Driekwart van de Nederlandse bouwvakkers voelt zich ondergewaardeerd
Bijna drie op de vier Nederlandse bouwvakkers hebben het gevoel ondergewaardeerd te worden. Dat blijkt uit onderzoek onder 300 bouwprofessionals door Proforto, Nederlandse marktleider in werkkleding.
Belang van de aannemer
Proforto benadrukt het belang van mensen met een praktisch beroep, zeker in deze tijd. “Alleen al de woningcrisis en de energietransitie schreeuwen de komende decennia om de kennis en kunde van honderdduizenden vakmensen.”
Ondanks het negatieve sentiment dat zij ervaren ten aanzien van hun vak, kan het merendeel van de bouwlieden zich niet voorstellen een kantoorbaan te hebben.
Dat veel bouwvakkers zich ondergewaardeerd voelen komt onder meer doordat zij vinden dat hun werk onderschat wordt. 71 procent van de ondervraagde bouwprofessionals is van mening dat buitenstaanders hun kennis en kunde te laag inschatten. Echter, menig bouwvakker voelt ook geen waardering vanuit de werkgever. Zo vindt ruim een derde (35 procent) van de geënquêteerden dat zij geen eerlijk salaris krijgen voor het werk dat zij doen.
doorleren te lang aangemoedigd
Volgens Rik Burgersdijk, oprichter van Proforto, draagt het gebruik van een term als ‘laagopgeleid’ niet bij aan de waardering van praktisch geschoolden. “Achteraf gezien is het evenmin handig geweest dat praktijkmensen de voorbije decennia werden aangemoedigd om toch vooral verder te studeren”, aldus Burgersdijk. “Een hbo-papiertje was lange tijd een doel an sich, terwijl we ons nu realiseren dat we mensen die goed zijn met hun handen keihard nodig hebben.” Hij verwijst naar het overheidsplan om de komende zeven jaar liefst 900 duizend huizen te bouwen.
Liever op kantoor
Mogelijk door het gebrek aan waardering voor het vak zouden vier op de tien ondervraagde bouwvakkers hun kind niet hetzelfde beroep als dat van henzelf aanraden. Of dat dan ook direct een kantoorbaan zou moeten zijn valt echter te betwijfelen. Van de bouwvakkers zelf ervaart in elk geval slechts 16 procent zo nu en dan jaloezie ten opzichte van mensen met een kantoorbaan. En sterker nog: slechts een op de tien ondervraagden zou zijn baan in de bouw liever inruilen voor een goedbetaalde job als advocaat of arts.
Deze bevindingen onderstrepen de noodzaak voor een herwaardering van de bouwsector. De financiële component speelt daarin een belangrijke rol. Uit eerder onderzoek van Proforto bleek dat zes op de tien bouwprofessionals weleens zwartwerkt, vooral uit financiële noodzaak. Onder meer de verdere verhoging van het minimumloon - diverse politieke partijen namen een minimumuurloon van 16 euro op in hun verkiezingsprogramma - kan bijdragen aan de oplossing hiervoor.