Proactief besmettingen bestrijden
Listeria-monitoring: innovatie voor een veiligere voedselketen

Listeria monocytogenes blijft een grote uitdaging voor de voedingsindustrie. De bacterie vormt niet alleen een risico voor de volksgezondheid, maar kan ook leiden tot dure terugroepacties en reputatieschade. Hoe kan de sector hier proactiever mee omgaan? Het doctoraatsonderzoek van Tessa Tuytschaever bij VEG-i-TEC (UGent), uitgevoerd in een voedingsverwerkend bedrijf, en de samenwerking met het bio-informaticakenniscentrum van Howest bieden waardevolle inzichten en concrete oplossingen.
Belangrijke verspreidingsroutes
Listeria is een omgevingspathogeen dat zich gemakkelijk nestelt op vochtige en moeilijk bereikbare plekken binnen voedselverwerkende bedrijven. Door gerichte omgevingsmonitoring zoals staalnames van oppervlakken, apparatuur en zelfs de schoenen van werknemers kan de bacterie vroegtijdig opgespoord worden. Uit het onderzoek bleek dat de transportband naar de vriestunnel en het schoeisel van personeel belangrijke verspreidingsroutes waren.
"De vraag was: Blijft dezelfde stam jarenlang aanwezig, of zijn er steeds nieuwe besmettingen? DNA-analyse gaf ons het antwoord", zegt Imca Sampers van VEG-i-TEC. "We ontdekten dat een specifieke Listeria-stam al minstens drie jaar in de fabriek aanwezig was. Dit toont het belang aan van een gerichte aanpak tegen persisterende contaminaties."

Whole Genome Sequencing: doorbraak in detectie
Listeria verschuilt zich niet alleen in dode hoeken van machines en productieruimtes, maar ook in biofilms. "Dit zijn dunne lagen micro-organismen die zich vastzetten op oppervlakken en extreem resistent kunnen zijn tegen reiniging en desinfectie. Hierdoor kan de bacterie jarenlang overleven in een fabriek."
Klassieke detectiemethoden schieten vaak tekort om de herkomst en persistentie van een besmetting te achterhalen. Whole Genome Sequencing (WGS) maakt het mogelijk om de genetische code van bacteriestammen te ontrafelen en hun verwantschap vast te stellen. Dit helpt bedrijven om te bepalen of een stam steeds opnieuw binnenkomt via grondstoffen of personeel, of dat deze al lange tijd aanwezig is.
"Dankzij deze technologie kunnen bedrijven een historiek opbouwen en besmettingen systematisch opvolgen. Dit zorgt ervoor dat besmettingen sneller opgespoord worden en dat gerichter ingegrepen kan worden. Bovendien dringt de Europese voedselautoriteit EFSA erop aan dat bedrijven moderne sequencingtechnieken implementeren in hun voedselveiligheidsstrategie."

Van onderzoek naar bedrijfspraktijk
Het onderzoek toont aan dat omgevingsmonitoring en DNA-analyses niet langer alleen voor academische laboratoria zijn. Voedingsbedrijven kunnen zelf een actieve rol spelen in de voedselveiligheid door samen te werken met onderzoeksinstellingen zoals VEG-i-TEC en Howest.
- Data-interpretatie als sleutel tot preventie: Veel bedrijven outsourcen staalnames en analyses, maar weten niet altijd hoe ze de resultaten moeten interpreteren. Onderzoeksinstellingen helpen bij het omzetten van data in actiepunten.
- Praktijkgerichte ondersteuning: Zowel VEG-i-TEC als Howest werken met bedrijven aan concrete cases, zoals de identificatie van besmettingshaarden en de implementatie van preventieve maatregelen.
- Strategische monitoring: Door regelmatige sequencing-analyses kunnen bedrijven trends in besmettingen herkennen en proactief ingrijpen.

Deze technieken implementeren
De resultaten laten zien dat een structurele aanpak van Listeria-monitoring loont. Dit vraagt om investeringen in zowel technologie als kennis. Bedrijven kunnen:
- regelmatige staalnames en monitoring integreren in hun HACCP-plan;
- werknemers opleiden in het correct nemen en analyseren van stalen;
- samenwerken met kennisinstellingen voor diepgaandere data-analyse;
- investeren in Whole Genome Sequencing om besmettingspatronen te herkennen.
"Dankzij bio-informatica kunnen bedrijven patronen analyseren die wijzen op risicovolle periodes of locaties binnen de productieomgeving. Dit helpt om preventief in te grijpen en incidenten te vermijden", zegt Paco Hulpiau van Howest.
De bredere impact van sequencing
Naast groenten- en fruitverwerking wordt sequencing steeds vaker toegepast in andere sectoren zoals de zuivel- en vleesverwerking. "Dit helpt niet alleen bij de opsporing van Listeria, maar ook bij andere ziekteverwekkers en bederfbacteriën."
Bovendien biedt sequencing voordelen bij:
- resistentiecontrole: bedrijven kunnen in kaart brengen welke bacteriën aanwezig zijn en of ze resistentiegenen dragen;
- traceerbaarheid: met een genetische vingerafdruk kan de exacte herkomst van een besmetting snel bepaald worden. Dit versnelt de probleemoplossing en vermindert voedselverspilling.
Samenwerken met kennisinstellingen: een strategische zet
Hoewel sommige voedingsbedrijven nog terughoudend zijn met het implementeren van geavanceerde DNA-technieken, biedt samenwerking met kennisinstellingen een waardevolle kans om voedselveiligheid structureel te verbeteren. "De technologie is er, maar bedrijven moeten zich bewust zijn van de waarde ervan. Ons doel is om kennis toegankelijk te maken en bedrijven in staat te stellen om Listeria proactief te bestrijden."
Veel voedingsbedrijven aarzelen nog om geavanceerde DNA-technieken te implementeren, maar samenwerking met kennisinstellingen kan een cruciale stap zijn. Universiteiten en hogescholen bieden niet alleen expertise, maar helpen bedrijven ook om laboratoriumresultaten om te zetten in concrete actieplannen. "De toekomst van voedselveiligheid ligt in slimme, wetenschappelijk onderbouwde strategieën", besluit Imca.