Verwarminginstallaties

Hoe zorg je voor schone verbranding van je brandhout?

Dat hout opstoken in een kachel niet de properste manier is om (bij) te verwarmen, is algemeen geweten. Houthaarden spelen immers een grote rol bij de productie van fijnstof. Maar hoe kan je de milieu-impact van je houtkachel of houthaard tot een minimum beperken? Een modern model, dat zeker, maar ook de juiste stookmethode. We geven enkele tips.

houthaard fijnstof

De houthaard zelf

Gebruik een moderne kachel

Fijnstof die vrijkomt bij het verbranden van hout, vormt vooral een probleem bij oude kachels en haarden. Bij modernere houthaarden en hoogrendementskachels wordt de uitstoot echter tot een minimum beperkt. Nieuwe toestellen zijn immers van betere verbrandingssystemen voorzien.

Bij dergelijke slimme toestellen worden alle parameters automatisch gemeten en geregeld voor een reductie van fijnstof. Dit wordt mee ondersteund door een rookomleidingssysteem met een turbulentie-effect.

Ga voor een gesloten haard of kachel

Nieuwe houthaarden zijn overigens altijd gesloten. Het is altijd verstandiger om een gesloten haard of kachel te hebben in plaats van een open toestel. Gesloten toestellen zijn veiliger, produceren minder fijnstof binnenshuis en hebben een hoger rendement.

Speksteenkachel of finoven

Een voorbeeld van een hoge efficiëntie is de speksteenkachel of finoven. Bij deze soort kachels worden de verbrandingsgassen uit de stookkamer, vóór ze via de schoorsteen worden afgevoerd, eerst via tegenstroomkanalen naar beneden geleid. De warmte wordt afgegeven aan het omliggende materiaal. De warmte-accumulerende buitenmantel van speksteen of leem geeft de opgeslagen warmte heel langzaam af, waardoor de ruimte langdurig verwarmd wordt. 

Vergeet het onderhoud niet

In een kachel of haard die goed wordt onderhouden, zal de verbranding het schoonst gebeuren. Je kan, maar hoeft dit niet per se uit te besteden aan een vakman. Taken als het reinigen van het raampje en de aslade zijn zaken die je (zeker tijdens het stookseizoen) regelmatig zelf doet. 

Verder is het belangrijk om af en toe eens de dichtingen rond de deur na te kijken. Dat kan je eventueel testen door een stukje papier op verschillende plaatsen tussen de deur te steken en de deur te sluiten. Kan je het papier er makkelijk van tussen halen? Dan wijst dat op een versleten dichting en dient deze vervangen te worden. Stook geen hout in een kachel met een versleten dichting, want dat zorgt voor fijnstof in huis.

Als je houtkachel is uitgerust met een katalysator of rookfilter in de kachelpijp, is het belangrijk om deze regelmatig te reinigen. Het wordt aangeraden om dit minstens één keer per jaar te doen. Na vijf à zes jaar is het mogelijk dat de katalysator ook vervangen moet worden.

Uiteraard niet te vergeten, is het reinigen van de schoorsteen waarop de kachel of haard is aangesloten. Voor een kachel of haard is een jaarlijkse reiniging van de schoorsteen niet verplicht, maar wel sterk aangewezen om schouwbrand of CO-vergiftiging te voorkomen.

naaldhout brandhout opslaan

Het juiste brandhout

Vermijd bewerkt hout

Hardhout brandt trager, zachthout heeft intensere vlammen maar moet sneller aangevuld worden. Welke houtsoorten je kan gebruiken, leggen we hier uit. Voor een goede verbranding moet je echter een aantal zaken indachtig houden. Bewerkte houtsoorten moet je ten allen tijde vermijden. Chloor, barium, cadmium, lood of zink, ... Het zijn beslist geen stoffen die je via de schoorsteen de lucht in wil sturen. 

Hier spreken we vooral over geverfd of geïmpregneerd hout zoals tropisch hout van tuinmeubelen, afsluitingspalen of spaanplaten. Plaatmaterialen bevatten dan weer lijm, dus die dien je ook te vermijden. Naast de schadelijke en zwarte rook die het hout produceert, zullen ook je kachelvenster en schoorsteen het zwaar te verduren krijgen met dergelijke houtsoorten.

Vermijd nat hout

Veel belangrijker om op te letten dan de soort hout, is dat je brandhout droog is. Nat hout geeft namelijk minder energie af en bovendien loop je het risico dat bij verbranding giftige dampen vrijkomen. Idealiter ligt het vochtpercentage van hout dat je gaat verbranden op 15%. Het moet zeker lager dan 20% liggen. Bij verbranding van hout met een hoger vochtpercentage is er meer rookvorming en fijnstofproductie.

Maar hoe weet je nu of je brandhout droog genoeg is? Wel, droog hout geeft een heldere klank als je twee blokken tegen elkaar slaat. Bij nat hout klinkt dat gedempt. Twijfel je nog? Check het voor de zekerheid eerst met een houtvochtmeter.

Tip
Handig om te weten als je zelf je brandhout gaat klieven: wanneer hout gekapt wordt, heeft het een vochtigheidspercentage van om en bij de 50%. Afhankelijk van de houtsoort is er één à twee jaar nodig om tot een goede vochtigheidsgraad te komen voor verbranding. 

Sla het hout buiten op

Brandhout moet zeker twee jaar drogen voor je het kunt opstoken. Sla het dus tijdig in, het liefst in de zomer. Brandhout met een vochtigheidspercentage van 20% of minder kan je binnen opslaan in een droge garage, kelder of tuinhuis.

Het is over het algemeen echter beter om een opslagplaats buitenshuis te voorzien, want voor hout dat nog te nat is, is het essentieel dat de wind eraan kan. Zo zal het niet alleen sneller drogen, maar beschimmelt het hout ook niet. Stapel je brandhout ook niet op een natte ondergrond. Oude palletten zijn wel ideaal als basis, want zo kan er ook langs onderen lucht aan het hout. Houd een geschrankt legpatroon aan in je houtstapel voor een snel en efficiënt droogproces.

Vanzelfsprekend moet de buitenopslagplaats wel overkapt zijn om het hout af te schermen tegen regen, hagel en sneeuw, zoals een overkapping of een carport. Beter leg je geen zeil over je houtstapel. Doe je dat toch? Houd dan zeker de zijkanten open.

brandhout tips voor verbranding

Het stoken zelf

Een moderne gesloten kachel en droog brandhout zijn essentieel, maar de manier van stoken heeft ook een onmiskenbare impact op hoe schoon de verbranding is. Een eerste tip: het is het beste om je brandhout een tot twee dagen voor de verbranding in huis te halen.

zwitserse methode hout

De Zwitserse methode

Je zorgt het snelst voor een volledige verbranding van je hout als je de Zwitserse methode hanteert. Dit houdt in dat je het hout 'topdown' aansteekt. 

Stapel het hout in de haard of kachel van dik naar dun, kruislings. Leg daarop - eveneens kruislings - nog wat aanmaakhoutjes, en daarbovenop een aanmaakblokje. Wanneer je het aanmaakblokje aansteekt, trekt het vuur langzaam van boven naar beneden.

Het hout warmt langzaam op en brandt langer. Hierdoor ontstaat er een rustiger vuur met minder rookgassen. De weinige rookgassen die ontstaan, stijgen op in het vuur en verbranden deels, wat beter is voor het milieu.

Wanneer komt fijnstof vrij?

Fijnstof komt vrij bij twee fasen:

  • de aanmaakfase, waarbij heel veel primaire lucht nodig is, en dus een correcte zuurstoftoevoer nodig is;
  • de uitmaakfase: hier is het belangrijk dat je het vuur niet uitduwt. Ook moet hier de zuurstof volledig in balans zijn.
Proef ons gratis!Word één maand gratis premium abonnee en ontdek
alle unieke voordelen die wij u te bieden hebben.
  • checkwekelijkse nieuwsbrief met extra tips en exclusieve content
  • checkvolledig toegang tot het digitaal archief
  • checkonbeperkt toegang tot 3.000 bouwinstructies
  • checkonbeperkt toegang tot 1.400 instructievideo's
Heeft u al een abonnement? Klik hier om aan te melden
Registreer je gratis

Al geregistreerd of abonnee?Klik hier om aan te melden

Registreer voor onze nieuwsbrief en behoud de mogelijkheid om op elk moment af te melden. Wij garanderen privacy en gebruiken uw gegevens uitsluitend voor nieuwsbriefdoeleinden.
Verruim uw
vakkennis
magazine
Lees meer

Lees ook