde kritiek op onder meer warmtepompen. “Men zegt vaak dat ze veel elektriciteit verbruiken en dat die niet altijd groen in te vullen valt. Net daarom moeten we afgifte-elementen kiezen die op een slimme manier omgaan met het volatiele aanbod van wind- en zonne-energie. Denk maar aan warmtepompen die enkel actief worden als er groene stroom beschikbaar is. Zeker in gebouwen met veel massa kunnen we zo veel energie besparen. Zo is geothermie in combinatie met betonkernactivering wat ons betreft een onklopbare combinatie.”
“Er wordt vooral gezocht naar ‘groene’ oplossingen met
gas om de gebruiker verslaafd te houden aan gas”
Kurt Corvers - COO Boydens Engineering
Slimme regeling
Wat ook slimmer aangepakt kan worden volgens het studiebureau is de regeling van installaties. “We doen momenteel samen met de KU Leuven experimenten met voorspellende regelaars.
Dat heet model based predictive control: we steken alle beschikbare digitale informatie van het gebouw in dat model, zowel van de gebouwschil als van de technische installaties. De eerste resultaten zijn echt fenomenaal. In ons eigen kantoorgebouw in Dilbeek, dat al een fossielvrij gebouw is, konden we met die slimme regeling nog eens gemakkelijk 30 procent energie besparen.”
Technieken afstemmen op elkaar
De toekomst ligt volgens Corvers dus in technieken die perfect op elkaar afgestemd zijn om maximaal aan energie-optimalisatie te doen. “Er wordt daar soms nog te licht overgegaan, maar eigenlijk mag er niets aan het toeval overgelaten worden. Daarom zal de rol van de installateur alsmaar belangrijker worden. Hoe dichter je naar energieneutraliteit wil toewerken en die overdimensionering probeert weg te werken, hoe nauwkeuriger en correcter alles afgeregeld moet worden, ook de allerkleinste componenten. Kennis en de wil om daarin mee te gaan zullen dus van groot belang zijn. We zien nu al dat er partijen zijn die dat begrijpen en die die kennis opbouwen. Zij zullen zich kunnen onderscheiden ten opzichte van hun collega’s. Als studiebureau moeten we samen met de installateur werken aan die kwaliteitswaarborg, onder meer door voldoende informatie aan te bieden.”
Wie is Kurt Corvers?
Kurt Corvers is COO en vennoot bij Boydens Engineering. Hij is er al bijna twintig jaar actief en was mede-initiatiefnemer en drijvende kracht achter de oprichting van de kantoren in Brussel, Luxemburg en Vietnam. “Duurzame gebouwen zijn een evidentie en het uitbreiden van de kennis en middelen om bouwheren hierin vooruit te helpen is mijn passie. Mijn motto is dan ook: comfort, architectuur en duurzaamheid kunnen wel degelijk in een correct budgettair plaatje passen, als je maar de juiste partners met de juiste mindset aan tafel brengt.”
Boydens Engineering
Sinds 1961 is Boydens Engineering actief als bouwtechnisch en duurzaam ingenieursbureau voor kleine tot grote bouwprojecten in de publieke en private sector. Vandaag is het een van de belangrijkste onafhankelijke ingenieursbureaus in België voor technische uitrustingen in de bouwsector, met meer dan 150 specialisten in verschillende vestigingen in België, Luxemburg, Vietnam en Singapore.
Renovatie
Er is immers nog genoeg werk om de energievoorziening in ons gebouwenbestand te optimaliseren. Zeker de individuele woning is in België een grote uitdaging. “Er staan er heel wat die van een bepaalde leeftijd zijn. Sommige zijn nog het renoveren waard, andere kunnen enkel nog gesloopt worden. Dat is de eerste afweging. Maar waar er gerenoveerd wordt moet er opnieuw steeds vertrokken worden vanuit een degelijke gebouwschil. Dat is niet alleen goed voor de energie-efficiëntie, trouwens, maar ook voor het comfort van de gebouwgebruiker. En door de energievraag naar beneden te halen zijn er weer meer mogelijkheden om met lagetemperatuurverwarming te werken. Natuurlijk is het ondenkbaar dat alle woningen uitgerust kunnen worden met geothermie, maar er zijn bijvoorbeeld ook zeer degelijke lucht-wateroplossingen. En waar mogelijk kunnen ook warmtenetten ingezet worden.”
Standaardoplossingen moeilijk in Belgische context
Een welomlijnde renovatiestrategie, met het oog op de klimaatdoelstellingen van 2050, valt dus absoluut niet te generaliseren. “Dat is ook het gevolg van de Belgische context: er is heel individueel gebouwd, iedereen heeft zijn eigen kunstwerk. Dat maakt het zeer moeilijk om standaardoplossingen naar voren te schuiven. Al begint alles wel altijd met een goede isolatie, zodat de energievraag zo beperkt mogelijk blijft.”
Koeling
Die goede isolatie heeft wel een belangrijke keerzijde: de nood aan koeling is veel groter dan vroeger. Dat ligt deels ook aan het veranderende buitenklimaat, maar de strenge isolatienormen spelen zeker een grote rol.
“De bewustwording over koeling is bij alle betrokken partijen gelukkig wel fel gestegen de laatste jaren. Maar toch wordt er vaak nog onvoldoende aandacht aan besteed, niet alleen door architecten, maar ook door de gebouwgebruikers zelf. Er wordt nog vaak geredeneerd dat de wettelijke norm halen voldoende is. Maar dan blijkt later dat de woning toch onvoldoende gekoeld kan worden.”
Synergieën
Volgens Corvers valt er ook heel wat profijt te halen uit synergieën tussen gebouwen. “Denk bijvoorbeeld aan een kantoorgebouw, dat hoofdzakelijk koeling nodig heeft, dat gekoppeld wordt aan een of meerdere woningen die veel meer verwarming nodig hebben. Sommige synergieën zijn vandaag nog moeilijk te realiseren, maar ze hebben wel degelijk hun nut. Want een duurzame insteek geven aan hoogbouw is echt een uitdaging. Geothermie is er vaak niet mogelijk en PV-panelen zijn er ook niet altijd de beste optie.”
Geothermische warmtenetten
Een interessante optie om die synergieën maximaal uit te puren zijn geothermische warmtenetten. “Ten opzichte van klassieke warmtenetten hebben ze het voordeel dat de verdeling op temperaturen gebeurt die dicht bij de bodemtemperatuur liggen. Daardoor blijven de energieverliezen zeer beperkt. Restwarmte voor de zinvolle aanleg van warmtenetten is niet overal aanwezig, maar geothermie kan wel (bijna) overal gerealiseerd worden. Daarnaast kan zo’n leidingnet een energiedrager zijn voor zowel de koeling als de verwarming van gebouwen.”
“Hoe simpel het ook mag lijken, de Trias Energetica blijft voor ons de basis. De energie die je niet nodig hebt, hoef je ook niet te verbruiken”
Kurt Corvers - COO Boydens Engineering
Overheid
Te weinig ruimte voor innovatie
Er zijn dus genoeg alternatieven om gas te bannen uit gebouwen. Toch wordt hun ontwikkeling en uitrol soms bemoeilijkt door de overheid, die volgens Corvers niet altijd een goed kader biedt voor nieuwe ontwikkelingen.
Iets waar het hele studiebureau al een tijdje op hamert, is een hervorming van de EPB-wetgeving. “Dat is een heel doeltreffend instrument geweest om de sector te verduurzamen. Maar het biedt te weinig ruimte voor vernieuwing. De EPB-eisen zijn te veel in hokjes ingedeeld. Innovatieve en creatieve oplossingen passen meestal niet in zo’n standaardtool, en dat vormt zeker voor gebouwen die erg vooruitstrevend willen zijn en naar nulenergie streven een hinderpaal.
Het zou daarom beter zijn om te werken met gedetailleerde dynamische simulaties van het verbruik van het gebouw. Die simulaties kunnen dan later, wanneer het gebouw in gebruik genomen is, vergeleken worden met de werkelijke verbruikscijfers. Zo worden gebouwen afgerekend op de praktijk en niet op wat het in theorie verbruikt en uitstoot.”
Energieprijzen
Ook aan de energieprijzen kan volgens Corvers nog wel wat veranderen. “We hadden het al over de hoge elektriciteitsprijs die vaak wordt gebruikt als argument tegen warmtepompen. Het spreekt voor zich dat alle elektriciteit goedkoper maken natuurlijk praktisch onmogelijk is. Maar waarom kan de consument bijvoorbeeld niet gebruikmaken van een lager elektriciteitstarief voor warmtepompen met een bepaald rendement? Je kan dat perfect aangeven met een curve. Het is in feite hetzelfde systeem als bij stookolie en dieselauto’s: dezelfde brandstof, maar met andere prijzen.”
Tax shift
Een andere oplossing is daarom volgens Corvers ook een ‘tax shift’: meer taksen op fossiele brandstoffen en minder op elektriciteit. “Gas is nog veel te goedkoop, waardoor mensen uiteindelijk vaak evenveel betalen voor een gasketel als voor een warmtepomp – inclusief verbruik, uiteraard.
Het is echt belangrijk dat de energietransitie niet alleen iets is voor wie duurzame technologieën kan betalen. Ook kwetsbare groepen moeten volop kunnen deelnemen aan de ommeslag.”