"Minder twijfelen, meer doen!"
Kritische evaluatie van technologieën
Afgelopen kwartiel hebben studenten in onze BSc Chemical Engineering voor het vak Energy hun project afgerond. Na een inleiding op de uitdaging die voor ons ligt - het stabiel en flexibel beschikbaar maken van energie - dienen ze een specifieke technologie te onderzoeken: kan het efficient wind- en zonne-energie opslaan, of op andere wijze de energievraag aanvullen in tijden van windstilte en weinig zon? Waar ik bij de inleiding op wijs, is dat er in media en politiek een enorme polarisering is over wat de oplossing is en wat niet. Deze ingenieurs in spe moeten zich echter bewust worden van hun rol: het uitvoeren van elementaire berekeningen geven harde feiten over bepaalde energie-oplossingen, maar vaak zijn berekeningen gebaseerd op aannames die onzekerheden geven. Hier eerlijk over zijn is belangrijk maar zorgt vaak voor ruimte om de gehele conclusie als onjuist te classificeren. Ik wijs ze ook op het risico om ‘eigenaar’ van de technologie te worden en daarmee vooral tot een positieve, niet-kritische evaluatie te komen. Misschien verrast het niet, maar aan het eind van het kwartiel blijkt toch vaak dat een technologie positief wordt beoordeeld zonder dat daar doorslaggevende argumenten voor zijn.
"30 TW renewables in 2050 betekent dat we wereldwijd elk jaar 1 TW moeten aanleggen, dat is 3 GW per dag"
Waar het lastig wordt om te kiezen of oordelen, is als er binnen kritische evaluaties marginale verschillen zijn wat efficiëntie betreft, de kostenreductie bij ontwikkeling van de technologie naar TW-schaal. Het lijkt er op - ik ben voorzichtig hier - dat waterstof een geschikte, eenvoudige energiedrager is die makkelijk transporteerbaar is. In de transitie is waterstof makkelijk en CO2-neutraal uit methaan te maken tot blauwe waterstof. Bij doorgaande installatie van vooral zonne-energie in zonzekere landen rond de mediterranee zal het aandeel groene waterstof toenemen. Dit betekent niet dat batterijen geen belangrijke energiedrager blijven (of dat windenergie niet belangrijk is). Deze zullen een belangrijke rol blijven hebben in de transportsector maar vooral ook in de stabilisatie van electriciteitsnetwerken, zoals de TEPCO NaS batterij en de TESLA Li-ion batterij. We zitten nu wereldwijd rond de 1 TW geinstalleerd aan renewables en we moeten naar 30 TW in 2050. Dat betekent dat we elk jaar 1 TW moeten aanleggen, dat is 3 GW per dag. Misschien moeten we wat minder gaan twijfelen en meer gaan doen. De technologie is er klaar voor…
Prof. dr. ir. John van der Schaaf