Hoe een tuimelraam plaatsen

Wil je van de zolder een leefbare ruimte maken, dan zorg je zeker voor voldoende licht. Een aantal extra dakramen kunnen het natuurlijke licht naar binnen trekken én ze verbeteren de luchtcirculatie op zolder. We overlopen hoe je zelf een dakraam kan aanbrengen.

LET OP
Voor aanvang van de werken ga je eerst na of er geen asbest in de dakconstructie zit. Laat je daarbij bijstaan door een erkend expert.

 

OPENING IN JE DAKSTRUCTUUR

Eerst maak je een opening in je isolatie en onderdak. Deze opening moet 2 cm groter zijn dan je gekozen dakraam. In dit gat zie je nog het hout van de dakstructuur. Deze moeten ook verwijderd worden, maar eerst maak je aan een kant een mangat om de pannen aan de buitenkant van het dak weg te nemen.

Om het gat in het onderdak te maken kan je verschillende soorten machines gebruiken, maar in zo’n hard paneel kan je ook heel eenvoudig een klein gat kloppen met een hamer.

Voor het weghalen van de dakpannen maak je een opening die ongeveer 15 cm groter is dan je raamkozijn. Verwijder eventueel ook de panlatten. Is je dak 45° of nog steiler? Dan kan je de spanten doorzagen. Is je dak vlakker? Dan voorzie je het best nog extra ondersteuning.

 

RAAMKADER PLAATSEN

Je zal ook een aantal kepers moeten onderbreken om het raveel of raamkader te steken. Dat kader dient als steun en is 2 cm groter dan het eigenlijke raam. Belangrijk hierbij is dat je de draagkracht van je dak niet in het gedrang brengt. Denk dus goed na voor de je de kepers wegneemt en zorg dat het raveel de weggenomen steun voldoende opvangt.

Zorg dat de onderzijde van het raveel mooi pas ligt en alle hoeken haaks zijn. Plaats de balken van het kader gelijk met de bestaande kepers en bevestig ze met verstevigingshoeken.µ

 

UITLATTEN

Gebruik tengellatten om uit te latten en op dezelfde hoogte uit te komen als de panlatten. Breng op die tengellat een timmerplank aan om effen uit te komen met de panlatten. De timmerplank schroef je vast met lange schroeven. Zo vormen de timmerplank, het raveel en de spanten één geheel. 

 

BINNENKOZIJN PLAATSEN

Is de raamopening volledig klaar? Dan kan je het binnenkozijn voorbereiden. Daarvoor schroef je de bevestigingsplaatjes vast over het binnenkozijn, op 15 cm van de hoek. Die plaatjes komen op de bovenkant en op de onderkant.

Om het binnenkozijn finaal te monteren, draai je het met de kant waarop het buitenkozijn komt naar buiten toe - dit is de kant waar je afstandshouders ziet. Steek het kozijn volledig door de raamopening en schroef de bevestigingsplaatjes die je net hebt gemonteerd vast op de timmerplank. Zorg uiteraard voor een verbinding die perfect waterpas is.

 

DAKPANNEN TERUG PLAATSEN

Waar je dakpannen hebt weggenomen onderaan monteer je terug een panlat op de eerste rij dakpannen steun te geven. Blijf daarvoor 15 cm van de onderkant van het binnenkozijn, ook aan de zijkant. 

De dakpan zal je waarschijnlijk moeten inkorten om plaats te maken voor je afwateringsgoot. Daardoor vindt die vast geen grip meer op de oude panlat, dus schroef je die vast op de nieuwe panlat. Als de dakpan kantelt, steek je er nog een extra latje achter.

Verbind de pannen, naast schroeven, ook met wat universele montagekit. Zo kunnen ze zeker niet kantelen of schuin liggen.

 

SLAB MONTEREN

Om de overgang tussen het binnenkozijn en de dakpannen waterdicht te maken, gebruik je een loodvervangende slab. Als basismateriaal is deze van epdm. De slab beschikt over een rand onderaan die vulkaniseert met de dakpannen. Zo krijg je een perfect waterdicht geheel.

Om de afwateringsgoot te monteren, neem je het afdekprofiel van het binnenkozijn weg en bevestig je de slab met nagels.  Om de slab vervolgens in vorm te krijgen, verwarm je deze een klein beetje met een verfstripper.

 

ALUMINIUM GOOTJES

Bovenaan het dakraam komen er nog twee aluminium gootjes. Die leiden water af dat eventueel op het onderdak zou lopen. Maak daarvoor een overlangse groef in het onderdak, verwijder de nodige stukken tengellat, en schuif de goten erin. Zorg ervoor dat de onderste goot ook op het laatste punt ligt.

 

AFWATERINGSGOOT

Nu kan de kunststof afwateringsgoot erop worden gemonteerd. De bovenkant daarvan is overigens nog eens extra voorzien van een stuk EPDM. Het afdekprofiel mag er vervolgens terug op. Maak het vast op alle daarvoor voorziene punten. Het dakraam heeft onderdaan een dubbele dichting. De eerste zit er al en de tweede plaats je gewoon in het afdekprofiel.

 

EINDKAPJES

Om het hout op de hoeken te beschermen tegen weer en wind komen er nog eindkapjes op en die schroef ik gewoon vast in de daarvoor voorziene gaten.

 

AFWATERINGSGOOT VERLENGEN

Om de afwateringsgoot rond om rond het raam bovenaan nog verder te verlengen, gebruik je hetzelfde EPDM-materiaal als onderaan. Die beschermt eigenlijk preventief het onderdak als er veel wind en regen is voor regen die onder de dakpannen zou komen.

Om een goede aansluiting te maken tussen de afwateringsgoot en de dakpannen plaats je nog een band, niet in mousse maar in celrubber. Die is wind- en waterdicht en vergaat immers niet. Maak die vast op de buitenkant van de afwateringsgoot met de schuine kant naar binnen.

Vervolgens kan je de dakpannen, die op de zijkanten van het raam komen, op maat slijpen en terugplaatsen. Houd 4 cm afstand tussen het dakraam en de dakpan.

 

BUITENPROFIEL

Het buitenprofiel mag er dan op. Die is in dit geval van gepoederlakt aluminium. Het is in één stuk en heeft geen zichtbare schroeven. Dat is niet alleen een heel stuk mooier maar door het ontbreken van die schroeven vermijd je ook vochtinsijpeling.

Het buitenkader maak je heel eenvoudig vast op die afstandshouders. Die afstandshouders zorgen, naast een makkelijke montage, ook voor een akoestische en een thermische onderbreking tussen het buitenschrijnwerk en het binnenkozijn. De afstandshouders moet je gewoon een kwartslag draaien. De ene draait naar links, de volgende naar rechts.

 

RAAMVLEUGEL

Voor het raamvleugel geplaatst wordt, moet je eerst de pompjes plaatsen en het scharnier vrijmaken. Om het raamvleugel vervolgens te plaatsen, ben je natuurlijk altijd het best met twee. Het is immers gemakkelijker om het scharnier nog wat naar voor te brengen.

Voor de bevestiging wordt het scharnier vastgeklikt in het scharnierpunt op het binnenkozijn en vastgemaakt met één bout. Het schuifstuk van het buitenkader wordt vastgemaakt op de raamvleugel en de meeloopring in het scharnier wordt vastgezet met drie bouten.

 

PURSCHUIM

Om tocht en ook geluid te voorkomen tussen het binnenkozijn en het raveel is het best om die nog dicht te maken met purschuim.