Toenemende rol servicestations voor de elektromobiliteit
Opiniestuk van Wim De Wulf, secretaris-generaal van Energia
In dit opiniestuk belicht Wim De Wulf, secretaris-generaal van Energia, de cruciale rol van servicestations in de energietransitie en het belang van technologische neutraliteit.

De transportsector vertegenwoordigt ongeveer een kwart van de totale CO2-emissies[1] in Europa. De decarbonisatie ervan is inmiddels ingezet, onder meer via de toenemende elektrificatie van het wagenpark. Onze sector draagt hier ook concreet toe bij. Immers, de meer dan 3.000 servicestations in ons land bieden multi-energieoplossingen aan – niet alleen met conventionele en koolstofarme vloeibare brandstoffen, maar ook steeds vaker met laadpalen voor elektrische voertuigen. De regionale ministers van Mobiliteit creëren het beleidskader om de uitrol van laadpalen te versnellen. Onze servicestations zijn hierbij een belangrijke partner.
Onze leden investeren alsmaar meer in laadpaalinfrastructuur op servicestations, onder meer via (ultra)snelle laders langs autosnelwegen. Dit zijn aanzienlijke investeringen waarbij toegang tot een krachtige elektriciteitsinfrastructuur noodzakelijk is. En daar wringt vaak het schoentje. De snelladers (gelijkstroom), die vaak langs snelwegen of in stedelijke gebieden te vinden zijn, bieden een vermogen tot 350 kW. Voldoende elektriciteit naar een servicestation brengen is dus geen sinecure. We pleiten dan ook voor een beleidskader dat de uitbouw van een voldoende sterke elektriciteitsinfrastructuur mogelijk maakt.
Daarnaast is een transparant en flexibel vergunningsbeleid nodig voor alle complementaire energievectoren: elektriciteit, maar ook koolstofarme en conventionele brandstoffen, enzovoort. Dit laat de verschillende marktdeelnemers toe zich aan te passen aan het tempo van de energietransitie, en speelt tegelijk in op de diverse mobiliteitsbehoeften van de consument. Hernieuwbare en koolstofarme brandstoffen voor wegvervoer – als aanvulling op elektrificatie – geven burgers en bedrijven keuzevrijheid om hun mobiliteitsbehoeften op een betaalbare manier in te vullen en tegelijk bij te dragen aan de koolstofreductie. Het komt erop neer dat alle brandstoffen die binnen het kader van de Europese Renewable Energy Directive (RED) vallen, een plaats in de energiemix moeten krijgen.
Ja, tegen 2050 kan het wagenpark hoofdzakelijk bestaan uit elektrische wagens. Onze servicestations effenen mee het pad om dit waar te maken, via het aanbieden van (snel)laders voor elektrische voertuigen. Hernieuwbare brandstoffen kunnen tegen dan grotendeels worden ingezet in moeilijk te elektrificeren transportsegmenten, zoals de luchtvaart, het maritiem transport en het vrachtwagentransport over lange afstanden. Intussen zien we steeds meer laadpalen verschijnen op servicestations, naast vloeibare brandstoffen die tegen 2030 tot 29% uit hernieuwbare en koolstofarme energie zullen bestaan. Energia positioneert zich zo meer en meer als de federatie die multi-energieoplossingen aanbiedt, op basis van het fundamentele beleidsprincipe van technologieneutraliteit.
[1] European Parliament: CO2 emissions from cars: facts and figures (infographics)