Hoe legt u opritten aan, waar regenwater ter plekke insijpelt?
Meer en meer wettelijk verplicht
De overheid stuurt er almaar meer op aan, en terecht: we moeten onze wegen en opritten terug zodanig bouwen dat het regenwater maximaal kan infiltreren waar het neervalt. Dat om overstromingen, verminderde waterkwaliteit of net droogtes en hitte-eilanden te voorkomen. Om zo’n opritten aan te leggen, vindt u heel wat waterdoorlatende en -passerende oplossingen op de markt. We overlopen er enkele.
Problemen met regenwaterafvoer
Ooit werd regenwater efficiënt afgevoerd. Wegen werden aangelegd met zand- of grindvoegen, op een zand- of grindbed en met een bolvormige structuur. Hierdoor kon 12% van het water infiltreren via de voegen, terwijl de rest in grachten liep in plaats van rioleringskolken. Echter, door de jaren heen zijn onze bouwmethoden veranderd. Het resultaat is bekend: wegen en opritten gemaakt van zeer waterdicht beton of asfalt, met minimale waterdichte voegen, waardoor regenwater niet meer kan doorsijpelen. Dit heeft geleid tot allerlei problemen:
Overstromingsgevaar
Om te beginnen natuurlijk dat. Hét probleem is dat harde oppervlakken van traditionele opritten een teveel aan regenwater niet kunnen absorberen. En dus stroomt het af naar lagergelegen gebieden, waar de grondwaterspiegel in onbalans is en de riolering met (te) kleine kolken overbelast raakt. Die kunnen het vele hemelwater niet aan, waardoor straten, tuinen, kelders … overstromen.
Droogte en verminderde waterkwaliteit
Maar ook als de riolering het regenwater wel aankan, is de afvoer ervan geen goed idee. Dit verstoort namelijk de natuurlijke watercyclus. En dat leidt tot uitdroging van de bodem en watertekorten in de zomer, en verminderde waterkwaliteit in rivieren en meren.
Hitte-eilanden
En dan is er nog dat andere probleem. Traditionele opritten en verharde oppervlakken absorberen het zonlicht, zeker als ze uit donkere materialen bestaan, waarna ze het licht als warmte afgeven. Zo stijgt de omgevingstemperatuur en krijg je hitte-eilanden in verstedelijkte omgevingen.
ONTHARDEN, MAAR HOE?
We moeten dus terug naar opritten waar het hemelwater kan infiltreren waar het neervalt. Zo gaat in Vlaanderen vanaf 2 oktober 2023 een nieuwe hemelwaterverordening van kracht die niet alleen meer voor nieuw- en herbouw geldt, maar ook voor verbouwingen met werken aan de afwatering. Een infiltratievoorziening wordt verplicht zodra een perceel meer dan 120 m² groot is. Die voorziening moet tot 33 l aankunnen per m² af te wateren oppervlak (dakoppervlakte + verhardingen), en 8% van dat oppervlak bedragen.
Waterdoorlatende verhardingen met een hellingsgraad van minder dan 2% moet u echter niet meetellen, als u de totale af te wateren oppervlakte berekent. Met andere woorden: de wetgever stimuleert ten volle de aanleg van opritten met oplossingen waarlangs regenwater kan infiltreren.
Waterdoorlatend/
waterpasserend
Zo’n oprit kan u aanleggen met waterdoorlatende en waterpasserende oplossingen. Bij de eerste loopt het water dwars door de steen naar de ondergrond. De tweede hebben bredere voegen of grote holtes, waarlangs het water in de ondergrond loopt.
Waterdoorlatende stenen zijn praktisch in gebruik, maar gevoeliger voor vervuiling, moeilijker te reinigen. Ze slibben mogelijk ook dicht. Verder zijn zowel waterdoorlatende als waterpasserende oplossingen budgetvriendelijk en minder glad, en daardoor veilig voor voetgangers. Terwijl ze toch ook een esthetisch aantrekkelijk alternatief zijn, met verschillende materialen en patronen.
STRAATSTENEN
Betonstraatstenen
De keuze aan betonstraatstenen is erg groot. Denk bijvoorbeeld aan betonstraatstenen met verbrede voegen. Die hebben aan de zijkanten brede nokken of afstandshouders, waardoor er brede voegen ontstaan. Of betonstraatstenen met drainageopeningen, gemaakt door de vorm van de stenen na het leggen.
Of betonklinkers in de vorm van een L of T, die u in een open verband legt, betonstenen met een open ruimte van 42%, betonoplossingen met een horizontale afwatering …
Verder zijn er ook poreuze betonstraatstenen op de markt, die water doorlaten dankzij de betonsamenstelling. De stenen hebben een lagere splijttreksterkte (> 2,5 MPa), maar sluiten mooi aan, waardoor ze makkelijker begaanbaar zijn.
Kleiklinkers
Via brede voegen kunnen ook kleiklinkers - beschikbaar in meerdere kleuren - water doorlaten. Soms moet u dan met afstandshouders werken, waarmee de stenen eventueel al uitgerust zijn, soms ook niet (mits u voegt met een aangepaste voegvulling van de kleiklinkerfabrikant op basis van zand). De klinker laat het water passeren via de voegen, waardoor het water snel wegvloeit en er minder kans is op algen, mossen en onkruid in de voegen. Kleiklinkers kunnen zo een infiltratievermogen van minimaal 5,4 x 10-5 m/s hebben.
Afstandshouders
Als u afstandshouders uit kunststof gebruikt, kan u met eender welke klinker een waterdoorlatende oprit aanleggen, dus ook met Belgische blauwe steen. De afstandshouders garanderen een uniforme voegdikte van 1 cm. Of u voegt toch, met een waterdoorlatend polymeervoegmiddel.
Natuurstenen kasseien
Ook een oprit uit natuursteen, bijvoorbeeld kasseien of plavuizen, met een brede voeg is waterdoorlatend, als u voegt met drainerende voegspecie of zand. Natuursteen is beschikbaar in heel wat soorten en kleuren, met verschillende formaten en oppervlakte-afwerkingen. De natuursteen moet natuurlijk vorstbestendig zijn, maar vele soorten zijn ondertussen perfect geschikt als buitenbetegeling.
Grasbetontegels
Deze kunt u als waterpasserende bestrating gebruiken, op voorwaarde dat ze op een doorlatende structuur liggen en dat u de openingen met steenslag vult of er gras in laat groeien. Deze stenen moeten voldoen aan de PTV 126. De openingen bedragen minstens 25% van de totale oppervlakte, waardoor het water goed infiltreert.
STEENSLAG, GRAS
Grind en andere steenslag
Ook siergrind en andere grind- en steenslagsoorten zijn waterdoorlatend. Daarmee legt u halfverharding aan, met een open structuur. Belangrijk is dat dit materiaal geen nulfractie bevat. Het moet ook goed aangelegd zijn, zodat het water voldoende kan infiltreren en er zich geen mos vormt. Vandaar dat het een goed idee is om steenslag te combineren met grindplaten uit kunststof. Zo’n mat verdeelt de druk beter als er een voertuig over rijdt en voorkomt dat de steenslag in de ondergrond wordt geduwd.
Ofwel heeft de mat een honingraatstructuur, ofwel vertoont ze wigvormige ruimten in alle richtingen, waarin het vulmateriaal zich door belasting steeds vaster zet. Het ontwerp zorgt voor een geïntegreerd drainagesysteem, waarmee regenwater makkelijk naar de ondergrond afgevoerd raakt.
Verder bestaan grindplaten zowel voor fijne als grote steenslag (of beide), en in verschillende kleuren, passend bij die van het grind, zodat het niet stoort wanneer de mat zichtbaar is. Bovendien gaat een stabilisatiemat de groei van onkruid en plantenwortels tegen, als er onderaan geotextiel tegen kleeft of indien de mat een fijn raster vertoont.
Graskunststofplaten
Met graskunststofplaten verkrijgt u een berijdbaar grasperk zonder spoorvorming, gaten en waterplassen. U herintroduceert er groen mee, dat toch bruikbaar blijft en helpt om regenwater verantwoord te beheren. Eventueel kunt u de platen met gras aankopen, voor een snelle ingebruikname.
HOE LEGT U ZO’N OPRIT AAN?
Onderzoek van de site en bodem
Vooraleer u begint met de aanleg, moet u er zeker voor zorgen dat de oprit geschikt is voor de bodem en dat die laatste goed draineert. Begin dan met de voorbereidingen van de ondergrond en het leggen van een waterdoorlatende gestabiliseerde onderlaag. Zowel een onderfundering (bv. steenslag of betonpuin) als een fundering (gebroken steenslag of gewassen zand) en een straatlaag (bv. split). Gebruik eventueel ook een geotextiel of een nieuw fijnmazig gravelnet om de materialen van de oprit te scheiden van de ondergrond. Plaats daarna de waterdoorlatende of passerende bestratingselement.
Keuze van geschikte materialen en constructietechnieken
Ga vervolgens voor een van de voorgestelde oplossingen in dit artikel. Al dan niet gecombineerd met meer groen (zeker om hitte-eilanden te voorkomen). Waak er daarbij over dat de voegruimtes voldoende open of waterdoorlatend zijn om regenwaterinfiltratie mogelijk te maken, als u niet met een waterdoorlatende, maar wel met een waterpasserende oplossing werkt.
Waterbeheer en drainageplanning
Het regenwater moet natuurlijk ook goed afgevoerd raken, via gecontroleerde infiltratie. Dat realiseert u met een juist gedimensioneerd infiltratiesysteem. In principe moet u daarbij volgens de nieuwe Vlaamse hemelwaterverordening voor een bovengronds systeem kiezen, zoals een wadi, tenzij u gemotiveerd kan aantonen dat een ondergrondse oplossing onvermijdelijk is. Zo’n infiltratiesysteem legt u dan bijvoorbeeld aan met infiltratiekratten en grindkoffers. De overloop van het infiltratiesysteem zorgt er vervolgens voor dat overtollig regenwater alsnog naar de riolering vertrekt. Infiltratiekratten kunnen ook als drainagesysteem dienstdoen, via hun geotextiel. Is het grondwater hoog of blijkt de bodem moeilijk infiltreerbaar? Dan kan u een bovengronds bufferings- en infiltratiesysteem aanleggen met speciale poreuze betonen bufferblokken met een holle ruimte.
Onderhoudsrichtlijnen
Ten slotte nog enkele tips voor uw klant, de eindgebruiker. Die moet zeker bladeren, takken en ander vuil regelmatig verwijderen, om verstopping te voorkomen. En ook geregeld nagaan of de oprit geen scheuren of andere schade vertoont. Of bijvoorbeeld de oprit terug aanvullen met grind, als u daarvoor koos. Zo’n waterdoorlatende of -passerende oprit vraagt niet veel onderhoud, maar toch wat.
Met medewerking van Artstone, Coeck, Carrières du Hainaut, Ecco Products, E.L.S. Garden, MBI De Steenmeesters Stonelife, Vande Moortel, Vandix en Wienerberger