GEVELPLATEN: SOORTEN
Jaarlijks wordt in België tot 1 miljoen vierkante meter gevelplaten voor gevelbekleding geplaatst. Een belangrijk percentage hiervan wordt gebruikt voor de bekleding van gevels in de woning- en appartementsbouw. Er zijn echter heel wat verschillende soorten gevelplaten op de markt.
ZELFDRAGENDE VOLKUNSTSTOFPLATEN
De massieve zelfdragende volkunststofplaatuitvoering is een zelfdragende, onder hoge druk vervaardigde laminaatplaat (HPL High Pressure Laminate). Ze is geschikt voor buitentoepassingen, zoals gevelbekleding, en is bestand tegen licht en weersinvloeden, conform de Europese Norm EN 438 en met CE- en BUtgb-kwaliteitslabel.
VERLIJMDE GEVELPLATEN
Het verlijmen van gevelplaten dient met de nodige zorg en volgens de voorschriften van de respectievelijke fabrikanten te gebeuren.
- Gebruik van primer: men dient de achterconstructie steeds met een primer te behandelen van een merk dat door de fabrikant van de gevelplaten werd goedgekeurd. Op de rugzijde van de gevelplaten dient men ter hoogte van de contactvlakken met de draagconstructie een primer aan te brengen.
- Tweezijdige kleefband: alle kepers van de draagconstructie dienen vervolgens afgekleefd te worden met een dubbelzijdige kleefband. Naast de kleefband dient er steeds een met de kleefband evenwijdig lopende lijmril aangebracht te worden. Op een keper met een breedte van 95 mm heeft men achtereenvolgens een lijmril, een kleefband, de voeg, een kleefband en een lijmril. Op een keper met een breedte van 45 mm heeft men gewoon een kleefband naast een lijmril. Deze kleefband dient om de platen in de aanvangsfase vast te houden, tot de lijm de platen vasthoudt.
- Fingerprints: men dient steeds voorzichtig te zijn met het optreden van zogenaamde fingerprints. De plaatsers nemen na het aanbrengen van de primer, de lijm en kleefbanden op de draagconstructie de gevelplaten op en plaatsen ze tegen de gevelconstructie aan. Hierbij kunnen ze ongewild door primerresten aan de vingers de gevelplaten besmeuren met fingerprints. Het achteraf verwijderen van deze fingerprints is quasi onmogelijk.
- Rondslingerende vodden: de primer wordt meestal met behulp van een gepaste roller aangebracht. Primerresten worden meestal met een vod verwijderd. Deze primer is meestal kleurloos. Het komt geregeld voor dat plaatsers achteraf de gevelplaten finaal even afkuisen met deze rondslingerende vodden. Hierdoor brengen ze ongewild primer op de gevelplaten aan. Deze primer laat zich echter niet meer verwijderen. Men kan enkel de gevelplaat vervangen.
STEENWOLPLATEN
Bij het verlijmen van steenwolgevelplaten op basis van basalt dient men de beschermfolie die het decor beschermt, steeds vooraf te verwijderen. De achterliggende reden hiervan is dat de solvents van de op de rugzijde van de gevelplaat aangebrachte primer door de gevelplaat tot aan het decor op de voorzijde kunnen migreren. Daar kunnen deze solvents een reactie aangaan met het lijmfilmpje van de beschermfolie en vlekvorming veroorzaken.
VEZELCEMENTPLATEN
De verwerking van vezelcementplaten is eenvoudig, maar men dient toch enige regels in acht te nemen. Zo is het belangrijk om steeds het bij de bewerking ontstane boor- en zaagstof te verwijderen. Dit stof kan bij contact met een hoge vochtigheid namelijk een zeer moeilijk verwijderbare cementsluier vormen.
GARANTIEMULTIPLEX
Garantiemultiplexplaten dienen altijd geventileerd geplaatst te worden. De achterzijde van de gevelplaten dient steeds behandeld te worden met een verf volgens de specificaties van de fabrikant. Men dient afgeronde plaatranden te gebruiken om de laagdikte van de verf op de plaatrand gelijk te kunnen houden. Omdat multiplex een opeenstapeling is van kopse, sterk zuigende en langse, minder zuigende houtlagen, dient men de plaatranden af te sluiten met een voldoende laagdikte van verf. Omdat dit een houtproduct is, dienen er altijd uitzettingsvoegen voorzien te worden.