"vervanging TL door led vraagt Bijzondere aandacht"
De boeiende wereld der verlichting verdient wellicht wat meer aandacht vanuit de installatiesector. Licht wordt vaak wat stiefmoederlijk behandeld: als het licht brandt, dan is het goed, zo lijkt de mentaliteit wel. Die benadering is niet langer houdbaar, want fouten loeren om de hoek.

Strengere eisen weren lichtbronnen
Elektricien: Er beweegt dit jaar het een en ander in de wetgeving rond verlichting. Kunt u even samenvatten wat er allemaal van belang is?
Catherine Lootens: "De Europese Unie heeft in haar EU-verordening inzake ecodesign 2019/2020 (beter bekend onder de roepnaam 'Single Lighting Regulation', SLR) strengere eisen vastgelegd ten aanzien van ecologisch ontwerp voor lichtbronnen. Enerzijds worden de eisen rond energie-efficiëntie strenger; anderzijds worden ook de eisen rond functionaliteiten kritischer. De factoren die hierbij tegen het licht gehouden worden zijn vooral functioneel van aard: het aantal aan/uit-bewegingen die een lamp aankan, het aantal branduren, de powerfactor … De lat voor deze factoren wordt steeds hoger gelegd, en dat zal leiden tot een geleidelijke uitfasering van bepaalde types."
"Sinds 25 augustus en 1 september opnieuw belangrijke wijzigingen in wetgeving rond verlichting"
"De gloeilamp was indertijd wellicht het bekendste voorbeeld, maar de uitfasering stopte daar niet. Op 25 februari 2023 was het 'game over' voor de circulaire T5-fluorescentielampen en de compacte fluorescentielampen met stekkervoet (CFLni). Maar daarnaast worden binnen de Europese RoHS-richtlijn (en Belgisch KB RoHS) rond het verbod op gebruik van gevaarlijke stoffen zoals Hg, Cd, Pb … de uitzonderingsmaatregelen voor het gebruik van kwik (Hg) in lichtbronnen niet meer verlengd. Als gevolg daarvan zullen op 25 augustus ook de lineaire T5- en T8-fluorescentielampen aan de beurt zijn voor de ban. Concreet wordt het verboden om deze types nog langer op de Europese markt te brengen, en dat wordt geborgd via de CE-markering. Lichtbronnen die niet langer voldoen aan de regels, kunnen deze markering niet krijgen en mogen niet op de Europese markt gebracht worden."


Elektricien: Wat zijn de gevolgen voor de elektricien?
Lootens: "Ik kan iedereen die nog een grote stock heeft liggen van dergelijke lampen meteen geruststellen: die mag nog opgebruikt worden, zonder tijdslimiet. Dat geldt ook voor de groothandels, dus ze zullen tot uitputting van de stocks nog verkrijgbaar blijven. Ik hoor wel hier en daar geluiden dat de voorraden van zowel T5 als T8 al goed aan het slinken zijn. Wel zal het opletten worden voor de situaties waar de lastenboeken reeds geschreven zijn met bijvoorbeeld de T5 als opgelegde lichtbron. Die is jarenlang populair geweest, en dat was niet onterecht want de opbrengst van meer dan 100 lumen per watt was zeer goed. Er gaat soms een paar jaar tussen het uitschrijven van die lastenboeken en de effectieve plaatsing van de lichtbronnen door de installateur. Als dat het geval is en er is geen T5 meer beschikbaar, dan zal hij moeten uitkijken voor een alternatief en dat kan een probleem worden. Eén op één vervangen door led kan een probleem opleveren door de andere benadering van levensduur van deze lichtbronnen. Led gaat in tegenstelling tot andere lichttypes niet ogenblikkelijk kapot, maar dooft eerder geleidelijk uit. Het aantal branduren – bij andere lichttypes vaak als maatstaf gebruikt – is bij led daarom geen goede maat. Fabrikanten werken daarom met een andere benadering: de LxBy-waarde, bestaande uit een L- en B-waarde. De L-waarde geeft de hoeveelheid terugval van de lichtopbrengst aan na een bepaalde tijd. Heeft de lichtbron een levensduur van 50.000 branduren en een L70-waarde, dan betekent dit dat er na 50.000 branduren nog circa 70% van de lichtopbrengst over is. Hoe hoger dus het getal van de L-waarde, hoe kwalitatief beter de lichtbron is. De B-waarde geeft het percentage leds aan dat minder lichtopbrengst heeft dan aangegeven bij de L-waarde na het aantal branduren. Bij led wordt de LB-waarde vaak op L70B50 gelegd. In een batch van 100.000 lampen zal de helft nog zeker 70% van haar lichtstroom behouden na 50.000 branduren. Dat cijfer zegt op zich wellicht weinig, maar als ik erbij vertel dat het lichtstroombehoud bij een T5- of T8-fluorescentielamp niet op 70% maar meestal rond de 90% afklokt bij einde levensduur, dan weet je genoeg."

"Bovendien is het bij een fluorescentielamp duidelijk: na een x-aantal branduur valt ze helemaal uit en is het overduidelijk dat ze vervangen moet worden. Gebruikers kunnen zich daar perfect op instellen om tijdig vervanging te voorzien. Bij led zorgt het geleidelijk uitdoven ervoor dat de gebruikers veel minder snel geneigd zijn om tot vervanging over te gaan. De gevolgen zijn duidelijk: een groot risico op minder lichtkwaliteit en comfort in het gebouw. En dat is helaas nog niet alles, want ook de uniformiteit is nog minder goed bij een ledbuis. Er is wel beterschap merkbaar – velen geven al licht richting de 150 à 180° – maar dan nog blijft de reflector van de armatuur zo goed als werkloos. Voor de schaduwvorming op de muren en het lichtniveau is dat nefast. Dat was bij een fluorescentielamp met haar 360° verdeling wel anders. Er moet met andere woorden over gewaakt worden dat het visueel niveau behouden blijft bij een ombouw."

Het visueel niveau moet na een vervanging behouden blijven
Hoe aanpakken?
Elektricien: Welke oplossing is er om dat probleem aan te pakken?
Lootens: "Een-op-eenvervanging is om de geschetste redenen geen goed idee. Beter is het om over te schakelen op refurbishing – de armatuur leegmaken en een box-in-boxsysteem gebruiken – of om een complete relighting uit te voeren. Dat betekent dat het complete plaatje opnieuw bekeken moet worden. Maar of klanten met een recente installatie met T5 of T8 daarvoor staan te springen, valt sterk te betwijfelen. Eén van de subsidievoorwaarden voor relighting luidt bovendien dat het gebouw minstens 15 jaar oud moet zijn."
"Vervanging van T5- en T8-fluorescentielamp door led kan snel mislopen"
"Kortom: het grootste probleem ligt bij de eindklanten die pakweg 5 jaar geleden opgeleverd zijn. Deze gebruikers zullen geen T5-fluorescentielampen meer kunnen kopen, de lampen moeten vervangen door ledbuizen die iets minder performant zijn, en bovendien kunnen de gebruikers in kwestie geen premies krijgen voor een relighting."

Elektricien: Het is dus kiezen tussen de pest en de cholera voor hen?
Lootens: "Dat klopt. Ofwel opnieuw investeren in de lichtkwaliteit, ofwel geconfronteerd worden met minder kwalitatief licht. Ik begrijp dat dit voor velen als vloeken in de kerk zal klinken. Je mag evenwel nooit het belang van lichtkwaliteit onderschatten. Voor bedrijven is comfort aanbieden aan werknemers een zeer belangrijke factor geworden om personeel te behouden. Lichtkwaliteit is niet alleen voor hun welbevinden een sleutelfactor, ook voor de veiligheid en werkproductiviteit is het primordiaal."

Elektricien: Zijn er nog belangrijke gevolgen van de aangepaste wetgevingen?
Lootens: "Er is een tijd geweest waarin sommige producten echt slecht scoorden op het gebied van flicker, het knipperen van de lichtbron. Dat leidt niet alleen tot hinder, in industriële settings kan het stroboscopisch effect zelfs ronduit gevaarlijk zijn, zoals bij het werken met draaiende machines. Ook daar heeft men paal en perk aan gesteld. Binnen de SLR (eisen voor functionaliteiten) is dit nu ook min of meer onder controle."

Elektricien: De halogeenlampen type G4, GY6.35 en G9 verdwijnen niet op 25 augustus maar pas zes dagen later. Vanwaar dat kleine verschil?
Lootens: "Deze lampen bevatten geen kwik en vallen niet onder de EU RoHS-richtlijn die op 25 augustus ingaat, wel onder de ecodesignregelgeving met strengere eisen rond energie-efficiëntie. De volgende fase start hier pas op 1 september."
Elektricien: Hoe gaat het met de kennis van de gemiddelde elektricien over verlichting?
Lootens: "Ik vrees dat daar toch nog wat ruimte voor verbetering is, maar helaas stellen we samen met de federaties vast dat er een andere aanpak nodig is om de installateur te motiveren om kennis op te doen rond verlichting. Aan de ene kant begrijp ik dat wel – de orderboeken zitten sowieso al vol en er zijn zoveel technieken die om opleiding vragen – maar het is anderzijds jammer dat ze daar opportuniteiten laten liggen. Het gebrek aan kennis leidt ertoe dat men niet altijd de beste, maar wel de goedkoopste oplossing kiest. Zo krijg je een prijzenslag die nog verder de kwaliteit naar beneden haalt. We bekijken nu of de combinatie van een publicatie gevolgd door een opleiding niet beter werkt. Misschien een interessante tips in die richting: de regels voor werkplekverlichting werden in 2021 gewijzigd. Binnenkort brengt het IBE-BIV een brochure uit met duiding over deze regelgeving, en er komt een opleidingstraject in samenwerking met Groen Licht Vlaanderen."
Light-as-a-service
Elektricien: Light-as-a-service blijft gestaag groeien. Waar moet een installateur op letten als hij meestapt in een dergelijk systeem?
Lootens: "In dat concept verliest de installateur zijn marge op de verkoop van de toestellen. Aan de andere kant geeft het wel een zekerheid op lange termijn op werk. Het maken van een correcte overeenkomst is hier een sleutelfactor. Ik zie light-as-a-service verder doorbreken, want overheden en instellingen trekken steeds meer deze kaart, en ook de grote fabrikanten van lichtoplossingen bieden dit aan. Bovendien duwt ook de EU ons in die richting, omwille van de kwaliteit en de circulariteit van deze benadering."

Elektricien: Met welke onderzoekstopics is Groen Licht Vlaanderen vandaag aan de slag?
Lootens: "Vanuit het Light & Lighting Laboratory van de KU Leuven in Gent zijn we met diverse onderwerpen bezig, ik haal er graag één voorbeeld uit. Namelijk het onderzoek dat zich richt zich op de impact van integratieve verlichting (lees HCL) bij dementerenden in woonzorgcentra. Zo hopen we dat een dergelijk lichtontwerp deze bewoners overdag positief zal beïnvloeden en hen 's nachts beter laat slapen, zodat de werklast voor het personeel zal verlichten. Maar we hopen ook het pillengebruik te kunnen verminderen dankzij beter licht. Ook bij andere toepassingen blijft human-centric lighting wereldwijd een belangrijk onderzoeksthema, zoals voor het nagaan van de invloed van dergelijke lichtontwerpen op leerprestaties van studenten, op de productiviteit in de industrie, op slaapgedrag bij dementie … Licht is zo belangrijk voor zoveel facetten van onze samenleving. Het verdient echt alle aandacht."